Gard Sivik. Jaargang 3(1958)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 36] [p. 36] [pagina 37] [p. 37] waarschuwing! ook van kracht voor zeer verlate reiziger cornelis bastiaan vaandrager Reis gerust per trein. Maar luister: wat mij overkomen is, vlak voor het ontwaken: matrasveren die niet meer zingen bij het bedrijven van eenzame ochtendgimnastiek, schuimrubber in een nacht verkruimeld, zacht ronken onder mijn peluw ?en ik ik kan me niet bedwingen onder de dekens God voor rotvent uit te schelden en woorden te spellen, voorzichtig, woorden als globe globe: niet reizen, blijf thuis, meld u ziek. Eenmaal tussen de rails is het meestal te laat. Een geur van carbid, zo begint het. Neusvleugels die gaan trillen. En tanden. Een blanko eksemplaar van uw ochtendblad. Vaak in de restauratie. Des te erger. Bier dat bevriest. Kristallen, ijsbloemen, barsten in het glas. En weer die geur van carbid. (Ik spreek uit ervaring) Je sluit de coupédeur, keer op keer (tevergeefs): Overmatige tocht? Slot defekt? Forensen die korzelig worden, dreigen met verwijdering of minstens het roepen van een kondukteur. Triest, triest, ik bind mijn koffertje vast, trek aan de noodrem (defekt?). Gil naar een blinde passagier. Ben mijn reçu kwijt en sluit mij ten einde raad maar op in het toilet, waar ik pis omdat ik er toch eenmaal zit en water drink dat geen drinkwater is. [pagina 38] [p. 38] Tenslotte stap ik uit, ver voor mijn bestemming. En ZIE het carbid (u gelooft mij niet?). Men houdt u (wees gewaarschuwd) staande bij de uitgang (ingang): een man met een lampvormig hoofd, en op zijn hoofd een lampekap en hangende 2 scharen uit zijn mouwen. En hier, bij de kontrole van bedrog beticht, merkt u het pas: op het perron zijn de spekzolen van uw zondagse schoenen gesmolten. Miezelregen. Het carbid dat borrelen gaat. En u (dat is het juist) kunt niet wachten met het weggooien van uw peukje. Vorige Volgende