De Gemeenschap. Jaargang 11
(1935)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 286]
| |
Een spel in vijf tafereelen met voor- en naspel. (Schema.)Ga naar voetnoot1)I. Voorspel. Tooneel: strand met zand. Huis van zand gebouwd. Zang en dans van kinderen. Op 't laatst spreken de kinderen: zou het huis 't uithouden. Wanneer er nu wind komt, en regen? Einde weer gezang en dans (eerste couplet: ‘In Holland staat een huis’ ...)
Onmiddellijk daarop: | |
Eerste Tafereel.In restaurant. De man, de vrouw, de kellner. De man en de vrouw komen al spelenderwijs tot elkander. Langzamerhand neemt hunne wat fantastisch-romantische stemming toe. De kellner onderbreekt telkens met nuchtere vragen: hij is de nooit te verdrijven alledaagschheid, groot, vierkant, ijzig kalm.
| |
Tweede Tafereel.De bruiloft. De bruiloftsstoet komt op met speelman aan het hoofd: vóórtooneel. Dan rijst tusschendoek. De bruiloftstafel. De gasten nemen plaats. Volgt Hollandsche bruiloft met verwarde en hakkelende toespraken, komische voordrachten enz. Bont en beweeglijk tooneel.
| |
Derde Tafereel.Het echtpaar thuis. Twist en verzoening. Even breekt
| |
[pagina 287]
| |
ook de ernst door. Rhapsodie van allerlei gevoelens. Veel van de fantasie, de romantiek, de alledaagschheid van het huwelijksleven moet hier worden geconcentreerd. Het slot is stilte: stilte van een diepe verzonkenheid in elkander. Er zijn geen woorden meer.
| |
Vierde Tafereel.De crisis. De man is verliefd op een meisje veel jonger dan hij, dat meer uit onervarenheid hem meent lief te hebben, tegen hem opziet en tevens meent de meerdere te zijn. Zij komt op bezoek en een gesprek ontwikkelt zich tusschen haar en de vrouw, die nu ook moeder geworden is. In dit gesprek strijdt de vrouw voor zichzelve, maar ook voor den man: zij kent hem door en door en kent ook reeds de ontgoocheling, die hem wacht. Want zij tracht iets vast te houden, wat ieder in het leven eens loslaten moet: de jeugd en de gevoelens der jeugd. Het meisje wordt verslagen en vertrekt, zij zal op reis gaan... De man komt thuis en hoort van het bezoek en van de reis. Hij ziet veel ineen zinken, doch de kinderen komen thuis. En dan begrijpt hij. Wij moeten het leven aanvaarden in zijn jeugd, zijn rijpen, zijn ouderdom. Dan herleeft ons hart in die na ons komen.
| |
Vijfde Tafereel.Ouderdom. De man en de vrouw zitten bijeen. Zij hebben alles aanvaard, en nu blijft de herinnering over. Dit middentooneel. De vrouw leest brieven voor van de kinderen. Dan gaan achtereenvolgens beide zijgordijnen open (het geheel moet gelijken op een triptiek). In de zijtafereelen zien wij iets van het leven der kinderen, waarvan in de brieven wordt verhaald, en in deze korte brokjes leven zien wij den invloed der ouders weerspiegeld. Aan het slot zien wij man en vrouw weer stil bijeen (als slot II). ‘Het is volbracht’.
| |
[pagina 288]
| |
Naspel.Tooneel als in voorspel. Strand met zand. De kinderen komen naar het huis zien. Dien nacht heeft 't dikwijls gestormd en geregend. Het huis heeft wel geleden, maar 't is blijven staan. Tot slot dansen en zingen de kinderen: ‘In Holland staat een huis’.
(Vignet Joep Nicolas)
|