Gard Sivik. Jaargang 5
(1960-1961)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 1]
| |
dit gebeurde overalDit gebeurde overal:
de werkloze slenteraars,
de oorlogsinvaliden dromend
van een corporatieve staat,
de rusteloze gepensionneerden
aan wie groot onrecht was geschied.
De dampen van de stad
hingen nog in de nacht -
moe en huiverend verliet ik het café,
de ochtend begroeide de bergen.
Een blinde verkocht loten
aan loslopende honden en manke alcoholisten
en voor een ambassade
schrobde een struise meid de stoep.
Maar voor wie niet bij een hoer of zijn vrouw ligt
zijn de steden 's ochtends a-sexueel.
En de absurde affiches
voor het stierengevecht de voetbalwedstrijd
de honderdste voorstelling -
letters letters letters,
het circus is reeds lang vertrokken.
Ik ging verder
het gezonde land in
over de krijtwitte wegen,
terwijl de dorstige zon mij leegdronk -
of nam de tram,
mijn kaartje nat van de eerste regen,
terug naar mijn gemeubileerde kamer
de onbetaalde huur en bewusteloze slaap.
| |
[pagina 2]
| |
huis na huisHuis na huis
duur na huur
kaal en koud
van binnen en van buiten -
ik zie je wel bewegen,
wanhopige poolhaas zonder pels,
schichtig van muur tot muur.
Je wilt eruit
en ook weer niet -
nergens vul je de ruimte.
Straat op, straat uit,
maar dat is het niet,
merk je als je thuiskomt 's morgens
met je huilende man
die het ook niet is.
| |
niet te gelovenNiet te geloven
dat ik knaap nog
een vers schreef over de
zilverwitheid van een berkestam
en om mij heen
grootse dronkenschap
van de bevrijding:
het water was whisky geworden.
Alles zoop en naaide,
heel Europa was één groot matras
en de hemel het plafond
van een derderangshotel.
En ik bedeesde jongeling
moest nodig
de reine berk bezingen
en zijn bescheiden bladerpracht.
|
|