De Gemeenschap. Jaargang 14(1938)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 543] [p. 543] Maarten Louwerens Arbeiden wij Arbeiden wij - vernederd, onvrij - om den hoogen arbeid, den heelenden sterkenden adeldom merkenden arbeid? Arbeiden wij - vernederd, onvrij - om den heiligen plicht, den trotschen en moedigen, offerend bloedigen plicht? Arbeiden wij - vernederd, onvrij - om het dagelijksch brood, het weelderig geurige, glanzend goudkleurige brood? Arbeiden wij - vernederd, onvrij - om het machtige geld, het lachende zingende, aarde bedwingende geld? Of arbeiden wij - vernederd, onvrij - om de trouw aan de sleur, de geprezen verdomde schijnheilig vermomde sleur? [pagina 544] [p. 544] En zijn wij, godbetert! zoo nederig en blij, omdat wij zoo goed als de rest zijn, en het stempelbureau niet tot last zijn? Vorige Volgende