| |
| |
| |
[Nr. 36]
I Bibliografie van het werk van Hermanus van den Burg gepubliceerd tussen 1700 en 1800.
In het begin van de achttiende eeuw wordt de broodschrijver het type auteur dat met de pen geheel of gedeeltelijk in zijn levensonderhoud trachtte te voorzien, een reguliere verschijning op het terrein van de literatuur. In betrekkelijk korte tijd vormde zich in ons land een gestadig toenemend aantal beroepsauteurs, en met de groei van deze groep nam ook de produktie van teksten in traditionele en nieuwe (sub-)genres snel toe. Van zowel deze teksten als de producenten en consumenten weet men nog weinig. Een overzicht van verschijningsvormen en ontwikkelingen van de literatuur die gemaakt werd door de zogenaamde ‘roggebroods-autheurs’ bestaat nog niet, hetgeen vooral een gevolg is van het ontbreken van belangstelling voor het leven en werk van de mindere goden van onze 18e eeuwse zangberg.
Een van die mindere goden was de Amsterdamse schrijver Hermanus van den Burg. Hij werd geboren op 14 december 1682 op de Haarlemmerdijk en zes dagen later gedoopt in de Nieuwe Kerk te Amsterdam. (Gem.Arch.A'dam, D.T.B. boek, Dopen, 45 nr.N.K.142 blz.) Al op jeugdige leeftijd begon Hermanus te schrijven. In zijn bundel Gezangen (nr. 7 van de bibliografie) staat een gedicht dat geschreven is in 1697. Reeds in het jaar 1700 begon Van den Burg, zoals hij zelf schrijft in zijn Historise boeken van Justinus, met de publicatie van zijn werk. Mij is echter pas een publicatie uit 1706 bekend. Omstreeks 1711 moet Van den Burg regelmatig te Haarlem zijn geweest, zodat hij vriendschap kon sluiten met Lukas Schermer en deze hem voor zijn dood nog kon introduceren in de Haarlemse rederijkerskamer ‘Trou moet blycken’.
In 1715 begint Van den Burg werk uit te geven in Leiden, in 1719 wordt hij factor van ‘Trou moet blycken’, een jaar later nam Pieter Langendijk deze taak over. Wat Van den Burg naast schrijven en publiceren nog meer deed komen we enigszins te weten van zijn beruchte tegenstander en concurrent Jacob Campo Weyerman die op pagina 178 van diens tijdschrift Den Vrolyke Tuchtheer (1729-1730) een stukje biografie van Hermanus geeft: ‘(...) hij vervelde uyt een Katoenworm in een poeet, uyt die nootedop in een nalooper der Leydsche studenten, toen drong hy zich gewelddaadiglyk in als autheur in het Gemeene Best der ongeletterden, en hy verkrachte den tytel van den geoogden Argus, niettegenstaande hy zo blind was als een tuynmol (...)’.
| |
| |
Nog vele malen heeft Weyerman het in zijn werk over Van den Burg, die in de jaren '20 na de verbranding door beulshanden van zijn tijdschrift De Amsterdamsche Argus enige tijd in Muiden woonde en vervolgens het beroep van waard uitoefende aan de Amsterdamse Overtoom, waar zijn literaire vrienden en vijanden als Jan van Goeree, Robert Hennebo en Jacob Campo Weyerman hem regelmatig in zijn bedrijf kwamen opzoeken. Weyerman, die zijn journalistieke loopbaan begon met het schrijven van een tijdschrift gericht tegen de Argus ( De Rotterdamsche Hermes) geeft in zijn Vrolyke Tuchtheer een beschrijving van hoe Hermanus in zijn herberg op de tafel staande zijn gedichten voordroeg. Verder weten we niet veel van het leven van Van den Burg, behalve nog dat hij en zijn gezin omstreeks 1748 zonder inkomsten zijn geraakt door de veranderingen in de belastingen. Inmiddels was Hermanus getrouwd, zoals blijkt uit een voorbericht in zijn Historise boeken van Justinus, waar gezegd wordt dat zijn weduwe nog veel manuscripten in bezit had. Op 10 februari 1752 stierf Hermanus van den Burg te Amsterdan, waar hij op 16 februari in de Zuiderkerk werd begraven (Gem.Arch.A'dam, D.T.B. begraven 1096/48). Volgens Jacob Bicker Raye in zijn bekende dagboek moet Van den Burg ‘een groot poeet geweest sijn en een seer verstandig karel, die sijn bequaemhijt veeltijts ten nadeele van sijnselfs gebruykte. Sijnde wel ses maal welhebbent en dan weer een arm man geweest, met 12 ambachten en 13 ongelukken.’
