| |
| |
| |
Verzen
Le Jongleur de Notre-Dame
Voor de Moeder Gods met het Kind, in de grijze nis,
heeft hij, snel als een kerkdief binnengegaan,
zonder Ave, zonder een kruis te slaan,
maar met blinkende ballen jongleerend,
in lenige salto's manoeuvreerend,
en dan met de beenen vliegensvlug
om den hals geklemd: de Chineesche brug,
ootmoedig zijn moeilijkste toeren gedaan, -
en eindelijk alles op alles gezet,
en onbewegelijk, zonder even
in de pijnlijke, strakke polsen te beven
minutenlang op de handen gestaan:
een roerloos gespannen gebed.
Maria ziet het aandachtig aan....
Zoo - ist die Liebe der Matrosen,
der jongleurs, der schooiers en leprozen.
| |
| |
Estelle
Kleine danseuse, tengre gazelle,
weergaloos lenige, snelle,
felle, verlokkende Estelle,
kleine tamboer van den lust, laat uw smalle
lendenen spelen voor Uw vazallen.
Kleine tamboer, door 's konings maîtresse
zelf aan het hof ontboden ten dans,
kleine danseuse, laat al de souplesse
zien van die smalle, buigzame lans.
Zei tot Choiseul niet de koning daareven:
Venus heeft vuur in dat lijfje gedreven!
De prinsen, de comtes, de graven,
alle worden, gebogene, uw slaven.
Betoover, Estelle, verover!
Buig nu dat buigzame lijf
dieper, Estelle, en blijf
zoo naar den koning gericht:
een vurig, lijflijk gedicht.
kleine tamboer, is je kans.
| |
| |
Sinterklaas
Op den avond van vijf December -
de schimmel reed over de daken,
dichtbij het dansend vuur
zat hij mijmerend noten te kraken -
toen er overal kleine handen
in touwtjes en pakjes woelden,
en hij nadacht welke heilige
iets voor de eenzamen voelde,
toen de mijter het won van de roe
en de vreugd al joelender steeg,
en hij, van zijn pijp of het vuur,
tranen in de oogen kreeg,
en het liedje werd luider en luider
van de koek en de gard, van de koek en de gard -
zocht hij angstig naar een surprise
in het holle, ledige hart.
| |
| |
Canadeesche Episode
Zij dansten ergens - het was Kerstmis of kermis -
ver van de farm in een houten keet
bij een trom en een schelle saxofoon
en een kou die door ruiten en planken sneed,
die je enkel bij dans en dry gin vergeet.
En langzaam werden ze dronken en warm.
Op het leege erf van de farm
zat op den versteenden grond
aan de schurende ketting de hond
die Bill Jones dien avond vergat -
vergeten in de onmeetlijke kou
voor die eindlooze witte duisternis
waar de duivel geen ziel in jagen zou.
De wind trok in 't duister een stuivend wit spoor.
Hij zat onbewegelijk, ruig behaard
en knipte met de droefgeestige oogen.
Eenmaal spitste hij de ooren
en bewoog hij de stompe staart.
De kou trekt al nauwer kring om hem heen
en werpt messen in zijn rug.
Hij deinst naar de muur terug
en heeft een doordringend gehuil uitgestooten
maar het waait in de ruimte verloren.
Al wat warm was, werd uit hem gevroren.
Drie uren heeft hij in de witte, blinde duisternis uitgestaard.
Toen strekte hij de pooten,
versteend, kleiner dan tevoren.
Anthonie Donker
|
|