Redactie-wisseling
Mr. J. Slagter, die in de drie laatste jaren mijn zeer ijverige, kundige en gewetensvolle mede-redacteur voor de beeldende kunsten was, gaat mij als zoodanig tot mijn groote spijt verlaten. Zijn vele overige werkzaamheden staan hem niet toe zich langer aan deze redactie te wijden, zóó ten volle als hij dat altijd gewoon is geweest. Als trouw medewerker mogen wij gelukkig op hem blijven rekenen. Ziedaar een troost!
Wat zijn vervanging betreft, het verheugt mij zéér een anderen langjarigen en hooggewaardeerden medewerker, den fijnen en diep-doordringenden schrijver-over-kunst A.M. Hammacher bereid gevonden te hebben, de redactie over te nemen te zamen met onzen jongen vriend Dr. J.G. van Gelder, die vooral door zijn uitnemende dissertatie den aandacht der kunstlievenden op zich vestigde. Als correspondent van de Redactie in Vlaanderen treedt tegelijkertijd op de jeugdige, maar al zeer bekend geworden, schrijver Lode Zielens. Hen alle drie heet ik bij deze van harte welkom.
Over blijft nu nog een woord van grooten dank aan mijn goeden vriend, den scheidenden redacteur. Ik weet hoezeer zijn hart aan ‘Elsevier's’ hing en wat het afscheid hem dus kost. Moge steeds rijkere bloei van ons tijdschrift hem overtuigen, dat ook zijn arbeid vruchtdragend is geweest.
Schoorl, December '34.
Herman Robbers
Van het oogenblik dat ik - aan het eind van 1931 - toetrad tot de Redactie tot heden, heb ik er met hart en ziel in geleefd.
Het werk bracht mij in aanraking met tal van uitingen van het geestelijk leven van nu en van vroeger, meer in het bijzonder op het gebied van beeldende kunst en architectuur. Toch zou ik dit werk - dat in ‘vrije uren’ moest worden verricht - niet ruim drie jaren hebben kunnen voortzetten zonder de prettige en intensieve samenwerking met mijn ouderen mederedacteur Herman Robbers, wiens ruim begrip, warme vriendschap en steun in de moeilijke dagen, die er ook in het leven van een Elsevier-redacteur zijn, mijn werk hebben geschraagd.
Graag had ik het voortgezet, maar op den duur bleek er te weinig tijd over te blijven voor eigen studie en andere belangrijke dingen in het leven en zelfs voor de redactie zelve kwam er tijd te kort. Dit deed mij besluiten, de redactie neer te leggen; mijn weemoed hierover wordt verzacht door het feit, dat ik ook verder aan het tijdschrift zal blijven meewerken.
Dankbaar voor de vriendschap van mijn mede-redacteur en den bijstand van de geregelde medewerkers hoop ik ook verder het contact met de lezers te houden.
J. Slagter