Evangelische Gezangen, om nevens het Boek der Psalmen bij den openbaren godsdienst in de Nederlandsche Hervormde Gemeenten gebruikt te worden
(1806)–Anoniem Evangelische gezangen, om nevens het Boek der Psalmen bij den openbaren godsdienst– Auteursrechtvrij
[pagina 325]
| |
Ontwaak tot hooger waarde,
Door geene zonde meer misleid,
Ontheven van de sterflijkheid,
Niet meer de mensch van aarde:
Wees blij
In mij,
Voel, tot sterking,
Hier de werking
Van dat leven,
Ziel! dat God u daar zal geven.
2.
'k Verheugd m', en echter beeft mijn hart,
Zoo drukt mij nog het juk der smart,
De vloek der zonde neder:
Maar God, God zelf verligt mijn juk,
Mijn hart versterkt zich door den druk,
Gelooft, verheft zich weder.
Jezus
Christus!
Wil mij geven,
U te leven,
U te sterven,
't Rijk uws Vaders eenmaal t'erven.
3.
Veracht den doodschrik dan, mijn geest!
De donkre doodsweg, dien gij vreest,
Is 't pad tot blij aanschouwen;
Wat beeft, wat ijst gij voor uw lot?
De donkre doodsweg voert tot God,
Hij voert tot blij aanschouwen:
Die rust,
Gods rust
| |
[pagina 326]
| |
Gaat ons denken,
Al ons denken
En gelooven
Onuitspreeklijk ver te boven.
4.
'k Weet niet, wat uur het wezen moog,
Dat, Heer! hij 't breken van mijn oog,
Mij tot uw dooden zamelt;
Veel ligt omgeeft mij ook hun macht,
Eer ik deez' bede heb volbragt,
Uw' lof heb uitgestameld.
Vader!
Vader!
Ik bevele,
Ik bevele
In uw handen
Nu mijn' geest in uwe handen.
5.
Ligt breekt dat uur nog lang niet aan,
'k Ben ligt nog ver van 't eind der baan,
Waar d'eerekroonen blinken;
Maar zal, terwikl ik U verbeid,
De hutte mijner sterflijkheid
Eerst laat in d'aarde zinken:
Wil Gij
Dan mij,
Vader! sterken;
Dat mijn werken
Mij daar volgen,
Voor den troon des Regters volgen.
6.
Hoe zal 't mij dan, o dan eens zijn!
Als ik, verlost van smart en pijn,
| |
[pagina 327]
| |
Hem beter loof naar waarde,
Volmaakt in onbesmette deugd,
Een deelgenoot der hemelvreugd,
Niet meer de mensch van aarde:
Heilig,
Heilig,
Heilig zingen
W' U daar, zingen
Prijs en eere,
U, die waart en zijn zult, eere.
|
|