Hoewel er van het leven van Hermanus van den Burg niet zoveel meer bekend is geworden door mijn onderzoek dan al bekend was, heb ik zijn oeuvre wel voor een belangrijk deel kunnen achterhalen. In het Biografisch Woordenboek van Van der Aa wordt een lijst van 16 werken van Van den Burg gegeven. Een vollediger lijst was tot nu toe niet bekend. Ondanks het feit dat ik deze lijst flink heb kunnen uitbreiden ben ik er vrijwel zeker van dat ik het volledige oeuvre van deze veelschrijvende beroepsauteur nog lang niet heb teruggevonden. Ik zou het dan ook zeer op prijs stellen als opmerkingen en aanvullingen met betrekking tot deze bibliografie gepubliceerd zouden worden.
Ik heb in de bibliografie al het gedrukte werk ván Van den Burg of door mij of anderen toegeschreven áán Van den Burg, voorzover het verschenen is vóór 1800 opgenomen.
H.M. de Blauw
| |
| |
| |
Lijst van gebruikte afkortingen.
Gem.Arch.A'dam |
= |
Gemeente Archief te Amsterdam |
K.B. |
= |
Koninklijke Bibliotheek te Den Haag |
UBA |
= |
Universitaire Bibliotheek te Amsterdam |
pfl. |
= |
pamflet |
UBU |
= |
Universiteits Bibliotheek te Utrecht |
UBL |
= |
Universiteits Bibliotheek te Leiden |
Deventer Ath. Bibl. |
= |
Atheneum Bibliotheek te Deventer |
Gem. Bibl. R'dam |
= |
Gemeentelijke Bibliotheek te Rotterdam |
Prov.Bibl. Friesland |
= |
Provinciale Bibliotheek Friesland te Leeuwarden |
| |
| |
Portret van Hermanus van den Burg, geschilderd door J.M. Quinkhard en gegraveerd door P. Tanjé.
(zie noot 70)
| |
| |
| |
Bibliografie van het werk van Hermanus van den Burg.
1706 |
(1) |
HERDERSZANG, / OP DE / PAPIERE SNYKUNST / VAN MEJUFFROUW / JOANNA KOERTEN, / HUISVROUW VAN DEN HEER / ADRIAAN BLOK. / (vignet: Perseveranter) / TE AMSTELDAM, / By de Erfgen: van J. LESCAILJE, op den Middeldam, 1706. /
4o, 6 blz. KB 852 F 420. |
1710 |
(2) |
HERDERSZANG, OP DE PAPIERE SNYKUNST VAN MEJUFFROUW JOANNA KOERTEN, HUISVROUW VAN DEN HEER ADRIAAN BLOK. 4o. 6 blz.Ga naar eind1. |
1712 |
(3) |
DE / GEHORENDE / SCHOUT, / KLUCHTSPEL. / Door / H.V. BURG. / (vignet: Konst doet meer als arbeid) / t'AMSTERDAM, / By Marcelis van Heems, Boekverkoper, op de / Hoek van de Gasthuys Molesteeg, 1712. / 8o, 48 blz. UBA 690 C 94. |
|
(4) |
Zoetje, Herderszang, op de dood, van den dichter, Lukas Schermer. (vignet: Voor die 't behaagt) Te Amsteldam, By Marcelis van Heems, Boekverkooper, op de hoek van de Gasthuys Moolen-steeg, 1712. KB.Ga naar eind2. |
|
(5) |
Distelbloem aan de Eerekroon voor Brittanje. fo, 1 blz. KB pfl. 16079.Ga naar eind3. |
1713 |
(6) |
HERDERSZANG / Op de / VREDE, / Door / H: VAN DEN BURG. / (vignet: Voor die 't behaagt) / T'AMSTERDAM, / By MARCELIS van HEEMS, Boekverkooper op de / Hoek van de Gasthuys Molen-steeg, in Vondel. 1713. / 8o, 14 blz. UBA Port. Toon. 119-7. |
|
(7) |
H: VAN DEN BRUGS / GEZANGEN. / hoek van de Gasthuys Molensteeg, 1713. /
8o. XIV + 224 blz. KB 8 E 1 |
|
(8) |
Vreugde-gedigt, op de vreeden, Anno 1713. Door Jacoba Robyn, Schoolhoudster. In Amsterdam, gedrukt voor de Maakster.
