Aan dit nummer werkten o.m. mede:
gerrit achterberg. Geb. 1905. Van zijn 23 verzenbundels werd Stof in het frans vertaald onder de titel Matière (1952). Een groot deel van zijn oeuvre is bijeengebracht in de verzamelbundels Cryptogamen (1946), Oude Cryptogamen (1951) en Cryptogamen III (1954). De verzen in dit nummer maken deel uit van een cyclus Spel van de wilde jacht, die dit voorjaar bij Em. Querido's Uitgeversmij te Amsterdam zal verschijnen.
herman van den bergh. Geb. 1897. Wordt op 30 januari a.s. 60 jaar. Studeerde rechten, was vele jaren werkzaam als journalist; thans eindredacteur Winkler Prins Encyclopedie. Promoveerde in 1951 aan de universiteit van Amsterdam tot doctor in de italiaanse taal en letterkunde. Is privaatdocent in de italiaanse cultuurgeschiedenis aldaar. Debuteerde als dichter met De Boog (1917); in 1925 volgde De Spiegel, in 1928 de essaybundel Nieuwe Tucht, in 1954 Verzamelde gedichten, in 1956 Het litteken van Odysseus. De verzen in dit nummer zullen worden ondergebracht in een nieuwe bundel Kansen op een wrak, die in het najaar bij Em. Querido's Uitgeversmij zal verschijnen.
th.b. govaart. Geb. 1921. Leraar nederlands aan de R.H.B.S. en M.M.S. te Breda. Literair chroniqueur van De Nieuwe Eeuw. In voorbereiding: een studie over het werk van F. Bordewijk.
h.w.j.m. keuls. Geb. 1883. Vestigde zich in 1907 als advocaat te Amsterdam. Was o.m. werkzaam als toneel- en muziekkritikus. Zijn Verzamelde gedichten verschenen in 4 delen (1947-'49).
g. stuiveling. Geb. 1907. Studeerde ned. letteren aan de universiteit te Groningen en promoveerde aldaar in 1934. Sinds 1951 hoogleraar taalbeheersing aan de universiteit van Amsterdam, sinds 1956 hoogleraar ned. taal en letterkunde a.d. Redacteur Het Boek van Nu en Nieuw Vlaams Tijdschrift. Recente publikaties: Wordend kristal (1946), Steekproeven (1950), Triptiek (1952). Verzorgde o.m. de verzamelde werken van Gorter, Multatuli en Couperus.
leo vroman. Geb. 1915. Drs. biologie. Woont sinds 1945 in de Verenigde Staten. Is verbonden aan het Mount Sinai Hospital te New York, waar hij researchwerk verricht. Publiceerde de dichtbundels Gedichten (1946), Gedichten, vroegere en latere (1949), Poems in English (1953), Inleiding tot een leegte (1955), en de prozaboeken Tineke (1948) en De adem van Mars (1956). Dit voorjaar verschijnt bij Em. Querido's Uitgeversmij een nieuwe bundel verzen Uit slaapwandelen.