Droom en Daad. Jaargang 1(1923)– [tijdschrift] Droom en Daad– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 230] [p. 230] Morgen zal het kerstavond zijn door C.M.v.H.-G. Met teekeningen van Nans van Leeuwen Klein jongetje is naar het bosch gegaan, Waar de hooge, de donkere sparren staan; En langs den witten, besneeuwden grond Zocht hij, waar voor hem een kerstboompje stond; Daar vond hij een boompje, heel dicht en heel klein... Want morgen zou het Kerstavond zijn. Klein jongetje is droomend naar huis gegaan: Mijn boompje zal morgen voor 't venster staan Met lichtende kaarsjes, die stralen van ver En hoog in den top de goudene ster; [pagina 231] [p. 231] Tusschen de takken, groen, geurig en slank, Hangen de klokjes met zilveren klank, Klink-klank. En diep in de kamer vertelt dan een stem Van den heiligen nacht in Bethlehem: De herdertjes komen zoo zacht, zoo zacht, Ze hebben de schapen meegebracht, [pagina 232] [p. 232] Ze knielen neer voor het liefste Kind, Boven het stalletje zingt er de wind, Suja zacht - Heilige nacht. Maria zit stil en haar lieve gezicht Is op het Kind in de kribbe gericht, En dë os en dë ezel, heel dicht bijeen, Kijken over den voederbak heen; In 't zachte hooi ligt het Kindekijn En glimlacht naar allen, die bij Hem zijn, Douw, douw, dijn. Klein jongetje spint stil voort aan zijn droom, In zijn handjes draagt hij zijn sparreboom; Hoog flonk'ren de sterren met gouden schijn, En morgen...... Morgen zal het Kerstavond zijn. Vorige Volgende