De Gids. Jaargang 92(1928)– [tijdschrift] Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] Sonnet van burgerdeugd. De trammen tuimlen door de lange straten; Al 't leven buiten, en de ramen dicht; Wat thee voor ons en de avond te verpraten. De lamp streelt rustig ons voornaam gezicht. Inbrekers, wurgers, roovers en piraten, En de eerste Zondvloed en het laatst Gericht - Elke onrust heeft ons deugdzaam hart verlaten. O thee! o vriendschap! o kalmeerend licht! Straks 't koesterende donker; morgen loopen Wij opgefleurd te koopen of verkoopen: Tragedie blijft tragedie, klein of groot. Genoeg vermoeienis om 's nachts te slapen; Alle overgangen tusschen lach en gapen; En aan het eind, de Liefderijke Dood. E. du Perron. Vorige Volgende