De Gids. Jaargang 117
(1954)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 5]
| |
Leo Vroman
| |
[pagina 6]
| |
Mag ik niet vloeken als het vuur
van een stad, sinds lang herbouwd,
voortrolt uit een kamermuur,
rondlaait en mij wakker houdt?
Doch het versgebraden kind,
vuurwerk wordend, is het niet
wat ik vreselijk, vreselijk vind:
het is de eeuw dat niets geschiedt,
nadat eensklaps, midden door een huis, een toren
is komen te staan van vuil, lang vergeten keldermodder, snel
onbruikbaar wordend huisraad, bloedrode vlammen en vlam-
mend rood bloed, de lucht eromheen behangen met levende de-
len van dode doch aardige mensen, de eeuwlange stilte voordat
het verbaasde kind in deze zuil gewurgd wordt en reeds de
armpjes opheft.
Kom vanavond met verhalen
hoe de oorlog is verdwenen,
en herhaal ze honderd malen:
alle malen zal ik wenen.Ga naar voetnoot+
|