Gezelliana. Jaargang 13
(1984)– [tijdschrift] Gezelliana (1970-1986)– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 52]
| |
J. Boets
| |
[pagina 53]
| |
van Versie A zullen noemen; ze bevat een vroege, nog vierregelige staat van de strofen 1, 2, 3 en 4. Een tweede blad is een fotocopie van een fiche uit Gezelles Woordentas die te Leiden bij het W.N.T. berust en daarop staat een vroege versie van de eveneens nog vierregelige strofen 3, 11 en 12: Versie B. De volgende 14 blaadjes bevatten elk een strofe van wat Versie C zal heten; hier zijn de strofen achtregelig. Wat we in origineel handschrift hebben, zowel Versie A als C is in purperen inkt geschreven en dateert derhalve uit de omgeving van het jaar 1880. Van deze Versie C gingen we uit om onze lezing van Voor de veister op te bouwen, een werk dat omzichtig diende te gebeuren en dat we hier zullen trachten te verantwoorden. Versie C is immers achteraf vooral met potlood nog grondig gewijzigd. De veertien blaadjes zijn met zwarte inkt genummerd van 1 tot 14; de volgorde die hiermee - men weet niet door wie - wordt aangegeven, stemt overeen met die van Zantekoorn. Caesar Gezelle noteert daar dat hij ze ‘in een tas’ vond en dat hij de strofen liet drukken in de volgorde waarin hij ze aantrof. Overigens is die volgorde, zo niet de enig mogelijke, dan toch en vooral poëtisch, volkomen aanvaardbaar. Over de lezing zelf, zoals ze door Caesar Gezelle gebeurde en aan Zantekoorn werd toevertrouwd, is veel minder positiefs te zeggen. Aan meer dan veertig van de 114 regels moeten hetzij lichte, hetzij - en zeer vaak - ernstige wijzigingen worden aangebracht. De talrijke en kordate potloodcorreclies die daarop voorkomen, werden zo vaak door hem verwaarloosd dat we de indruk kregen dat Gezelles neef, niet van deze toestand van Versie C was uitgegaan. Maar de plaatsen waar hij die correcties wel overnam, weerleggen dat. Naar de reden waarom hij nu niet en dan wel met de potlood-correcties rekening hield, hebben we het raden. Maar ook uit wat volgt zou mogen blijken dat hij zijn persoonlijke voorkeur wel eens creatief heeft laten bezig zijn. Indien althans de hele toestand geen gevolg is van de slordigheid die we wel enkele keren duidelijk aanwezig zien. In o.m. de regels 50, 63 v., 73, 79, 85 v., 91, 94, 99, 103 houdt hij geen rekening met duidelijke schrappingen: doorheen het potlood kon hij, zoals wij trouwens, de inkt-lezing nog onderscheiden. Toegegeven, niet altijd is de geschrapte versie zo duidelijk de mindere. Maar ‘duidelijk’ slaat dan op onze appreciatie, niet op die van de dichter. Overigens zijn er in Zantekoorn heel wat verkeerde lezingen die ons vertrouwen in Caesar Gezelle aantasten; we noemen o.m.r. 26 (tenden tasten i.p.v. tenden vasten), r. 54 (doorboort i.p.v. doorboomt), r. 71 (heen i.p.v. hun), r. 77 (belde i.p.v. bulde). Blijft het probleem van de open varianten. Hier waren ook wij verplicht een keuze te doen. Keuze die men kan betwisten, maar die we meestal kunnen motiveren op grond van bv. aanwijzingen uit Versie A of B of op grond van een te | |
[pagina 54]
| |
