Anton van Duinkerken:
Het onbekende meisje van de Seine
Men mag wellicht geloven, dat zij in de Seine sprong om haar maagdelikheid te behoeden....
...toen werd het vreemd en groen bewegen stil
vertrouwelik als eigen huis of kerk.
(De vloer der kathedraal dekt zerk aan zerk
rustiger doden dan uit eigen wil.)
Daar was geen leven meer. Geen laatste wens
ging haren dood vooraf: een mild ontvangen worden
in strelende golven of glijdende horden
van wieren... of zielen? Handen van een mens
of iemands ademtocht bewoog in haar haren.
De wereld trok zich samen tot dit beven.
Haar prille dood nam 't roekeloze leven
om niets dan haar verstilde glimlach te bewaren.