Plano.Ga naar eind4. |
| |
| |
1715 |
(9) |
AAN DEN / HEERE / PIETER BURMAN, / HOOG-LERAAR DER HISTORIEN, GRIEKSCHE TAALE, / EN WELSPREEKENHEID IN DE OEFFENSCHOOLE / TE LEIDEN. / (z.p., z.u., z.j.e)
4o, 5 blz. UBA N.O. 23 (1715).Ga naar eind5. |
|
(10) |
EERZUILEN / EUROPA TER GEDACHTENISSE GESTICHT, / OP HET GRAF VAN DEN GROOTSTEN / DER KONINGEN VAN VRANKRYK / LOUYS BOURBON, / DOOR / HERMANUS VAN DEN BURG. / TE LEIDEN, / By ISAAK SEVERINUS, / Boekverkoper by de Academie, 1715. /
4o, I + 17 blz. KB pfl. 16243. |
|
(11) |
Bruiloftdicht op G. van Veldhuyzen en J. Christiaanse door (...) H.v.d. Burg (...). Leyden 1715.
4o.Ga naar eind6. |
|
(12) |
Op (...) Lukas Rotgans, leerzame verdichtzelen (...)Ga naar eind7. |
|
(13) |
Op de doodt van den dichter Lukas Rotgans.Ga naar eind8. |
1716 |
(14) |
SCHRIFTUURLIJKE / KLINKDICHTEN / OP / BYBELGESCHIEDENISSEN, / DE KONINGEN VAN JUDA EN ISRAEL, / BENEVENS / SALOMONS PREDIKER: / MET / AANMERKINGEN/ DOOR / H. VANDEN BURG. / (vignet: Voor die 't behaagt) / VOOR DEN AUTEUR. / TE LEIDEN. BY IS. SEVERINUS. 1716. /
4o, X + 364 blz. KB 758 D 12. |
|
(15) |
H. VAN DEN BURGS / MENGELDICHTEN, / BESTAANDE IN / VOORBEELDEN VAN DEUGDEN / en ONDEUGDEN / IN / BERUCHTE VROUWEN. / (vignet: Voor die 't behaagt) / TE LEIDEN / By ISAAK SEVERINUS, 1716. / Met Privilegie. /
8o. VII + 110 blz. UBU 222 G 31. |
|
(16) |
't MISLUKT / VERRAAD. / DOOR / H. VANDEN BURG. / (fleuron) / t' AMSTERDAM, / By HENDRIK BLANK, Boekverkooper, / op den Dam. 1716. /
8o, 14 blz. UBA N.p. 9 (1716) |
|
(17) |
'T MISLUKT / VERRAAD. / Door / H. VAN DEN BURG. / T'AMSTERDAM, / Gedrukt, na de Copye van HENDRIK BLANK. /
Plano. New York Public Library G.A.D. p.v. 143 +++.Ga naar eind9. |
| |
| |
|
(18) |
DE / VALSCHE EER, / HEKELDICHT. / Gevolgt naar / BOILEAUX DESPREAUX. / En het / NERGENSLAND, / HEKELDICHT. / Gevolgt naar / B. DE CANTENAC. / (fleuron) / t'AMSTERDAM, / By HENDRIK BLANK, Boekverkooper, op / den Dam. 1716. / 8o, 35 blz. UBA 456 E 192.Ga naar eind10. |
|
(19) |
H. van den Burgs Gezangen, op Muziek. t'Amsterdam by Hendrik Bosch, en te Leiden by Gillis Knotter. In 8.Ga naar eind11. |
|
(20) |
H. van den Burgs Gezangen, de tweede Druk.Ga naar eind12. |
1717 |
(21) |
H: VAN DEN BURGS / MENGELZANGEN. / TWEEDE DRUK, / Op de helft vermeerdert. / Met Muzyk van voornaame Meesteren. / (vignet: Voor die 't behaagt) / TE AMSTELDAM, / By HENDRIK BLANK, 1717. /
8o, XIV + 366 + IX blz. UBA 1187 B 40.Ga naar eind13. |
|
(22) |
