Bibliographie.
Der Ursprung des Zunftwesens und die älteren Handwerkerverbände des Mittelalters, von Prof. Dr. Rudolf Eberstadt, Dozent an der Königl. Friedrich Wilhelms-Universität Berlin. Zweite erweiterte und umgearbeitete Auflage. München und Leipzig, Verlag von Duncker & Humblot, 1915.
De inhoud van het boek bestaat voor de kleinste helft uit een overzicht van de literatuur over de geschiedenis van het gildewezen, voor de grootste helft uit bewerking van een omvangrijk materiaal als steun voor des schrijvers eigen inzicht over den oorsprong der gilden. Samenvatting van dit inzicht liet hij echter opzettelijk achterwege: het zwaartepunt van zijn werk acht hij in zijn détail-onderzoekingen gelegen. Daarbij wat polemiek.
Dezen inhoud dekt, naar men ziet, de titel onvolkomen.
Op één ding kan men zeker gaan: de strijd over de vraag, waar de oorsprong der gilden te zoeken is, is met dit boek niet afgesloten. Want het minste, wat daartoe vereischt ware, zou toch een samenvatting van Eberstadt's eigen hand zijn geweest.
Het doet er, kan men zeggen, niet veel toe. Wie kennis neemt van jonge literatuur over de economie der middeneeuwen ontkomt niet aan den indruk, dat men, zoo ergens, hier voor generaliseeren op zijn hoede moet zijn. Het beeld, dat die literatuur ons teekent, wordt àl rijker geschakeerd, juist het passende beeld van een tijd, die boven alles een tijd van gisting, van wording, van voorbereiding is geweest, waarin inderdaad het zwaartepunt lag bij de détails. Gelukkig dan, dat er gevonden worden, wien het verzamelen en ordenen van tallooze schijnbare kleinigheden de liefste bezigheid is.
Toch laat dit slag van bezigheid een gevoel van onbevredigdheid achter. Het wil er niet in, dat geen enkele groote lijn in die veelheid van feiten zou zijn te onderkennen. Niet bij den