Gard Sivik. Jaargang 2

[p. 22]

/ angstvallende ansichtkaarten

1

een algemeen woord, en wel voorzichtig:
de moordenaar is niet verantwoordelijk
voor een volledig opgetuigd & versierd eksemplaar
van het lichaam van zijn slachtoffer.

2

opgepast!
een man in onbeschrijflijk blauw vest
is rechtgesprongen, en onder het roepen van
supporters!
heeft hij, dank zij een buitengewone
krachtsinspanning, beide handen van de jonge vrouw
ruim 1 1/2 cm hoger geheven!

3

wat was er te zien
door het beroepsgedeformeerde oog?

het landschap zag echt reëel groen.
daar was hij verschrikkelijk trots op. alsof het hemzelf gold -
hij vond zichzelf een werkelijk bekwaam kunstkenner.

4

‘het is niet omdat a niet gelijk is aan a,
dat a niet gelijk zou zijn aan b!’

5

ik was twee meter op vier. men tilde
mij op aan mijn hoeken en droeg mij weg
alsof ik een gekompliseerd beeldhouwwerk was
een soort van mauzoleum.

[p. 23]

6

op een manifestasie
pro dragen van sjinese kleding:
witte sjinese trui, zwartwollen broek, halsdoek -
een sinoloog betitelt het porselein als
de stilte van een gedicht
in botsing met de werkelijkheid.

7

hoch auf eulonium! een patetiese vogel
met een gewaad van snorren - of erger -
geboorteoorzaak: onbekend -
uit geest van verzet roept, woedend als een echte engel:
als gij niet als een paard lacht neem ik u nooit meer mee.

8

linkeroog: geamuzeerd
rechteroog: streng
in de 1e en 4e maand won het jaar
springen kleine
stukjes uit elk oog.

9

aan een gedicht
is maar half zoveel werk als aan een piramiede.
werd door buddingh' bewezen,
proefondervindelijk, met een ijzeren blok
en een houten blok
met 4 maten en met 4 gewichten.

10

ik heb de betastralen gekozen!
ben je mal? elektronen kunnen immers niet spreken.

[p. 24]

11

wat gedaan met uw kostelijk gouden parelsnoer?
men sluit het in een kript
met minstens één houten beeld, één vrouw
en één dochter.

12

spreek ik met mitlas? vroeg de stem in het hokje.
waarom niet? was het ongeduldige antwoord.

maar door een - dit - echt vaderlands gebaar
werd de vrede tussen twee zeelieden
welke dreigde verstoord te worden,
behouden.

13

de man kon niet lezen
hetgeen uit de zak kwam, het was
afgrijselijkheid, het was
dichterlijkheid.

14

aanwijzing:
hij is introvert,
dat wil zeggen: hij is hoog ziek,
hij is ziek in de ziekste graad.
zo wordt iemand als introvert verklikt
door wie aangeschreven zijn en dan nog
een beduiding te vinden komen.

15

de heer des huizes ligt stil en opeens
- hij heeft er genoeg van -
begint hij
naakte meisjes naar zich toe te trekken.

16

c'est pour mes plantes caryatides -
zij zijn krapuul, natuurlijk.