De Gids. Jaargang 128(1965)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 143] [p. 143] Willem van Toorn Gedichten Landschap voor een dode meneer Hier maakt de rivier een bocht. De uitspanning wacht al jaren vermolmend op de sloophamer, muren gaan over in mos. In bochten zoals je weet spoelen ze meestal aan. Zo ook dit gezochte lichaam: ene H., die volgens de krant in terneergeslagen toestand de woning verliet, gekleed in zijn zondagse pak (er staat nooit bij: en even eenzaam als wie dit bericht leest). Een ongeluk werd gevreesd. Nu ik op een filmpje van taal het gebeuren voor je herhaal, waarom dan niet nog eenmaal (terwijl bij zijn voeten kolkjes hem zachtjes landwaarts sturen) de speeltuin voor hem bevolken met wat kinderen en de deuren van het slot doen, een ober huren? Breng ook in het beeld aan dames met parasols theedrinkend op het gazon en strohoedheren zoals in zijn jeugd hebben bestaan. Schilder ze desnoods op karton. In deze prent landt hij dan. Hij is er even stil van op de dansende benen na in het lustige water. In het oevergras lijkt het dwaze hoofd zich nog af te vragen: is dit nu werkelijk doodgaan, deze vrolijke thuiskomst? Einde. Wat hierna komt draaien we gauw door. Het café kruimelt weg, het decor valt uit elkaar. Ondergronds aasdiertjes die naderen. Terwijl wij de zaal verlaten bedekt het gordijn hun scharen, vluchtende uit zijn haren toen de agent hem vond. Oude mensen J'admire leur volonté de rester les mêmes au milieu du changement, de sauver leur mémoire, d'emporter dans la mort une première poupée, une dent de lait, un premier amour. - Jean-Paul Sartre, Les mots. De lamp boven de tafel. In een donkere klok van licht zitten daar, laat op, twee nog levenden samen. Hebben zij organen voor het weer behoren tot vroegere lichamen en namen, onder lagen dorre tijd verloren? In reukloze laden bewaarde foto's, vergane bloemen, biljetten van door paarden bewogen trams, herroepen die van dood ontdane landschappen en de groene zondagen, het bedaarde wandelen onder strohoeden? Bedtijd. Het raam verliest hun beeld, De zwarte trap op. Slapen, hol van vrees naast elkaar, elk een pop. Het donker lost al op de naam die zij zijn geweest. Vorige Volgende