De Gemeenschap. Jaargang 10

[p. 242]

Anton van Duinkerken
Sanhedrin

Zij hebben U vernederd, maar niet klein gekregen;
Zij hebben U ontkleed en ziet, Gij waart niet naakt;
Zij sleepten u voor 't recht en eischten dat Gij spraakt;
Uw eenig antwoord was: ‘Nooit heb ik iets verzwegen.

Gaat naar het gansche volk ter kerke en langs de wegen,
Want nergens heb Ik van mijn woord geheim gemaakt
En dient daar in mijn leer of leven iets gewraakt
Zoo schreeuwen het de steenen van de straat u tegen’.

Uw beulen ken ik van nabij, en vooraleer
Ik vonnis, zal ik 't oordeel naar mijzelven wenden,
Doch, Jesus, welk een troostend voorbeeld gaaft gij hier:

Die need'rig waart als geen, bleeft voor de rechtbank fier,
Die voor Uw beulen boogt, verhieft U tegen 't schenden
Door laffen laster en het rooven van Uw eer.