Geschiedkundige beschryving van de maan, deszelfs inwooneren en zyn beste regeerings-vorm in een tydvak van 4500 jaaren
(1794)–Anoniem Geschiedkundige beschryving van de maan–
[pagina 73]
| |
derhalven trachtte te onderhouden, ten einde het moorden en bloedvergieten immers nooit een einde nam. (§. 70.) Thands, (hier zuchtte myn deugdzaame Vader) kunt gy u myn Zoon! een wáár denkbeeld van die Monarchen maaken, die zich op hunne oude herkomst zo veel laaten voorstaan. Wanneer gy terug gaat, zult gy onder hen eene meenigte struikroovers en volksverwoesters aantreffen, die veele Schatten en Landen op eene onrechtvaardige wyze bezitten: wat myne Voorouders bezaten, was hun rechtmaatig eigendom en zy waren deugdzaame mannen, die door hunne verdiensten in hun Vaderland schitterden. Op zulke Voorouders kunt gy u met recht beroemen en gy kunt de Godheid met een ruimer gemoed danken, dan, wanneer uwe Voorouders geroofd en gemoord en u een erffelyk Koningryk nagelaaten hadden. Met recht kunt gy, zegge ik, u op deeze Voorouders wat laaten voorstaan, want God | |
[pagina 74]
| |
de Almagtige, die de Persik uit het water deed worden en alle wetten der Natuur vastgesteld heeft, (§. 9, 10.) zal de waereld oordeelen, en dan zullen uwe Voorvaders uitblinken: maar de roovers, moordenaars en onrechtvaardige conqueranten verachtelyk worden. Geenszins de mensch: maar God vonnist rechtvaardig, en Hem moet gy by alle uwe handelingen voor oogen houden. - |
|