Zestien jaar
door Geertruida Carelsen
KORT na mijn zestienden verjaardag gebeurde er iets, dat een diepen indruk op mij maakte, en dientengevolge een grooten invloed had op mijn gedrag in den loop van de paar volgende jaren. 't Was een heel dood-eenvoudig gebeuren.
Een heer van middelbaren leeftijd, die mijn vader kwam spreken, en wien ik toevallig de deur opendeed, lichtte zijn hoed op, en begrijpend dat ik een dochter van den huize was, sprak hij mij aan als ‘jonge dame.’
Als ik er aan terugdenk, voel ik nog, eenige seconden, de intense gewaarwording van dat oogenblik.
Nu zeg ik hier dadelijk, dat het niet de persoon van den bezoeker zelf was, die mij zoo onvergetelijk is gebleven. Zijn naam ben ik vergeten; zijn gezicht kan ik mij niet meer voorstellen; wat hij bij ons aan huis kwam doen, heb ik nooit onderzocht. Ik heb hem later nooit teruggezien, of iets omtrent hem vernomen, en ben daar ook nooit verlangend naar geweest.
Wat mij in dat moment had aangegrepen, ja ontroerd, was zuiver en alleen het feit: dat een heer, - en het was in houding en bewegingen en spreektoon echt een heer - mij, opgeschoten bakvisch, had betiteld op een wijze, die toonde dat hij mij voor een volwassen jonge dame aanzag.
Zonderling, dat die kleine, laag-bij-de-grondsche ervaring mij zoo pakte; dat zij dagen lang niet uit mijn gedachten was, en telkens weer opdoemde om uit een nieuw gezichtspunt bekeken te worden....
Of eigenlijk, neen, zoo heel zonderling was dit niet. Want het hing samen met mijn geheele ontwikkeling.
Meermalen had mij in den laatsten tijd, van de zijde mijner moeder zoowel als van anderen, de welgemeende waarschuwing toegeklonken:
‘Je bent nog zoo'n echte bakvisch; je dient nu toch zoetjes aan een jonge dame te worden!’
Ik begreep heel goed wat dit beteeekende. Ik voelde duidelijk welke soort van verandering er in deze woorden van mij werd geëischt. Ik gaf toe dat daarin een deel waarheid stak; maar ik was nog in het geheel niet bereid, aan den mij gestelden eisch toe te geven. En ik was mij bewust dat die tegenzin niet