Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 7(1897)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 560] [p. 560] Genna-liedjes door A.F. Dudok van Heel. I. Klein kindeke nam bij de hand mij zacht En heeft naar de schijnende zon mij gebracht Het stralende licht in haar oogen. Ze riep mij heel dringend en zei: ‘nee, nee, De zon is zoo warm, kom tantie, ga meê!’ Toen zaten we saam in het zonlicht gebogen Héél laag bij den grond ons zachtjes te warmen, Mijn hoofd tusschen beî haar klein-kinder armen! Nu is mijn lief zonnekind vàn mij gegaan En de lach en het licht van haar blijde bestaan, Maar mijn ziel is weer heelemaal open gegaan En de zonschijn is levend gebleven! [pagina 561] [p. 561] II. Nursery rhyme. ‘Over de baren over de zee Neem klein Genna naar Grootmama mee!’ Over de baren, over de zee’ Is nu klein-kindeke hênen gevaren; Tante moet stil zijn, kan er niet meê, Ach! dat wij allen te samen weer waren! ‘Over de baren, over de zee’ Heeft mijn klein-vrouwke zoo lachend gezongen, Ik zong er zoo blij met klein-kindeke meê, Komen dan tòch nu de tranen gedrongen? ‘Over de baren, over de zee’ Is ze zoo vroolijk, zoo blijde getogen - ‘Tantie niet huilen, traantjes afdrogen,’ Hoe ze dat alles zoo kinderlijk deê! ‘Over de baren, over de zee’ Ga nu klein-kindeke, ga nu in vreê; Héél Tante's harte gaat met je meê Over de baren, over de zee, Ga nu in vreê! Vorige Volgende