Erts. Letterkundige almanak. Jaargang 2(1927)– [tijdschrift] Erts, letterkundig jaarboek– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende J. Greshoff / Meiregen Zoo half verborgen en geheel vergeten Bestaan wij als het onaanzienlijkst kruid, Onvindbaar onder de gebogen breedten Waar 't land voorzichtig aan den hemel sluit. De drift om te gedijen en te stijgen, Om, sterker dan de wezenlooze tijd, Ons eigen deel van de eeuwigheid te krijgen Is heel den zin van onze aanwezigheid: Een kort verlangen en een traag vergaan Waarmee wij de aarde warm en vruchtbaar maken Voor 't nieuw gewas dat op ons veld zal staan, Trillend van lust om aan het licht te raken. [pagina 162] [p. 162] Wij zijn de kern van duizend verre vormen; Niets gaat verloren en niets is gering.... O ziel, in deze lauwe lentestormen Kent gij uw lied, houd goeden moed en zing: ‘Meiregen, maak dat ik grooter word Grooter word; Groot worden wensch ik zoozeer!....’ Vorige Volgende