De Gids. Jaargang 97(1933)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 163] [p. 163] Herfst Wanneer de wind zoeft door de bruine wand Van de nog zomersch dichtgesloten haag, Hoor ik gekraak en ritselend geklaag En dorre blaadren vallen langs den kant. D'oranje kruin in de verlaten laan Omtint den boom als afgedragen tooi, Naar binnen dringt het sap, het vlammend mooi, Verstroomend in de kleur, is stil vergaan. Zoo keert ook voor het hart seizoen en tijd: De oevers groenden glanzend in de baan Van de rivier. Een spiegeling, een waan, Blijkt op den tocht het beeld, dat ons ontglijdt; Maar binnen klankt de kleur. Zoo, in dien kring, Verschijnt mij d'eeuw'ge gloed, die ik bezing. H. Moulijn-Haitsma Mulier Vorige Volgende