den - in de asla vallen en
doven. De paar die blijven gloeien, veroorzaken geen warmte, alleen een rozig tintje... De prater, of liever de schrijver, blijft zolang bezig met schudden dat het geluid irriterend gaat werken. Men zou geneigd zijn hem toe te voegen: laat dat vuur nu eens met rust. Die kolen moeten aantrekken. Geef ze even de tijd om bij te komen. Neem er afstand van. Maar neen. De jongeman verdooft zichzelf met het geluid van het heen en weer schuddende rooster en staart met doodmoe geworden ogen naar de smeulende kooltjes. In zijn jongensuniversum - ik zei u al dat Reynold Marden zéér jong is voor zijn leeftijd, geestelijk althans - doet hij allerlei ontdekkingen. Een paar voorbeelden: ‘Je kunt dat soms hebben, dat je iets weet, hoewel je nog niets weet. Het komt een enkele keer voor. Er is niets, waar je bepaald op af kunt gaan, en toch heb je plotseling zekerheid. Ik weet niet of ik dat toen in werkelijkheid al eerder had ondervonden... Het gekste is, dat je er eigenlijk niets van gelooft, hoewel je er zeker van bent, dat ieder zorgvuldig gekozen woord op waarheid berust. Het gaat je bevattingsvermogen te boven en tegelijk is het, of iets in je er zich tegen verzet, zodat je je met alle geweld moet dwingen te luisteren...
Over letterlijk alles wat Reynold Marden aangaande zijn moeder hoort, spreekt hij zich in dier voege uit. Zijn haat tegen de doodstraf verwijdt zich langzamerhand tot zijn omgeving, zijn land, de wereld, alle mensen, het bestaan, het leven. Allengs gaat hij in een staat van algehele walging verkeren. ‘Het leek er veel op, of het verlangen niet meer te leven en de wil te leven een potsierlijke krijgsdans opvoerden of in allerlei verkledingen een wedstrijd hielden, waarvan de uitslag nog niet was te voorzien.’ Door vrienden wordt hij aangemoedigd iets te doen. ‘Aan de drank gaan of Mohammedaan worden of een bom in het Lagerhuis gooien.’ ‘Ik moest mijn rancune als het ware tot explosie brengen om me er van te bevrijden.’
Door dezelfde schimmige, klassiek ‘slechte’ vrienden komt hij in het bezit van een revolver. Het einde is dat hij de oorspronkelijke aanstichter van al het rampzalige, Joel Fear, vermoordt op dezelfde wijze als zijn moeder haar minnaar doodde. Ook de zoon zal dus worden opgehangen. Zijn onuitgesproken monoloog - hij heeft gedurende het ganse proces geweigerd een mond open te doen - vormt de inhoud van Willards' roman.
De schrijver heeft een wel zeer smalle basis gekozen voor zijn verhaal. Een al te smalle basis. Zo men al een beeld krijgt van de gedachten van de jongen omtrent de doodstraf - dat kan wel niet anders nadat hij er bladzijde na bladzijde over heeft doorgepraat - slechts één ding wordt