Een gheestelijck lust hofken
(1632)–Anoniem Gheestelijck lust hofken, Een– AuteursrechtvrijMet schoone lieffelijcke geestelijcke ghesanghen beplant, door eenen Catholijcken pastoor
Op de wijse: Het viel een Hemels douwe. Alternatim canetur more Ecclesiae.
O Heer wilt ons ontfermen,
Resp. Wilt ons ghenadich sijn,
Christe wilt erbermen. Wilt ons, &c.
| |
[pagina 84]
| |
O Heer wilt ons ontfermen
Wilt ons, &c.
O Godt wilt ons beschermen.
Resp. Van die ons schaed'lick zijn.
Godt Vader inden throone Ontferm u over ons.
Godts alderliefsten Sone } " "
Godt heylich Geest gepresen } " "
Personen drie, een wesen. } " "
Maria soet van name Maria bidt voor ons.
Gods moeder hooch van fame: } " "
O Maget aller maechden } " "
Die moeder Christum draechden. } " "
O moeder der genade, Maria bidt voor ons.
Die baerden sonder zade, } " "
O moeder altijt maget, } " "
Die sonder vleck kint draget. } " "
O moeder sonder smette, Maria bidt voor ons.
O soetste violette, } " "
O wonderlicke moeder, } " "
Die baerd' ons Heer ons Hoeder. } " "
Jesus is uwen Sone Maria bidt voor ons.
O maget wijs en schoone, } " "
Groot eer wy u bewijsen, } " "
O maecht niet om volprijsen. } " "
O maget sterck van crachten, Maria bidt voor ons.
Sachtmoedich van gedachten, } " "
Getrou voor uwe knechten, } " "
O Spiegel der gerechten. } " "
O wijsheyts throon en Sale, Maria bidt voor ons.
Claer morgen-steern van strale, } " "
Vat vanden Geest des Heeren, } " "
Vat weerdich om te eeren } " "
| |
[pagina 85]
| |
Vat der Godtvruchticheden, Maria bidt voor ons.
Roos der verborgentheden, } " "
O stercke Davids tooren } " "
Gesticht van reyn yvooren. } " "
O huys van sijnen goude, Maria bidt voor ons.
Arck des verbonts by d'oude, } " "
O poort van s'hemels Sale } " "
Claer morgensteern van strale. } " "
Geneesters onser wonden, Maria bidt voor ons.
Voorspraeck voor onse sonden, } " "
Vertroosters int benouwe, } " "
Der Christenen hulp trouwe. } " "
Der Engelen Coninginne, Maria bidt voor ons.
Der Patriarchen minne, } " "
Belofte der Propheten, } " "
Apostelen licht geheten. } " "
O cracht der martelaren Maria bidt voor ons.
Gelijders exemplare } " "
Der maechden edel kroone, } " "
Princes van s'hemels throone. } " "
O alderschoonste bloeme Maria bidt voor ons.
Des Roosecranskens roeme, } " "
Toost aller die u groeten, } " "
Wilt ons ter noot ontmoeten. } " "
Lam Godts die draecht ons sonden,
Heer weest doch niet verstoort.
Lam Godts die draecht ons sonden
Heer ons gebedt verhoort.
Lam Godts die draecht ons sonden
Wilt ons genadich sijn.
Door u Cruys, doot, en wonden
[W]eert, die ons schadich sijn.
|
|