Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 38
(1928)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 185]
| |
VerzenGa naar voetnoot*)
| |
[pagina 186]
| |
Verlossing.Waarvan zoudt gij ons verlossen?
van dit lichaam
dat zondeloos is als het mos
aan onze voeten?
Ziet! wij zijn schoon:
welgevormd zijn onze leden,
helder is het bloed
in onze aderen.
en onze handen dragen den dauw
van den avond
zonder moeite.
Argeloos is onze lust.
waarvan zoudt gij ons verlossen?
als het lichaam het lichaam vindt:
de wind voegt zich zoo aan het water....
Mensch -
wie heeft u gemaakt tot een schaduw
op deze bloeiende aarde?
Argeloos is onze lust.
en de zonde?....
in uw machtig vuur
vergaan onze dansende lijven!
| |
[pagina 187]
| |
Het eeuwige.Het bloed
dat stolt in de oogen
van het overreden dier
vraagt naar U
en het aârtje
dat springt
in het hart van den bokser.
De kankerpatiënt
vraagt naar U
en het geïnfecteerde aapje
dat moedeloos neerzit
tusschen de glimmende instrumenten.
En het kind
vraagt naar U
als de vader vol afschuw wijst
op het vormeloos mondje
en de moeder zich wentelt
naar den zwijgenden muur.
De aandeelhouder
vraagt naar U
en de mécanicien
die het moertje
niet vast genoeg draaide,
de oude predikant
wien het dogma verliet
en de pater
die een naakten jongen zag dansen....
Het vragen naar U heeft geen einde.
|
|