Waarschouwinge aan de Nederlandsche Maagd. Door P:D:B: MDCCXII.Ga naar eind14. |
|
(23) |
Distelbloem aan de eerekroon voor Brittanje, Doc P.D.B. MDCCXII.Ga naar eind15. |
1718 |
(24) |
DE / GEHOORNDE / SCHOUT, / KLUCHTSPEL. / Door / H.V. BURG. / (vignet: Konst doet meer dan arbeid) / t'AMSTERDAM, By HENDRIK VAN VLEUTEN, / Boekverkoper op de Heylige Weg. 1718. /
8o, 48 blz. UBA Port. Toon. 81-1.Ga naar eind16. |
|
(25) |
H. VANDEN BURGS / MENGELPOËZY. / (vignet: Voor die 't behaagt) / T' AMSTERDAM, / Gedrukt by HENDRIK BLANK, en zyn te bekomen, / by JOHANNES RATELBANT, op den Dam, bezui- / den 't Stadhuis. / MDCCXVIII. /
8o, XXII + 528 + VII blz. UBA 1077 H 3. |
|
(26) |
Aan den Maker van het Blyspel, de Ontmantelde Apotheker, Met de Gefopte Hoorndrager. H:V:B:.Ga naar eind17. |
| |
| |
1719 |
(27) |
NIEUWJAARSGIFTE, / Gedaan met den aanvang van 't Jaar 1719. / Aan, en voor de Broederen, / DE PELLIKAANISTEN, / Geschikt naar het oogmerk van hun spreuk, / in voldoeninge van hun Blasoen, / TROUW MOET BLYKEN. /
Met alle toegenegenheit aangeboden, / DOOR / HERMANUS VANDEN BURG. / t' AMSTELDAM, / By JOHANNES RATELBAND, Boekverkooper op den / Dam, bezuiden 't Stadhuis. /
4o, 5 blz. KB pfl. 164119. |
|
(28) |
AMSTERDAMSCHE / ARGUS, / Acht gevende op alle voorkomende / ZAKEN EN GEVALLEN; / ten voornaamste gerigt om de wanstalligheden der / menschelyke bedryven aan te wyzen, en / hunne gebreken op enen vermaaklyken / en luchtigen trant te hekelen. / EERSTE DEEL. / (vignet) / TE AMSTERDAM, / By JOHANNES RATELBAND, Boekverkoper by / 't Stadhuis, aan den Dam 1719. /
4o, VIII + 400 blz. UBA Z 5460; KB 445 C 27.Ga naar eind18. |
|
(29) |
Schriftuurlyke Klinkdichten. I. Severinus. Leyden 1719.Ga naar eind19. |
1720 |
(30) |
AMSTERDAMSCHE ARGUS (...) / TWEEDE DEEL. / (vignet) / TE AMSTERDAM, / By HENDRIK VAN EYL, / BOEKVERKOPER AAN DEN DAM, 1720. /
4o, 416 blz. UBA Z 5460; KB 445 C 27. |
1721 |
(31) |
AMSTERDAMSCHE ARGUS (...) / DERDE DEEL. / (vignet) / TE AMSTERDAM, / By HENDRIK VAN EYL, / BOEKVERKOPER AAN DEN DAM, 1721. /
4o, 416 blz. UBA Z 5460; KB 445 C 28. |
|
(32) |
Minnezangen, Amsterdam 1721.Ga naar eind20. |
|
(33) |
Mengeldichten, Delft 1721.Ga naar eind21. |
1722 |
(34) |
AMSTERDAMSCHE ARGUS (...) / VIERDE DEEL. / (vignet) / TE AMSTERDAM, / By HENDRIK VAN EYL, / BOEKVERKOPER AAN DEN DAM, 1722. /
4o, 416 blz. UBA Z 5460; KB 445 C 28. |
| |
| |
|
(35) |
AMSTERDAMSCHE ARGUS. VYFDE DEEL. Te Amsterdam, Gedrukt voor den Auteur, en werden uitgegeven by Jakobus Wolffers.