vermijden homoniem in de onmiddellijke omgeving. Een enkele keer was ze ook wel ingegeven door een voorkeur waarbij expressieve of estetische motieven meespeelden. We geven eerst het variantenapparaat, zonder de gekozen tekst (tenzij dan hier en daar fragmenten tussen haakjes); vervolgens de door ons gekozen tekst; nadien de toelichting en de woordverklaring. Bij de samenstelling van het variantenapparaat bekeken we een na een de drie versies. De geschrapte woorden daarin zullen we herkenbaar maken met ze door een + -teken te laten voorafgaan. Wanneer er meer dan een mogelijkheid blijft (de zgn. open varianten) worden die alle door het o-teken aangeduid; de keuze die ik daaronder deed is terug te vinden in de tekst zoals hij verder in dit artikel wordt afgedrukt. Zowel het + -teken als het o-teken blijft gelden voor de volgende woorden tot er een nieuw teken verschijnt. Het teken: - scheidt woorden of zinsdelen; het teken: / scheidt versregels. Onze gekozen tekst stamt uiteraard uit Versie C. Tussen ronde haakjes geven we soms gedeelten uit de gekozen tekst om duidelijk te maken waar de varianten thuishoren. Wat tussen scherpe haakjes staat, werd door ons toegevoegd. De potloodvarianten lieten we cursief zetten. De schrappingen in potlood werden niet van de overige onderscheiden. We geven doorgaans de varianten van boven naar beneden. Soms werden schrappingen door de dichter nadien hersteld (bv. r. 47 en 49), soms moet verondersteld worden dat het de intentie van de dichter was dit te doen (bv. r. 76). De aanzienlijke hoeveelheid varianten die nu volgen, maken het de minder aandachtige lezer niet gemakkelijk om een inzicht te krijgen in het uitzicht van de autograaf, ze geven wel een goede kijk op het grote belang dat de 50-jarige Gezelle aan dit gedicht gehecht heeft. Intussen was een inventaris van de geschrapte en open varianten noodzakelijk om aan te tonen waar en waarom onze tekst in zulke mate van die van Caesar Gezelle afwijkt. | |
[pagina 55]
| |
Versie AGa naar voetnoot(1)(op de keerzijde van een blad met het w. Schraai z. Hanegeschraai; volledig)
1-2 Aan de veister stonden ze allen / 3-4 moeder, vader, kinders, min / 5-6 toen ik eindlijk otoegevallen - - omoe / 7-8 okwam der vrienden woonsteê bin - - oviel [...] woonstede in - - ote schildenvriendhuize // 9-10 neen door zulk geen winterweder en / 11-12 joeg men geenen hond ovoorwaar - - o mijn haar / 13-14 o 't ligt al vol gesneeuwde vederen - - o'k sta met / 15-16 o en vol rijm zoo grauwt mijn haar - - o als of ik een vriesgans - - o witgerijmd hangt al mijn // 17-18 fel zoo winter' het daarboven / 19-20 fel zoo / 21-22 fel zoo komt de sneeuw gestoven / 23-24 fel de wind voorbij gesneen // 25-26 uitgeflauwd en ‘moe van vasten - - o tenden / 27-28 was 't dat ik en blij van zin / 29-30 bij den besten aller gasten [afgeknipt] | |
Versie B(naar een fotocopie van een blad uit de Woordentas, WNT, Leiden; volledig)
17-18 fel aan 't winteren was 't daarboven / 19-20 [...] was 't beneen / 21-22 fel zoo kwam de sneeuw gestoven / 23-24 fel de wind voorbij gesneen // 81 vv. schild al buiten vr. al binnen / sterk en en goed hij mild en waar / men [?] mij altijd // 89-90 sch. & vr. was lang geleden / 91-92 't scheidw. in een gr. verschil / 93-94 en zoo heet [?] mij iemand heden / 95-96 die 'k niet anders noemen wil | |
[pagina 56]
| |
Versie C(veertien blaadjes, genummerd van 1 tot 14; één strofe per blad; alleen de varianten)
