Droom en Daad. Jaargang 4

[p. 30]

Er dreven wolken langs de lucht
door Lien de Vries

Er dreven wolken langs de lucht:
't Was donker hier beneden.
Er kwamen uit een hooge wolk
Wat druppels neergegleden.
Die tikten zachtkens in den tuin;
En boven den top van het duister duin
Daar blonken twee witte sterren....

Het was een heerlijke lentenacht,
Waar een windzucht wat zoete geuren bracht
En wat teere klanken van verre.

Daar zong een viool een oude wijs,
Weemoedig in 't verre donker.
De wolken dreven zachtkens uiteen,
Er kwam méér stergeflonker.
De lucht werd droog; seringengeur
Steeg door mijn open kamerdeur
En maanglans verbleekte de sterren....

En O! die heerlijke lentenacht,
Waar een windzucht wat zoete geuren bracht
En wat teere klanken van verre!