Aan dit nummer werkten o.m. mede:
r.f. beerling. Geb. 1905. Sinds 1958 hoogleraar in de wijsgerige sociologie aan de Leidse universiteit. Daarvóór sinds 1946 hoogleraar in de wijsbegeerte aan de Universiteit van Indonesië te Djakarta. Publiceerde onder meer: Antithesen (1935), Crisis van den mensch (1938), Protestantisme en kapitalisme. Max Weber in de critiek (1945), Moderne doodsproblematiek (dissertatie, 1945), Onsocratische gesprekken (1949), Uren met Sjestow (1950), Het wankelende Westen. Nietzsche en de critiek op de Europese cultuur (1950), Kratos. Studies over macht (1956) en De list der rede in de geschiedenisfilosofie van Hegel (1959).
pierre h. Dubois. Geb. 1917. Redacteur Letteren en Kunst van Het Vaderland. Publiceerde onder meer de dichtbundels In den vreemde (1941), Het gemis (1942), De semaphoor (1945), Quia absurdum (1948) en Ademhalen (1956), en de romans Een vinger op de lippen. Bekentenissen van Lorenzo Vitelli, Florentijns monnik, omgekomen op de brandstapel in het jaar 1498 (1952), De ontmoeting (1953) en In staat van beschuldiging (1958).
nol gregoor. Geb. 1912. Publiceerde onder meer de dichtbundel Conflict met den tijd (1944) en de studie Simon Vestdijk en Lahringen (1958).
ivo michiels (ps. van H. Ceuppens). Geb. 1923. Was van 1949 tot 1957 kunstredacteur aan het Antwerpse dagblad Het Handelsblad en van 1953 tot 1955 redactiesecretaris van De Tafelronde. Sinds 1959 mederedacteur van Nieuw Vlaams Tijdschrift. Zie over hem de kroniek van het proza door Paul de Wispelaere in het februari-nummer.
g.j. resink. (Zie het maart-nummer).
a. Roland holst. (Zie het april-nummer).
gabriël smit. Geb. 1910. Chef kunstredactie van De Volkskrant. Mederedacteur van Roeping. Debuteerde in 1931 met de dichtbundel Voorspel. Publiceerde sindsdien tal van dichtbundels, waaronder een volledige berijming van De psalmen (1952).