Gard Sivik. Jaargang 3(1958)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 26] [p. 26] a foggy day in rotterdam Je kent het wel: een middag wachten tot het gaat misten. Wachten tot het donker wordt. Of avond wordt. Hij (ik heb het over hem) kijkt, ziet lege bussen die koppig starten, de stad in - op zoek naar meer mist? Stemmen van mensen. Oproer? Bijval? Hij herkent ze, de stemmen. De mensen kent hij niet - nooit gekend. Je kent het wel: pijnlijk nauwkeurig kan hij je zeggen (maar hij doet het niet): ‘Nu gaat de telefoon’ En dan gaat de telefoon. De angst dit aan te voelen. En de angst (nog groter) zich na tien, elf juiste voorspellingen te vergissen. De mist is binnen. Reeds zijn de radiatoren verkild. Hij trekt zijn benen op. Wacht. Het wordt donker. Of avond. Hij trekt huiverend een haar uit zijn pols. Vorige Volgende