De Gids. Jaargang 117(1954)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 94] [p. 94] Jac. van Hattum Herinnering 't Was achttien Juni weer: ‘Waterloo-dag’ en ik, verrukt, dat 'k onze vlag weer zag, was innerlijk geheel gepavoiseerd; een vrijheidsdag was 't, had men mij geleerd. Ik kende namen: Blücher, Gneisenau, Von Bülow en - was 't niet ontroerend trouw? -: voor wie toen vielen, woei daar hoog de vlag; 't was achttien Juni weer: ‘Waterloo-dag’ En op 's lands aandeel was ik, kind, zo trots: Napoleon, dat was: ‘de Gesel Gods’, geheel verslagen in z'n overmoed; Vrijheid, betaald ook met Oranje-bloed. Weet, dat een kind - al chauvinisme vreemd - heel instinctief, het hoogste heilig neemt; in welk jaar was 't, dat ik, die Juni-dag het rood-wit-blauw niét op de toren zag? En 't nooit meer zag? - men liet het blijkbaar zo, en als ik vroeg....: ‘Dat eeuw'ge Waterloo, dat weten we nu wel!’ - O, dat het bloed van vrijheidshelden eens verbleken moet. - Wéér Duitse namen - nu hùn machtsbegeer; weer lag de vrijheid onder knieën neer, de keel omsnoerd; 'k was nu niet meer een kind: wat ik nu liefhad, werd bewust bemind. Tot tweemaal toe een alomvattend leed. - wat fluisterstem maant nu al reeds: ‘Vergeet’? wat fluisterstem maant: Laat het nu maar zo...’? - Berlijn schijnt minder nog, dan Waterloo. 't Is weer vijf Mei; 't is weer bevrijdingsdag. Hoe zou het zijn, als 'k nu geen vlaggen zag? Als ieder offer zou vergeten zijn? Was Waterloo soms meer dan Groot-Berlijn?Ga naar voetnoot+ voetnoot+ Bob Oosthoek toneelspeler † 12 October 1944 Vorige Volgende