Forum der Letteren. Jaargang 1987
(1987)– [tijdschrift] Forum der Letteren– Auteursrechtelijk beschermdDe ANS en het voornaamwoordelijk bijwoord
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||||||||||||||||||||
erop zou volgens Van Riemsdijk transformationeel afgeleid zijn van op het, en overal op van op alles.Ga naar eind1 De kwestie die ik aan de orde wil stellen is: bestaan er samenstellingen die terecht als voornaamwoordelijke bijwoorden aangeduid kunnen worden? | |||||||||||||||||||||||||||||
1. Het voornaamwoordelijke bijwoord: een constituent?Algemeen is de opvatting dat voornaamwoordelijke bijwoorden (verder afgekort als: VB) worden gevormd uit een van de woorden er, daar, hier, waar, ergens, nergens, overal + een voorzetsel of een bijwoord. Als voorbeelden geeft de ANS (blz. 382-391) onder meer erbij, hierlangs, waarvoor. Uit het feit dat deze VB's aaneengeschreven worden, kan men concluderen, dat ook de ANS-redactie van mening is dat er + bij, hier + langs en waar + voor een constituent vormen. Die opvatting vindt men trouwens in alle grammatica's terug en zij is gebaseerd op het feit dat dit soort samenvoegingen in zijn geheel verplaatsbaar is:
Maar in de ANS wordt ook opgemerkt (p. 384) dat de onbepaalde voornaamwoordelijke bijwoorden nooit aaneengeschreven moeten worden. Ook andere grammatica's vermelden dit feit. Maar geen van alle brengt naar voren, dat deze schrijfwijze samen kan hangen met het feit dat (n)ergens + voorzetsel en overal + voorzetsel niet één constituent vormen:
Ook de ANS noemt dit feit niet en buitenlanders die dit werk raadplegen zouden dus gemakkelijk in de verleiding kunnen komen om zinnen als (5) en (7) te vormenGa naar eind2. In het Nederlands zijn evenwel alleen (8) en (9) correcte varianten van (4) en (6):
De conclusie lijkt gewettigd, dat overal + aan niet één constituent vormen. Deze bevinding wordt bevestigd door andere observaties. Zo zijn (10) en (11) goede zinnen in het Nederlands: | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 99]
| |||||||||||||||||||||||||||||
Maar soortgelijke zinnen met overal of (n)ergens missen de ongesplitste variant:
Maar natuurlijk wel:
Keren we nu terug naar de VB's met er, hier, daar en waar + voorzetsel. Nu we weten, dat overal en (n)ergens + voorzetsel, niet één constituent vormen, kunnen we ons afvragen of ook deze VB's wellicht een variant kennen waarbij er niet sprake is van één constituent maar eerder van twee. Zouden aan een zin als (15) wellicht de twee structuurvarianten (15a) en (15b) toegekend moeten worden?
Voor het bestaan van (15b), de variant die parallel loopt met overal en nergens + vz, zijn verschillende argumenten aan te voeren. In de eerste plaats valt natuurlijk op hoe gemakkelijk elementen tussen daar en aan in te plaatsen zijn:
Van Riemsdijk (1978) gaat in alle gevallen uit van variant (15a): in de basis is er een constituent waaruit het r-gedeelte (er, daar etc.) verplaatst wordt naar + R-posities in het VB en daarbuiten. Na de verplaatsing blijft er een spoor achter (t), dat gebonden wordt door het verplaatste r-woord:
Is deze opvatting nog te verdedigen voor combinaties als er, hier, daar of waar + voorzetsel, voor de gevallen met overal en nergens + voorzetsel ligt dat anders. Hier is immers geen sprake van één constituent. Een diagram als (1) is voor deze combinaties eenvoudigweg ondenkbaar. Overal en (n)ergens moeten buiten de PP gegenereerd worden, misschien als Adv onder de S-knoop. Dat betekent dat in een zin als:
Maar als overal (in de betekenis ‘alles’ als in (18)) op die plaats in de basis gegenereerd moet worden, dan zie ik geen argument om te blijven betogen, dat er daar niet basisgegenereerd kan zijn. Er kán zo bezien in de PP gegenereerd worden onder S, overal kan alleen buiten de PP gegenereerd worden. | |||||||||||||||||||||||||||||
2. ConclusieIn het bovenstaande heb ik laten zien, dat overal en (n)ergens + voorzetsel of bijwoord niet één constituent vormen in het Nederlands. De term ‘voornaamwoordelijk bijwoord’ kan op grond hiervan niet gehandhaafd blijven voor deze woordcombinaties. Er, daar, hier en waar + voorzetsel of bijwoord kunnen wel één | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 100]
| |||||||||||||||||||||||||||||
constituent vormen (deze combinaties zijn wel in hun geheel verplaatsbaar) en voor deze samenstellingen zouden we de term voornaamwoordelijk bijwoord in de grammatica (dus ook in de ANS) kunnen handhaven. Men kan zich wel afvragen of de gesplitste versie van het VB (als in Jan dacht er de hele middag aan) inderdaad het resultaat is van een verplaatsing. Er zou in zulke gevallen ter plekke gegenereerd kunnen worden, iets wat ten aanzien van overal en (n)ergens noodzakelijkerwijs het geval is. Blijft natuurlijk de vraag waarom er + aan wel een geheel kunnen vormen en overal + aan niet. Op die en op andere vragen rond het VB hoop ik in ander verband terug te komen. | |||||||||||||||||||||||||||||
Bibliografie
|
|