dan het juk der beschaving vàn zich schudden, zich nu en dan ontdoen van het vernis der eeuwen en terugkeeren tot den onbeschaafden en zuiveren natuurstaat.
't Is hun een verlichting en tevens een genot. Sommigen erkennen dat ze de voorkeur zouden geven aan zulk een leven, maar de meesten genieten alléén en laten zich nooit over die buitensporigheden uit.
Onjuist zou het zijn te denken, dat in een fijner deel der stad ook hoogere prijzen werden betaald. Op Broadway kunt gij dezelfde karbonade of biefstuk krijgen, op een marmeren tafel, gedekt met helder linnen, het tafelgereedschap van zilver en de glazen van kristal en bediend door een kellner met zindelijke kleeren en een schitterend wit overhemd. Er zullen u geen keukengeuren hinderen, geen gemengd publiek zal uwe omgeving zijn. Alles is precies, rustig en uitmuntend. Ge zult voor dit alles niet méér te betalen hebben, en zoo ge uw bier uit een fijner glas drinkt, het zal er nòch duurder nòch slechter om zijn.
Er zijn Fransche restaurants, waar men maar zelden een Franschman ontmoet. Ik dineerde eens ergens op South Fifth Avenue bij Bleeckerstreet en zag een half dozijn Amerikanen tegen één vreemdeling. Er zijn verscheidene inrichtingen van deze soort van de 25e tot de 32e straat. In deze laatste straat zijn sommige ‘75 cents huizen’, waar men schijnt te denken dat de man die buitenshuis eet toch nooit terug zal komen, en dat alles goed genoeg is voor hem. Beide: spijzen en wijn zijn verschrikkelijk, terwijl de bediening al even slecht is. In Twenty-Fifthstreet is het gewone 50 cents diner het geld ruim waard. De goede plaatsen zijn altijd bezet tusschen zessen en achten 's avonds. Een bijzonder en nog beter menu krijgt men Zondags. In deze plaatsen kunt gij veel interessants zien van het leven te New-York, omdat de vaste klanten meest stedelingen zijn. Velen van hen ‘boarden’ er geheel. Ze wonen in een der vele lodging-houses in de buurt en winnen met één maaltijd er twee uit. Over 't geheel zien ze er welgekleed en intelligent uit. Vele vrouwen komen hier iederen dag alleen of in gezelschap. Niemand vindt 't noodzakelijk om als zedenbewaker op te treden van de rest van het publiek, en men toont zich nòch nieuwsgierig nòch belangstellend.
Bij de Fransche 50 cents-diners is altijd wijn inbegrepen. De kwaliteit der wijn kan men afleiden uit het feit dat ge in plaats daarvan wel een flesch bier kunt krijgen; maar geen Bass Ale. Drinkbaar is ze toch, en ge eet er niet alleen genoeg, maar ook zéér goed toebereid.
Voorts komt er nog een groot contingent van wat men hier ‘the Bohemian class’ noemt. Dat zijn journalisten, acteurs, schrijvers, schilders, studenten, gamblers, bookmakers, enfin dat soort van menschen, dat niet direkt ‘in zaken’ is.
Er zijn ook z.g. Chophouses. Die zijn in gewone huizen waarvan de voorkamer is ingericht als bar-room en de ruimere achterkamer als café dient. De donkere vloeren zijn zóó gewreven dat ze glimmen als spiegels. De wanden zijn behangen met oude wapenen, schilderijen en aquarellen, terwijl het publiek het betere deel der ‘Bohemian class’ is.
Een ander type is een restaurant op de zesde Ave in de buurt der