Folium Librorum Vitae Deditum. Jaargang 1
(1951)– [tijdschrift] Folium– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdbron
Folium Librorum Vitae Deditum. Jaargang 1. J.L. Beijers, Utrecht 1951
codering
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
logboek
-
verantwoording
gebruikt exemplaar
exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: LHO AW.A 06b FOL
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Folium Librorum Vitae Deditum. Jaargang 1 uit 1951.
redactionele ingrepen
Aan het begin van elk nummer is een kop tussen vierkante haken toegevoegd.
p. 118, 185, 187, 191: voetnoot ‘1’ heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editie is de noot alsnog geplaatst.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (binnenkant voorplat, deel 6: binnenkant achterplat, achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ voorplat]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
REDACTIE: H.L. GUMBERT
JAARGANG I
1951
UTRECHT
J.L. BEIJERS
[Deel 1, pagina 1]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
1951 Redactie: H.L. Gumbert I/1
[Deel 1, pagina 30-31]
NEDERL. VEREENIGING VAN ANTIQUAREN
OPGERICHT 3 SEPTEMBER 1935
LEDENLIJST
[Om privacyredenen is dit tekstgedeelte niet zichtbaar.]
Secretariaat:
LAAN VAN MEERDERVOORT 45, DEN HAAG
LEDENLIJST
[Om privacyredenen is dit tekstgedeelte niet zichtbaar.]
[Deel 1, pagina 32]
Wat wij vooral wensen is, dat onze lezers - leken en vakgenoten - medewerkers worden. Elke bijdrage, klein of groot, op het gebied van bibliographie, bibliophilie, boekillustratie, het verzamelen van boeken, de antiquarische boekhandel, het veilingwezen, de bibliotheken - kortom, elke bijdrage, die met het leven van het boek verband houdt, is welkom. Kritiek, niet alleen op ons eigen werk, maar op alle verschijnselen in de boekenwereld achten wij hoogst noodzakelijk.
De redactie is bezig een iconographie van de boekhandel samen te stellen. Zij is dankbaar voor elke mededeling, die hierop betrekking kan hebben, vooral voor iedere inlichting over bekende of onbekende, gepubliceerde of ongepubliceerde voorstellingen van het antiquariaat, de boekhandel, van antiquaren en boekhandelaren in Europa tot ongeveer 1850.
Bij voldoende belangstelling zal in het volgend nummer een begin worden gemaakt met een bibliographische vraagbaak. Hiervoor bedoelde vragen worden gaarne verwacht en zullen in volgorde van binnenkomst worden afgedrukt. De antwoorden uit de kring der lezers zullen later worden gepubliceerd.
(De redactie behoudt zich het recht voor, zonder opgave van redenen vragen of antwoorden niet op te nemen).
[Deel 2, pagina 33]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
1951 Redactie: H.L. Gumbert I/2
[Deel 2, pagina 64]
De redactie verheugt zich over de aan een periodiek verbonden mogelijkheid fouten te herstellen. Wij maken dan ook van deze kans gaarne gebruik.
Onder ‘In Margine’ vindt men van zeer bevoegde hand een dringend noodzakelijke aanvulling op onze notitie over Mejuffrouw Pellechet.
Van verschillende kanten werden wij attent gemaakt op het feit, dat de Witte Mier in 1924-26 herleefde. Dit ter aanvulling van de lijst van Nederlandse bibliophiele periodieken. Andere ons genoemde tijdschriften hebben te weinig betrekking op Nederland. De Bibliographische Adversaria hadden wij voor de opmerkzame lezer wel degelijk genoemd (‘Het Boek en zijn voorlopers’).
Dringend verzoeken wij de lezers, die het eerste nummer van Folium willen bewaren op blz. 13 in de eerste regel van no. 2 een storende fout te verbeteren: Acr.mo moet worden ac R.mo. Ook de drukfout op blz. 28 (31 November) werd ontdekt.
De eerste aflevering van Folium was vergezeld van een brief, die onze bedoeling nader tracht uit te leggen en daarnaast wilde opwekken tot kritiek of bijval en tot medewerking.