4 + kind en (min) - - + dochter (en min') [deze tweede schrapping moet de vorige schrapping ongedaan maken] / 5 [er staat: eindelijk] / 6 o moe - - otoe / 7 oviel - - + ging - - okwam / + waards // 9 g(een) / 10 + wind en (weder en) - - winter (weder en) / 11 + joeg - - + jaagt - - dreef men + geenen - - geenen / 12 + 't is (waar) / 14 (sneeuwde) ge (vederen) / 15 + hangt + (mij)n + (pels)kraag / 16 + hangt - - + hong mijn (haar!) - - + hoofd - - + mutse en - - o huid en haar - - ohong mijn haar // 18 + is ('t) / 20 + was 't / 21 + komt / 22 + af- - - + toe- - - af- / 23 + de // 25 + Moe getobt en na veel otoef - - + (toef)s - - otoeven / 26 + asem / 27 + kome - - o kwam - - o botste / 30 + toch der / 31 + weer - - + en - - en // 33 o naar - - o voor - - o door - - o in / 38 + wel - - + toe - - in / 39 o kwam - - + viel - - o viel // 42 + best - - wel / 45 + va - - + wat, (eer) - - en (eer) / 46 o menig - - o veel / 47 + (steek)t ge - - (steek)t ge // 49 + 't (scherp)e - - 't (scherp)e - - + (scherp) het (vier door-) - - + om - - door / 50 + gloeit - - + broeit - - o brandt [2 ×] - - o laait - - o braait - - o boort (de) + w(anden) - - + b(anden) - - randen / 51 + (van) der (keuken) - - van der - - (van) mijn / 52 + oven, - - + stove, - - kachel / 53 + 't (scherpe) - - (scherp) het / 54 + p(anden) / 55 + eet (plaatse) / 56 + om end(om) // 57 + 't (scherp)e - - 't (scherp) - - + het / 59 + viert - - + laait - - laait (de) + liefde + och - - + ei: / 63 + rond den heerd staat - - + zit - - + alles, welkom Gods, bij - - + zijt en blijft bij - - welkom Gods o bij - - o zegt / 64 + ‘scilt ende vrient’ - - + ‘scilt ende vrient’ (!) - - schild en vriend // 69 + scherpe [?] (on-) o schicht / 70 o vriendschap - - o veeten / 72 + schild en vriend - - + ouden - - + altijds - - + altoos - - + oudsten - - + ouden - - hun schild en vriend // 73 + Een die dapper - - + hij heeft - - ('k heb) + hem o ge stadig / 74 (in) + die dagen - - o de stonden / 75 + dat / 76 + 't (nauw)e - - + 't (nauw)ste [beide geschrapt!] / 77 + mij - - + naast - - bij / 78 + bleef in slagen / 79 + mij die schild noch - - + als ik die vriend - - die noch + vriend - - schild noch / 80 + vriend en had - - + noch schild - - + schild - - vriend en had. // | |
[pagina 57]
| |
81 + Een die - - + Hij is - - + 't is een - - Hij is / 83 + vriend van binnen - - + 't is een - - hij is (vriend van) / 84 + vast en goed / 85 + een die - - + (Hij) is (al lange) - - + en - - + mij - - (me en) / 86 + wel - - + hij mij (ik hem kende) / 87 + een dien / 88 + moet // 90 o lang geleden - - o voor dezen / 91 + ('t) scheewoord in een - - ('t woord) o geweest - - o wel eens + bij - - + bij - - in / 93 + zoo - - nu / 94 + heet ik - - + mij heden - - laat + een - - hem wezen / 95 + elk niet - - 'k niemand / 96 + kennen - - noemen // 97 + ('t) woei - - 't bulde - - + brast / 98 o boomen - - o hagen / 99 + 't hagelvlaagde al - - en het o stoof - - o woei (zoo) / 100 + dichte en (fel) - - + ijsde - - o bijster - - o bitsig / 101 + en / 102 + komt - - o kwam - - o vloog - - (bij) o stroomen - - + hagen - - o vlagen / 103 [onontwarbaar geheel] + kerv en kaverend - - + ende - - + 't ijst ent kavert - - o lijk - - + mij - - + scherp (gekaverd) - - + fijn - - o scherp - - o kapte - - o kertte en kaverde - - o scherp en kaverend / 104 + door mijn vel - - + in mijn krempend vel - - + kaverig - - o door + het - - o mijn vel - - + op mijn vel - - o door mijn vel // 109 + ze winkten + ach / 111 + (te)n / 112 + (vriend)huyse - - + waarde - - huyse (in) | |
[pagina 58]
| |
Voor de veister
| |
[pagina 59]
| |
Naar de deur zoo
sprongen ze allen
35[regelnummer]
vader, moeder
kind en min
als ik eindlijk
ingevallen
kwam te schilden-
40[regelnummer]
vriendhuyse in.