4o, 88 blz. KB 445 C 28.Ga naar eind22. |
? |
(36) |
Reyzende Momus.Ga naar eind23. |
1724 |
(37) |
DE BATAAFSCHE PROTEUS. Ao. 1724. TE AMSTERDAM; Gedrukt voor den Autheur, ter Drukkerye van JACOBUS HELM.
4o, 296 blz. UBA 1210 G 15.Ga naar eind24. |
1726 |
(38) |
DE BATAAFSCHE PROTEUS. Ao. 1726. TE AMSTERDAM; Gedrukt voor den Autheur, ter Drukkerye van JACOBUS HELM, en te bekomen by ADRIANUS VAN BOECHOLT, in den Nes.
4o, 64 blz. UBA 1210 G 15.Ga naar eind25. |
|
(39) |
DE DOCTOR, zonder PROMOTIE, OF DE Geänatomiseerde COURANT. Ao. 1726. t'Amsterdam, gedrukt voor den Autheur, en werden uytgegeven, by J. van Septeren, op de Leydze-straat.
4o, 64 blz. KB 471 F 233.Ga naar eind26. |
1727 |
(40) |
Fabel Van de Kraai, Katuil, Koekoek, Kerkuil, Kokmeeuw, Kemphaan, Houtsnep, Raave en Reiger. Te Specses, in de Barbados. Ter Drukkerye van Imant en Niemant, 1727.
4o, 6 blz. KB pfl. 16735.Ga naar eind27. |
|
(41) |
Negen-en-twintig Eerekransen, Door de Nederduytsche Gereformeerde Gemeente, te Amsterdam, gevlochten, voor hunne Predikanten; Zoo als hun Eerwaarden den eersten April 1727 in weezen waren. Door V.D. 't B.H. Amsterdam, J. Brouwer.
4o, 4 blz. KB pfl. 16738; UBA O.a.3.Ga naar eind28. |
| |
| |
1729 |
(42) |
Verkeerde Hermes.
Op Hermes En Zyne Wekelykse Brieven.
Zyn Lagchen om het verbod van ARGUS.Ga naar eind29. |
1730 |
(43) |
H. VAN DEN BURGS / MENGELPOËZY; / OF, /FESTOEN veeler PARNASBLOEMEN, / Te zaam gevlochten van menigerhande Vaerzen, / Als / AFBEELDINGEN, LYK, GRAF, LOF, / ECHT, VERJAAR, KLINK, HARDER, / FABEL, PUNT en SNELDICH- / TEN. enz. / I. DEEL / MET PREVILEGIE / (vignet: Voor die 't behaagt) / t' AMSTELDAM, / By ADRIANUS van BOECHOLT, 1730. / 8o, XVI + 512 blz. UBA 1077 H 2. |
|
(44) |
H. VAN DEN BURGS / MENGELPOËZY; / OF, / FESTOEN veeler PARNASBLOEMEN, / Te zaam gevlochten van menigerhande Vaerzen, / Als / AFBEELDINGEN, LYK, GRAF, LOF, / ECHT, VERJAAR, KLINK, HARDER, / FABEL, PUNT en SNELDICHTEN. enz. / II. DEEL. / MET PREVILEGIE. (vignet: Voor die 't behaagt) / t' AMSTELDAM, / By GERRIT BOUMAN, Boekverkoper, over 't Meisjes / Weeshuis, by de Blommarkt. 1730. / 8o, XX + 512 blz. Privé-exemplaar H.M. de Blauw.Ga naar eind30. |
1731 |
(45) |
VREUGDE-ZANGEN / OP HET TWEEDE / BURGERMEESTERSCHAP, / VAN DEN / (...) Hr. en Mr. / FERDINAND VAN COLLEN, / (...) / t' AMSTERDAM, / By WILLEM VAN EGMONT, Papier en Boekverkoper voor / aan in de Stilsteeg, 1731. /
4o, VII + 49 blz. KB pfl. 16823.Ga naar eind31. |
|
(46) |
BURGERKROONEN / VOOR DE WELEDELE GROOT ACHTBAARE / HEEREN / MR. FERDINAND VAN COLLEN, / EN / GERRIT CORVER. / (...) / GEVLOCHTEN / DOOR / HERMANUS VAN DEN BURG. / Te AMSTELDAM / By HENDRIK VAN EIL 1731. / 8o, 11 blz. Gem.Arch. A'dam F.Collen. Ferd. van.Ga naar eind32. |
1732 |
(47) |
Op den gevaarlyken staat der bedamde Eenhoorn schutsluis aan het Y in den laatsten storm en watervloed van 't jaar 1731.
