Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 31(1921)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 202] [p. 202] De prille dag, door Richard de Cneudt. Nu waai de wind en streel mijn haar, en kusse vrij mijn koele wangen.... Langs alle wegen wordt het klaar, alleen wat schaduw blijft nog hangen. Nu komt bedeesd de prille Dag, nauw aan het hert des nachts ontrezen, en 'k voel met eenen stillen lach hoe alles goed en schoon zal wezen. Hij gaat voorbij in stilte en schroom, en 'k hoor hem schuchtre woorden spreken, die lichtend als een gouden droom door mijn omsluierd denken breken. Ik zie hem gaan, zoo blond, zoo licht, in slanke gracie van gebaren, en met verwonderd aangezicht naar al de klare kimmen staren; ik zie hem gaan, hij groeit, hij groeit, het licht omstuwt zijn tengre leden, uit alle hemelranden vloeit de klaarte om zijn verrukte schreden, en 'k zie hem, wondergroot en schoon, plots vlammend-gouden vleuglen krijgen, en, stralend kind der eeuwge gôon, in glorie naar den hemel stijgen, waar hij, met koninklijk gezag, den luister wekt der verste verten... Zoo rijst naar 't licht de prille Dag, en gaan ten hemel alle herten... Vorige Volgende