Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 33(1923)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 117] [p. 117] Droom-wake, door Frans Bastiaanse. Héél vroeg, terwijl ik wakker lag In Meinacht zwoel en zwaar van lust En aan de kimme reeds de dag Kwam van de lichtende oosterkust, Ik wist niet of ik waakte of sliep.... Ik dacht: ik droomde en 't was nog nacht, Ik droomde: ik waakte in slaap, die diep weerspiegeld leven wederbracht.... De damp moest nog op de'akker zijn In zwemen zilververwig licht Met paerelblanken morgenschijn Als zee-verzonken vergezicht. Sinds wanneer wist ik niet, maar voor Mijn venster zong een nachtegaal, Die zingt er dag en nachten door Zijn schoon oneindelijk verhaal. Toen zweeg hij stil en stiller dan Men zeggen kan met klank en woord Werd in de vrome stilte van Den morgen een geluid gehoord: [pagina 118] [p. 118] Niet dat de wind in blad'eren maakt, Want windstil was de dageraad; Niet van een vogel, die, ontwaakt, Zich in de volle dakgoot baadt - Maar ruischen hoorde ik in het gras Alsof een zeis de halmen sneed En toch, ik wist, dat dit niet was Wat mij zoo vroeg ontwaken deed; Want wie dat ééns vernomen heeft, Hem heugt het, héél de levensreis, Tot hij zijn laatste garve geeft In lust of leed de laatste zeis.... Toen stond ik op en zag van ver De glooiing van nog donker land, Daarboven hield de morgenster In den verbleekten hemel stand - En langs mijn venster ging een paard Door de bedauwde weide heen; Het hief den bruinen kop bedaard; Het graasde rustig door; het scheen Me'alsof ik duizend jaar voor dien In vroeger leven dan dit, hier, Dienzelfden ochtend had gezien Datzelfde licht, datzelfde dier.... Vorige Volgende