8o, 16 blz. Gem.Arch.A'dam R.127.Ga naar eind33. |
| |
| |
1733 |
(48) |
LOFDICHT Op den beroemden TABAKSHANDELAER, Alias Verklikker, of Heer van 't Schaape-plyn.Ga naar eind34. |
|
(49) |
AANHANGSEL / VAN / GEDICHTEN, / DOOR / H. VAN DEN BURG. / II. DRUK. / (vignet: Voor die 't behaagt) / t' AMSTELDAM, / Voor den MAAKER, ter Drukkerye van / A. en H. BRUYN 1733. / 8o, 462 blz. Antwerpen Stadsbibliotheek C 77285.Ga naar eind35. |
1735 |
(50) |
Herderszang Ter Eere van Mejuffrouw Joanna Koertens Papiere Snykunst.Ga naar eind36. |
1736 |
(51) |
HERDERSZANG, Ter eere van Mejuffrou JOANNA KOERTENS PAPIERE SNYKUNST.Ga naar eind37. |
1738 |
(52) |
DE STEM DES VOLKS, / BY DE LYKSTATIE / VAN DEN HERE / HERMANUS BOERHAEVE. / MEESTER DER VRYE KONSTEN, enz. enz. / In Herfstmaand, MDCCXXXVIII. / (z.u., z.p.)
Plano. UBA MG Port, piano 109.Ga naar eind38. |
|
(53) |
De Gehoorende Filosoof, Door Slagen Bevredigd. Blyspel. (z.u., z.p., z.j.)
4o, 56 blz. UBA 692 G 98.Ga naar eind39. |
1739 |
(54) |
Herderszang ter eere van Mejuffrou Joanna Koertens Papiere Snykunst.Ga naar eind40. |
1740 |
(55) |
Op de naamrolle der rechtsgeleerde en historische schryvers (...).Ga naar eind41. |
|
(56) |
DER HOLLANDEREN / BOETVAARDIGE SMÉKINGEN TOT GODT, IN DE ONZÉKERE / OMSTANDIGHEDEN VAN EUR0PA, BY HET OVERLYDEN / VAN DEN / KEIZER KAREL / de VIde enz. enz. enz. MDCCXL. / (...) / En / HOLLANDSE RAGOUT, / OF / VERWARMDE HUTSPOT, / GEDUND EN OPGESTOOFT MET LANG NAT, / IN DE SCHRALE LENTE, ZOMER EN HERFST, VAN DIT JAAR. / DOOR / H. VANDEN BURG. / (z.u., z.p., z.j.)
4o, 14 blz. KB 852 G 131.Ga naar eind42. |
| |
| |
|
(57) |
VERWARMDE / HUTSPOT; / GOEDE SPYZE IN DEZEN TYD: / DEN VADERLANDEREN OPGEDIST, / IN DEN FELLEN WINTER VAN DEN JÁRE / 1740. / EN TOEGEEIGENT AAN DEN KONSTMINNAAR, / KENNER EN DIGTER, / L.C. / (z.u., z.p., z.j.)
