De Gids. Jaargang 115(1952)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 313] [p. 313] Clara Eggink De pauw De pauw, op korte grijze zuilen Dom en aandachtig het gekroonde hoofd Zal achteloos zijn kleed bevuilen En haalt zijn voedsel uit het stof. Maar eensklaps spreidt hij zonder doel of reden Het siergewaad van een barok verleden En tooit zich als een afgezet prelaat En schreeuwt om 's werelds ijdelheden. De uilen Aan Ab Visser Waarom vliegen in de nacht En ons overdag verschuilen Wij, de uilen? Onze vleugels zijn zo zacht Onze stem klinkt zo verdacht Laat ons druilen Als de daagse overmacht Roert gezond, op volle kracht Zijn grote muilen. Denk niet dat wij willen ruilen Of om zang en zonlicht pruilen. Ons subtiel en slim geslacht Houdt in stilt' en donker wacht Weet wie lachen zal, wie huilen. Zeer gevreesd en niet geacht Ligt het lot in onze macht. Wij, de jagers van de nacht, De wijze uilen. Vorige Volgende