De oogst, die deze oproep bracht, heeft ons niet teleurgesteld. De inhoud van alle brieven, kaarten, telephonische en persoonlijke gesprekken, die ons ten deel vielen, was bijzonder verheugend. Alle stemmingen, die de grondslag voor een opbouwende samenwerking kunnen zijn, waren vertegenwoordigd, van warme, vriendschappelijke hartelijkheid tot spontaan enthousiasme. Ook aan welwillende kritiek heeft het ons gelukkig niet ontbroken. Slechts één enkele stem was volkomen negatief en kon ons dan ook alleen door de zonder twijfel zeer grote oprechtheid bekoren.
De briefschrijvers zullen hebben ondervonden, dat wij niet op alle brieven konden antwoorden. Wij hebben echter alles zorgvuldig gelezen. Wij danken vooral diegenen, die nu reeds een abonnementsverplichting hebben willen aangaan.
Bij dit nummer voegen wij een kaart, waarmee men zich nu inderdaad kan abonneren.
[Deel 3, pagina 65]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
1951 Redactie: H.L. Gumbert I/3
[Deel 3, pagina 96]
Bij het tweede nummer van Folium was een kaart gevoegd. Door het invullen van deze kaart kon men zich op Folium abonneren. Van deze mogelijkheid is nog niet in voldoende mate gebruik gemaakt. Van de andere kant hebben vele van onze vrienden reeds kennissen en andere boekliefhebbers met succes aangespoord onze onderneming te steunen. Nog meer lezers zullen moeten begrijpen, dat het voortbestaan van Folium absoluut afhankelijk is van de - ook finantiële - medewerking van een grotere kring. Het moet mogelijk zijn, in Nederland 400-500 bibliotheken en verzamelaars te vinden, die jaarlijks 10-12 gulden overhebben voor het instandhouden van een blad, waarvan het bestaansrecht ons in de afgelopen vier maanden overduidelijk is gebleken.
[Deel 4, pagina 97]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
1951 Redactie: H.L. Gumbert I/4
[Deel 4, pagina 116]
Gaarne zouden wij van niet-abonné's aflevering 3 terugontvangen. Wij komen namelijk enige exemplaren tekort.
[Deel 5, pagina 129]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
1951 Redactie: H.L. Gumbert I/5
[Deel 6, pagina 162]
FOLIUM
LIBRORUM VITAE DEDITUM
1951 Redactie: H.L. Gumbert I/6
[Deel 6, pagina 192]
Met dit nummer sluit de eerste jaargang van ons tijdschrift. Wij hebben in een brief, die wij tegelijk met het eerste nummer hebben verzonden, onze onderneming een experiment genoemd. Aan het eind van dit jaar hebben wij het gevoel, dat in vele opzichten dit experiment geslaagd mag heten. In een opzicht echter is dit nog niet het geval: het aantal abonné's, dat gedurende het eerste jaar kon worden verkregen, is nog niet groot genoeg om van een ook maar enigszins redelijke financiële basis te kunnen spreken. Wij weten, dat dit bij de Nederlandse periodieken een niet ongewoon verschijnsel is; maar het genoegen van het bewustzijn, dat wij ons financieel gezien in goed gezelschap bevinden, weegt geenszins op, tegen het ongenoegen, dat wij gevoelen, als wij beseffen, dat de redenen, die velen weerhouden tot een abonnement te besluiten, eigenlijk te nietig zijn om werkelijk gewicht in de schaal te leggen. Wij hebben met Folium belangrijke plannen. Hun verwerkelijking hangt af van een verdubbeling van het aantal abonné's. Wij voelen niets voor premiestelsels, en beperken ons dus tot een dringend verzoek aan onze lezers, zelf ervoor te zorgen, dat wij binnen enkele maanden dit bescheiden doel bereiken.
Inmiddels danken wij allen, die door vooruitbetaling voor 1952 op de meest welsprekende manier getoond hebben Folium op prijs te stellen.
En tenslotte wensen wij U allen een goed besluit van dit jaar.
h.l. gumbert