[Commentaar]
De Groningse hoogleraar B. Delfgaauw is onlangs op Soestdijk ontboden om daar te vernemen dat men van hem verlangde dat hij kritische uitlatingen over inkomen en vermogen van de koninklijke familie zou terugnemen. Op zijn vraag om nadere toelichting omtrent de feiten kreeg hij geen afdoende antwoord. Hij kreeg ook geen kopje koffie, maar dat is een onbehoorlijke kinderachtigheid die we maar verder onbesproken zullen laten. Wel interessant is de merkwaardige, aan oude en verworpen vorstengebruiken herinnerende methode om iemand als het ware bij de gratie Gods tot herroepen te bewegen, zonder dat daartegenover een behoorlijke, volwassen informatie staat.
Er is de laatste tijd veel twist over de houdbaarheid van de monarchie. Daarbij is onder meer in het geding gebracht dat het koningschap, wil het zichzelf bestendigen, een op de democratische verhoudingen afgestemde kwaliteit moet demonstreren. Het voorval-Delfgaauw wijst in tegenovergestelde richting. Volgt men die, dan komt de wenselijkheid van een republiek wel erg duidelijk in zicht. - (Ho)
|
|