Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 23(1913)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 72] [p. 72] Zingen is het allerschoonste door P. Otten. Zingen is het schoon verlangen.... Zingen met de merelaren Tot het vroege morgengloren; Zingen met de blijde koren, Die de blonde dag doet klaren Al de lichte, zoom'ren uren, Eer de zon ten einder tracht - Zingen tot de verre vuren, Die hun zeek're seinen branden Door de al-eeuwig stille landen Van den koelen, zilv'ren nacht - Zingen met geheven handen; Zingen, wijl ons biddende, oogen Van den verren droom betogen - Zingen is het schoon verlangen. Zingen is het vreugdige offer Aan dë ongeweten goden.... Zingen is het willig dragen Naar de wijn-gewijde zoden Al wat onze vroeg're dagen Beurtlings blijde of droevig maakte, Wat ons leven teeder taakte En de tijd ons nam: Zingen is het schoon verbranden - O de zalige offeranden! - Van de bloesem onzer harten. Naar ons vreugden zoeter waren, En te wranger onze smarten, Zal de hemel rooder klaren: Des te hooger stijg' de vlam. Zingen is de groote rijkdom.... Al de schatten van de aarde, En der wolken licht gewemel; Al de starren aan den hemel, Pralend in de nachte-gaarde, Zijn als vruchten rijp te plukken, Voor ons huiverend verrukken Eigen en nabij - Zingen is de gouden vrijheid.... Zingen is in dronken blijheid Zweven door azuren luchten, Onbereikbaar voor geruchten Van de verre, lage straten, Waar de drukke menschen leven - Zingen is het eenzaam zweven, Zonder lieven, zonder haten, Godd'lijk en volkomen vrij. - Vorige Volgende