Gezellesymposium 1977
Drie jaar na het Gezellesymposium te Antwerpen werd op zaterdag 30 april 1977 wederom een Gezellesymposium gehouden, ditmaal te Kortrijk. Doordat aan het symposium 's morgens een besloten vergadering van het Gezellegenootschap in hotel Broel voorafging, bleef het symposium ditmaal beperkt tot een middagbijeenkomst. Deze werd gehouden in de gotische zaal van het Gemeentehuis van Kortrijk, die door het Gemeentebestuur hiervoor welwillend was afgestaan, waarvoor onze hartelijke dank.
Uiteraard was deze stijlvolle zaal niet tot in de nok van het dak gevuld, dat was ook helemaal niet de bedoeling. De bedoeling was een aantal in Gezelle geïnteresseerden te confronteren met de heropleving van Gezelles dichterschap in de stad Kortrijk, in welke herleving 1877 een markante mijlpaal betekent. Aan deze herleving werden twee uitvoerige voordrachten gewijd. De interpretatie, door de voordrachten gegeven, lokte enige discussie uit. Het onderwerp kon wegens tijdgebrek geenszins uitputtend behandeld worden. Mede daarom publiceert de redactie van de Gezellekroniek deze voordrachten hier integraal; hun definitieve vorm geeft wellicht aanleiding tot voortgaande discussie.
Bij wijze van inleiding werd op het symposium hulde gebracht aan het oudste (Kortrijkse) lid van het Guido-Gezellegenootschap, de eerwaarde heer Jan de Cuyper, die antwoordde met een toespraak waarin herinneringen aan de tot standkoming van de Jubileumuitgave werden vastgelegd. Ook deze toespraken worden hier afgedrukt.
Een hartelijk woord van dank intussen aan de commissie onder voorzitterschap van prof. dr. R.F. Lissens, die dit symposium heeft voorbereid, en aan De Nederlandsche Boekhandel te Kapellen die het symposium mogelijk maakte.