Geuzenliedboek
(1924-1925)–Anoniem Geuzenliedboek– Auteursrecht onbekend202.
| |
[pagina 178]
| |
Dees voncken waren wyt ghevlogen
In ander Coninckrijcken eel,
Dit werck was seer vals door-togen,
25[regelnummer]
Met groote practijcken veel
De Fransche Kroon, met Lelie schoon,
Meenden zy oock te doen plucken of
En oock de Rooskens vant Engels hoff.
Ja vromen Coningh van Brittangien
30[regelnummer]
Op u wasset oock mee ghemunt
Vanden Coningh van Hispangien
Maer God en heeft u niet ghegunt
Dat Godt spaert, is wel bewaert
Want hy hout de beste wacht,
35[regelnummer]
Alsoo men sach tachentigh acht.
Ga naar voetnoot35.
Sijn stoel meenden hy te gaen setten
Boven onsen Prins vailjant,
Ja meenden hem
Ga naar voetnoot38. soo
te verpletten
Te beroven zijn eer met schandt,
40[regelnummer]
Men sachget wel, hoe hy rebel
Stoutelyck liet den Trommel slaen
Om Mauwerits teghen te staen.
Ghy lasteraers wilt nu toch swijgen
De vroome Staten niet en beliecht
45[regelnummer]
Of ghy sulter u loon af krijgen,
Want ghy u selven toch bedriecht
Want het Gherecht en is niet slecht
Ga naar voetnoot47.
Die hebben gheexamineert
Ende met recht gheexcuteert.
50[regelnummer]
Oorlof Prinslijcke Batavieren,
Wacht u voor sulcke daden quaet,
Bemindt u Prins met soet manieren
En acht niet op des Duyvels raet
U oude eer, betracht die meer
55[regelnummer]
Als ghy voormaels placht te doen
Met stryden stout, vailiant en koen.
| |
[pagina 179]
| |
|