Welgekomen!
wel gevonden!
hand in hand en
hert in hert
45[regelnummer]
maak u vrij en
eer veel stonden
steekt ge uw voeten
onder 't berd.
't Scherpe vier door-
50[regelnummer]
brandt de randen
van mijn keuken-
kachel, kom
't scherpe vier door-
boomt de wanden
55[regelnummer]
van mijn zitplaatse
al rondom.
't Scherpe vier, maar
scherp en felder
laait de vriendschap:
60[regelnummer]
wees gediend
met mijn huis, mijn
bed, mijn kelder!
welkom Gods zegt
schild en vriend!
65[regelnummer]
Schild en vriend was
hij, tot schamen
van vele anderen
| |
[pagina 60]
| |
onverdiend
die met schicht en
70[regelnummer]
veeten kwamen
tegen mij, hun
schild en vriend.
'k Heb gestadig
in de stonden
75[regelnummer]
als ik erg in 't
nauwe zat
schild en vriend bij
mij gevonden
die noch schild noch
80[regelnummer]
vriend en had.
Hij is schild van
buiten ende
hij is vriend van
binnen, trouw
85[regelnummer]
hij al lange me en
ik hem kende
dien ik nooit ver-
geten zou.
Schild en vriend was
90[regelnummer]
lang voor dezen
't woord wel eens in
krijgsgeval
schild en vriend nu
laat hem wezen
95[regelnummer]
een' dien 'k niemand
noemen zal.
't Bulde en 't brieschte al
deur de hagen
en het woei zoo
100[regelnummer]
bitsig fel
dat de drijfsneeuw
vloog bij vlagen
scherp gekaverd
door mijn vel.
| |
[pagina 61]
| |
105[regelnummer]
Voor de veister
stonden ze allen
vader, moeder
kind en min
en ik wenschte
110[regelnummer]
moe gevallen
mij te schilden-
vriendhuyse in.
| |
[pagina 62]
| |
DateringHierboven stipten we reeds aan dat men, op grond van de purperen inkt in de Versie A en C, het ontstaan van het gedicht wel in de omgeving van het jaar 1880 moet plaatsen. Op de keerzijde van fiche 1 lezen we, in Gezelles hand, de datum: 7-1-78, op die van fiche 3 vermoeden we de datum: - / 8 / 78, op die van strofe 8 treffen we de autograaf aan van o Kerksken kleen van Sint Eloy met de datum ‘S. Melchiadis 77’, d.i. 10 december, en strofe 6 tenslotte schreef Gezelle op de keerzijde van een kladhandschrift van 't Aprilt alreê, waarvan we recent het nethandschrift terugvonden met de datum: 29 Dec. 80. Rekening houdend met de gevoelige, haast tactiele levendigheid in de tekening van de winterkoude, zouden we het in het hartje van de winter willen localiseren. We stellen voor: januari 1881.
Toelichting en woordverklaring (de nummers verwijzen ook naar de varianten)
We voegden leestekens toe in de r. 35 en 107. Aan het einde van de versregels werden geen leestekens toegevoegd, ook niet op plaatsen waar ze verwacht worden. We voegden wel punten toe aan het einde van de strofen 1, 3, 4, 5, 7, 8, 9, 11, 12, 13 en 14; ook hoofdletters aan het begin van de strofen 2, (4), 5, 6, 7, 8, 10, 13 en 14. Motto: het bekende sjibbolet dat tijdens de Brugse Metten op 10.5.1302 als herkenningsteken fungeerde, symboliseert hier geborgenheid en vriendschap / 1 venster (veister is vrouwelijk) / 6 (vgl. toegekomen) / 7v. (als begrip aaneengeschreven: het huis dat voor de dichter ‘schild en vriend’ was, hem beschutting en vriendschap bood) / 10/14 (de keuze in r. 14 gebeurde op grond van r. 10, waar het tweede lid van de ontkenning - en - moest bewaard blijven) / 15v. hing / 24 gesneden (vgl. snijdende wind) / 25 (de spelling toev en laat toe zowel het werkw. toeven als het voegwoord en te bewaren, wat wsch. de bedoeling van de dichter was) / 26 aan het einde van veel ontbering? (Caesar Gezelle was zelf creatief toen hij