De Gemeenschap. Jaargang 14(1938)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 533] [p. 533] Maarten Louwerens Rorate Dauwt van boven, hemelen En dat de wolden regenen Den Eéne die Rechtvaardig is. Bedwing Uw gramschap, Heer, Vergeet wat wij misdeden. Zie, Sion werd een woestenij, Verlaten ligt Uw Stede. Jerusalem treurt troosteloos, Waar eens der vaad'ren loflied klonk, Hier stond Uw huis van heerlijkheid, Hier was het dat Uw glorie blonk. Dauwt van boven, hemelen En dat de wolken regenen Den Eéne die Rechtvaardig is. Als Onrein werden wij Door menigvoud van zonden. Wij vielen als het stervend blad Dat dwarrelt in den ronde. Als door een wervelwind verwaaid Zijn wij door onze zondigheid. Uw Aangezicht bleef ons verheeld, Zwaar drukt onze ongerechtigheid. Dauwt van boven, hemelen En dat de wolleen regenen Den Eéne die Rechtvaardig is. [pagina 534] [p. 534] Zie Heer Uws volks diepen smart En zend Hem dien Gij zenden zult. Zend uit het Lam, met macht bekleed, Wiens heerschappij de aard' vervult. O zend Hem uit den steenwoestijn Den berg van Sion's dochter toe. Dat Hij den diep gekromden rug Van 't vreemde slavenjuk ontdoe. Dauwt van boven, hemelen En dat de wolken regenen Den Eéne die Rechtvaardig is. Troost u mijn volk, ja wees getroost! Dra komt Hij die uw Heil zal zijn. Waarom wordt gij door rouw verteerd? Gij zijt vernieuwd door leed en pijn. Ik zal u redden, ban uw vrees, Als gij den Heer uw God gelooft. De Heilige van Israël Ben Ik, de Redder u beloofd. Dauwt van boven, hemelen En dat de wolken regenen Den Eéne die Rechtvaardig is. Vorige Volgende