Marie antwoordde niet onmiddellijk. Ze dacht aan haar zeventiende jaar, toen ze lang niet ongevoelig was geweest voor de attenties van den knappen, gevierden Jean de Vernières. Maar het had zoo kort geduurd, zij was met Charles Desoignes getrouwd en haar leven was goed geweest, gelukkig en kalm. 't Had weinig innerlijke en uiterlijke glans gehad, maar ze had zich steeds veilig gevoeld. Later toen Desoignes gesneuveld was, had zij diep verdriet gehad en materieele zorg gekend voor de opvoeding van haar drie kinderen. Maar ook dat lag achter haar en nu....
- Antwoord niet dadelijk, Marie, onderbrak Jean haar overpeinzing, en er was angst in zijn stem. Ik laat je zooveel bedenktijd als je wilt. Maar één ding wil ik je verzekeren. We zullen ons leven zoo eenvoudig inrichten als jij het wilt. Ik begrijp, dat mijn groote huis, mijn uitgebreid personeel je afschrikken. Ik hecht er niet aan. 't Eenige, wat ik je vraag is zooveel mogelijk met en bij je te zijn en met je te kunnen praten over wat me het meest interesseert, mijn werk. En ik had gedacht, we zouden samen een klein, mooi interieur maken, waar we samen thuis in zijn en elkaar steeds met genoegen vinden. Geen mondain verkeer, maar enkele goede vrienden van jou en mij....
Marie dacht, hij vraagt me veel meer dan hij weet. Hij verlangt nog, ik niet. Ik had me voorgesteld te leven voor de kinderen en de kleintjes, die komen gaan. Wat zullen de jongens zeggen en Thérèse, die zoo'n vereering voor haar vader had? Jean kan veel doen voor de jongens, maar Thérèse, die opgaat in haar dokterswerk, zoo dat, als ze over drie maanden getrouwd is, ze toch wil practiseeren?
- Zie je, zei Jean, we zullen samen veel voor onze kinderen kunnen zijn. We zijn nog betrekkelijk jong en we kunnen het zoo inrichten, dat ze in ons vooral de kameraden zien. In het begin zal het wel moeilijk zijn, maar met tact en voorzichtigheid....
Hij doet, alsof het al in orde is, dacht Marie verder. Ik zal wel erg alleen zijn als Thérèse getrouwd is. Het bloed steeg naar haar hoofd. Ze stelde zich de intimiteit voor, die onvermijdelijk tusschen Jean en haar ontstaan zou en ze schrok. Hij is jong en krachtig en zal veeleischend zijn, dacht ze verder. Maar ze gaf zich rekenschap, dat ze geen afkeer voelde en een oogenblik merkte ze, dat ze Jean's hoofd wel in haar handen wilde nemen en hem op zijn voorhoofd zoenen om dan neen te zeggen. Haar rechter hand schoof zenuwachtig heen en weer over de leuning van haar fauteuil.
- Jean, zei ze, ik zal je antwoorden over drie maanden als Thérèse getrouwd is.
Jean staarde voor zich uit. Hij trachtte te begrijpen wat dit antwoord beteekende. Langzaam, langzaam werd het klaar in hem. Zonder Marie aan te zien, nam hij haar hand kuste die en hield haar vast. Toen wist Marie, dat ze ‘ja’ zou zeggen en feitelijk al gezegd had.