Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 41(1931)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 253] [p. 253] Bezoek door Hélène Swarth Den zwaren zetel schuift zij bij den haard. Haar oud gelaat rijst blank uit zwart fluweel. Dit uur is de eenzame éenig vreugdedeel, Den leegen dag maakt dit uur levenswaard. Hij kust haar hand - Vol tranen zwelt haar keel. Een siddering haar doodmoe hart doorvaart - Is 't weelde of weemoed? - D'eersten bloei van Maart, Narcissen, brengt hij, lentezonnegeel. Eentonig klaagt om haar, die hij verloor, Zijn droeve stem, vraagt meelij met zijn leed. Dat háar hart brak toen de andre hij verkoor, Begreep hij 't niet? - 't Waar wreed zoo zij verweet. Neen, zacht, herproevend wat zij nooit vergeet, Zij drukt zijn hand en leent een luistrend oor. Vorige Volgende