tenden tasten las) / 28 (de variant botste is moeilijk te combineren met r. 29 - bij - en 31 - en - tegelijk) / 33 (onder de vier varianten is Naar de meest waarschijnlijke) / 38vv. kwam binnen (in), en: kwam binnengevallen / 39 (kwam verkozen boven viel t.w.v. het homoniem bestanddeel in r. 38) / 42 wel bevonden? / 43v. handen werden gedrukt, tekens van vriendschap gewisseld / 45 leg uw overjas af / (we verplaatsten eer naar r. 46 om metrische redenen) / 46 heel spoedig / 48 berd = tafel / 49 vuur / 50 (we verkozen brandt: het werd tweemaal geschreven, eenmaal op de plaats van de eerste geschrapte versie) / | |
[pagina 63]
| |
58 feller / 63 (zegt verkozen boven bij: we leggen welkom Gods in de mond van de gastheer) / (als wens: vgl. de vrede van God) / 67vv. anderen die zonder aanleiding (onverdiend) met schicht en veeten (vgl. schild en vriend) tegen mij (op)kwamen, hun... (herinnering aan de late Brugse jaren?) / 69 on- (uit on-vriendschap, fungeert hier als) en / 73vv. (in r. 77 wordt de persoon, in r. 79 de toevlucht bedoeld) / 85 (G. had blijkbaar moeite met deze r., waar zowel me als en, wegens de elisie, onvoldoende nadruk schijnen te krijgen) / 90 (nl. tijdens de Brugse Metten) / (de keuze moest gaan naar lang voor dezen omdat in r. 94 heet ik heden werd geschrapt) / 95v. (een intentie die tot op heden bewaarheid bleef) / 97 bulde = huilde (WNT) / 98/102 (de voorkeur voor hagen - vlagen boven boomen - stroomen lag poëtisch voor de hand) / 103 scherp gekaverd = scherpe pijnen of kneuzingen veroorzakend, schralend / 109 (G. verving wel ze winkten door ik wenschte omdat moe gevallen als bijstelling bij het onderwerp hoort) | |
NaschriftAlle gegevens die zouden kunnen bijdragen om te achterhalen wie de man was die de dichter niet heeft willen noemen (zie r. 95v.), zijn van harte welkom in het Centrum voor Gezellestudie, UFSIA, Prinsstraat 13 - 2000 Antwerpen. - De bewering van Caesar Gezelle in Zantekoorn dat de leuze ‘Schild en vriend’ de benaming was van een villa op de Groeningekouter te Kortrijk waar die vriend van de dichter zou gewoond hebben, biedt geen houvast: in de geschrapte varianten wordt ten hoogste gezegd dat die leuze ergens ‘rond den heerd’ stond (zie r. 63). - In het Gezelle-archief te Brugge berust op dit ogenblik, aansluitend bij de 14 fiches van Versie C, een haastige notitie van Gezelle. Ze werd door C. D'haen elders in het archief aangetroffen, maar omdat inkt en formaat van het documentje met die van ons gedicht overeenstemmen en het stuk ook een nummer draagt dat bij de fiches aansluit, heeft zij het aan de groep toegevoegd. De notitie luidt: ‘de eerste str[ofen] zullen M & Mevr H.v.B. te M bij G. wel verkennen. Mochten zij de andere in danke nemen 't is trouwens den eerste keer niet dat zij echt en ridderlijk De suggestie van C. D'haen om de initialen als volgt te lezen: ‘H van Bethune te Marke bij Groeninge’ is niet onmiddellijk voldoende waarschijnlijk om opzoekingen in andere richtingen stop te zetten. Welk | |
[pagina 64]
| |
‘jong’ gezin met kind(eren) uit de Bethune-stam kan daarvoor in die jaren wel in aanmerking komen? De notitie zelf kan wel op het gedicht betrekking hebben; met ‘eerste strofen’ zou Gezelle dan Versie A kunnen bedoeld hebben, die de tijdens het letterlijk en overdrachtelijk noodweer binnengevluchte dichter dan de avond zelf (cf. r. 62) nog zou kunnen geschreven en laten lezen hebben. |
|