17 | Schijnheiligheid
onveiligheid. |
18 | Gewonnen brood
heeft kaken rood. |
19 | Onmatige mond
eet schande en zond. |
20 | Staal, steen en berd
is 's gierigaards hert. |
21 | Die helpt waar hij kan
is een treffelijk man. |
22 | Van toorne en haat en nijd
komt dikwijls dere en spijt. |
23 | Dwee, milde, vroed,
geen schild zoo goed. |
24 | Die herdt en lijdt
nadien verblijdt. |
25 | Het geld niet, maar de deugd
brengt altijd eere en vreugd. |
26 | Geweten goed
wel slapen doet. |
27 | Die 't kwaad vermijdt
is blij altijd. |
28 | Nooit onverbeid
en zij de eeuwigheid! |
29 | Wellust endigt,
deugd bestendigt. |
30 | Gods eere en loon,
wat schoonder kroon! |
Ga ik den laatstuitgekomen schoolboek krijgen?
Moetender veranderingen aan bovenstaande tweelingen gedaan zijn, laat ze mij zelven doen, a.u.b. Ik hebber veel zorge aan besteed.
Hebt gij geen bemerkingen over laatste Loquela?
ul. in Xo
[w.g.] Guido Ge[zelle]
| |
- | De ij werd gestipt in 3 (spijze), 8 (wijs), 15a (gij), 17 (schijnheiligheid), 22 (nijd, dikwijls, spijt), 24a (lijdt), 25 (altijd), 27 (vermijdt, blij, altijd), 28 (zij); ze bleef ongestipt in 15b (gy), 16 (altyd), 21 (hy), 24b (verblydt) en in de brief (krygen, zyn, my, gy). Wanneer Gezelle iets met zorg schreef (spreuken), was de kans groter dat de ij gestipt werd dan wanneer hij inderhaast iets neerpende, zoals de brief (vgl. moetender, hebber en de handtekening); wat bewijst dat hij in die tijd (1882) de bedoeling had de ij altijd te stippen. |
| |
- | Verbeteringen en varianten
1b tussen haakjes werd bijgevoegd ? met God begin; 2b daar is onderstreept en als variante werd voorgesteld ? want; 6b raad is met zwart potlood geschrapt en vervangen door weg, dat met rood potlood werd doorgestreept; 7b best is onderstreept en tussen haakjes staat ? hoogst; 10b horkt is onderstreept en tussen haakjes staat ? hoort; 12a de g van Geen werd doorgestreept; 12b nooit werd doorgestreept en vervangen door geen; 13b 't geweten werd onderstreept en tussen haakjes staat ? geweten; 14a tussen haakjes staat ?? een rooze; 15a onder hoe werd aan geschreven (aan wien), dit werd weer geschrapt; 16a tussen haakjes staat ?? Die eens gel...; 17b tussen haakjes staat ?? is vuiligheid; 19b en is onderstreept en tussen haakjes staat ? ende; 20b in gierighaards werd de h geschrapt: 21b tussen haakjes staat ? eerelijk; 22 aanvankelijk stond er Toorne, haat en nijd / baart dikwijls dere en spijt, naast 22a werd in rood potlood gramschap geschreven; 23a duidelijkheidshalve werd tussen haakjes dwee herhaald; 28a tussen haakjes staat ?? onbereid; 28b aanvankelijk stond er zij de eewigheid; de tweede negatie en werd ervoor geschreven, achteraf werd tussen haakjes bijgevoegd? zy de... |
| |
- | De volgende spreuken werden met een rood potlood aangestreept: 1, 5, 6, 8, 10, 11, 16, 21, 25, 26. |
| |
- | De tekst staat op de keerzijde van een verbeterde proef op krantepapier van Loquela I, nr. 10, februari 1882, kol. 78 (Boekstaf in verliest) tot kol. 80 (tot eenen lateren no.); hij werd in purperen inkt geschreven, en hiermede wordt de periode tijdens dewelke Gezelle volgens P. Allossery en Baur (Jub. T II, blz. 133) purperen inkt zou hebben gebruikt (1874-1880/81), ten minste met een jaar verlengd. |
| |
- | De bestemmeling van deze tekst is vooralsnog onbekend. |
| |
- | SBK, Biogr. Fl. Occ., bundel 68. |
J.B.
|
|