De Gemeenschap. Jaargang 7(1931)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Hagel Kerkelike kunst. I Mozaïek. Na 't molkenboerse kruis weet iedereen het dus: ‘Moderne kunst is goed, zo'n beetje rechte lijnen, Maar ultra is affreus, moet uit de kerk verdwijnen!’ O korte en klare wet van d'internuntius. II Geschenk. Heel de parochie heeft met vlijt gespaard, De clubs, de bonden en de congregaties, - De godsdienstzin zoekt vroom naar variaties! - En zie wat spaarzaamheid aan schoonheid baart! [pagina 208] [p. 208] III De aanwinst. In fraaie stand vertoont zich 't Goddelik Gezin, Gekocht naar maat. Sint Jozef houdt verlegen Zijn hoofd naar 't nette Jongetje genegen; Maria spant zich pijnlik tot een glimlach in. IV Laatste wensch. Nog voor de oude herder gaat verscheiden Doet hij - wat immer zijn verlangen was - Gods Huis vol-maken met geschilderd glas: Hij laat zijn spoor aldus voor laatre tijden. V De meester. Na prima-donna's en primaten, Na protsers, prinsen en prelaten, Heeft nu van Wely zich om meerder roem Op kruiswegstaties losgelaten. (En Caty kwam eens innig met hem praten). Hij redt de kerken uit een groot gevaar: ‘Die nieuwe kunst is eigenlik toch raar’; De meester wist de juiste snaar te treffen: Gods Lijden aangepast aan het boudoir. (En dat was juist de moeilikheid, nietwaar?) H.K. Vorige Volgende