Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 45(1935)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 189] [p. 189] De droomen wijken door P. Hoogenboom De droomen wijken langzaam als het licht, Dat laatste zon doet blinken op mijn ruiten, Droomen zijn binnen - en de dag staat buiten En gaat vervage' en heeft zijn gang verricht. Een verre melodie, waarvan een plots accoord, Een éven mischen door m'n hart wil klinken. De dag valt weg - m'n stille ruiten blinken En droomen wijken - en de tijd tikt voort. Ach - had ik nooit veel ijdel woord verstaan, Alleen begrepen, wat we beiden zwegen, Dan werd dit peinzen sprakelooze zegen, Die aan geen pijn en wroeging kon vergaan. Dan was alleen het geuren van je haar, De glimlach en de schaduw van je oogen - O, alleen dit - en liefde's mededoogen Om beider pijn en woordeloos bezwaar. Wij spraken veel - en elk woord brak een stuk Van 't schoone van den droom van onze harten, En vér achter de klanken onzer smarten Waarde de glans van eeuwig-stil geluk.... O, sneeuwen stilte, die de ziel omsloot, Rein als het licht van witte winterdreven - En waarom zijn we nooit zòò rein gebleven, Als kindren, zinnend tot den milden dood? Vorige Volgende