4o, 7 blz. KB 352 G 132.Ga naar eind43. |
1741 |
(58) |
H. VAN DEN BURGS, / AANHANGSEL / VAN / GEDIGTEN, / OF / DERDE DEEL / ZYNER / MENGEL PÓËZY. / (vignet: Voor die 't behaagt) / TE AMSTELDAM, / Voor den MÁKER, en zyn te bekómen by / S. VAN ESVELDT in de Beurssteeg, MDCCXLI. /
8o, 474 blz. Deventer Ath, Bibl. MO - 370; Antwerpen Stadsbibliotheek C 244013 III.Ga naar eind44. |
|
(59) |
DE MODESE / GROLTROMPETTER, / BLASENDE JOK- EN ERNSTTONEN / IN DICHT EN ONDICHT. / Te Amsterdam, by PIETER BASTIAANSE, / Boekverkooper op de hoek van de Stilsteeg en Agterburgwal, 1741. /
4o, 72 blz. UBL 1241 H 182.Ga naar eind45. |
|
(60) |
AAN ALLE DE / HEDENDAAGSE / WAAN-WYSGÉREN, / Wroetende tot ontgrondinge van het Heilige gevaar- / te der Hervormde Kerke, en bedervinge / DER / CHRISTELYKE GEMOEDEREN, / In de Verenigde Nederlanden, / Door twisten, en hertwisten, over de verborgenthéden der on- / bevattelyke bedryven van / GODT. / DOOR / HERMANUS VAN DEN BURG. / TE AMSTERDAM, By A. OLOFSEN, Boekverkoper in de Gravestraat in 't / Wit gekroonde Musiec-Boek, 1741. /
4o, 3 blz. UBA O.S. 4 (1741). |
1742 |
(61) |
OP HET / NIEUWE MIDDEL / VAN / BELASTINGE, / IN / HOLLANDT / EN / WESTVRIESLANDT; / GEVORDERDT IN DEN JAARE MDCCXLII, / TOT ZEEKER-STELLINGE EN AFWEERINGE / VAN HET ZIGTBAAR-DREIGENDE / OORLOGS-GEVAAR. / (fleuron) / TE AMSTERDAM, / By BERNARDUS MOURIK, Boekverkooper. / MDCCXLII. /
8o, 6 blz. UBA O.u.7 (1742).Ga naar eind46. |
| |
| |
|
(62) |
Op het nieuwe Middel van Belastinge (...). Amsterdam, B. Mourik, MDCCXLII.
Plano. KB pfl. 17344.Ga naar eind47. |
1743 |
(63) |
VERZÁMELING / Van / UITGEKÓRENE / ZIN-SPREUKEN, / En / ZINNEBEELDIGE / PRINT-VERCIERINGEN, / Eertyds, op bevel van den aller doorlugtigsten Keizer der / Russen, PETER ALEXIS, of de Gróte, / getékent en gesnéden; / En nu op nieus verrykt / Met agthondert en veertig Byschriften in Verzen, / Door, / HERMANUS VAN DEN BURG. / (fleuron) / Te HAARLEM, / By JOHANNES MARSHOORN, Boekverkooper, 1743,
4o, X + 281 + X blz. UBA 633 D 5.Ga naar eind48. |
|
(64) |
Op den / Veldslag, / aan den / Maynstroom. / Den XXVIIe van Wiede-Maandt, MDCCXLIII. / H. VAN DEN BURG / TE AMSTELDAM, / VOOR DEN AUTHEUR; / EN TE BEKÓMEN, OMTRENT DE BROUWERY / VAN DE HAAN. / Plano. UBA-Vondelmuseum. |
|
(65) |
De dubbelde Swagerschap. (1743).Ga naar eind49. |
1744 |
(66) |
ZÉDIGE BYSCHRIFTEN, / Op HONDERT / PRINT-TAFERELEN, / VAN / VERMÁKELYKE GESCHIEDENISSEN. / DOOR / HERMANUS VAN DEN BURG. / (vignet) / T' AMSTELDAM, / By STEEVE VAN ESVELDT, En / T' ALKMAAR, By / JACOB MAAGH. 1744. /
8o, VI + 104 blz. Gem. Bibl. R'dam. 1155 F 10. |
|
(67) |
HET / KOFFY-HUIS / DER NIEUSGIERIGEN / OF DE / KLAPBANK / DER / NOUVELISTEN. / Waarin en op, verhandelt werden, allerlei divertisementen zo als de publique / byeenkomsten dezelve opgeven. / Met ernstelyke en schertsende Aanmerkingen, / voor de Maanden / JANUARY, FEBRUARY en MAART, 1744. / (fleuron) / Te AMSTELDAM, / By STEEVE VAN ESVELDT, EN / Te ALKMAAR,/ by JACOB MAAGH, 1744. /
8o, 208 blz. UBL 1223 F 51.Ga naar eind50. |
|
(68) |
Idem. APRIL, MAY en JUNY, 1744. Twede Stuk.
8o, 208 blz. UBL 1223 F 52.Ga naar eind51. |
| |
| |
|
(69) |
Idem. JULY, AUGUSTUS, en SEPTEMBER, 1744. Derde Stuk.
8o, 208 blz. UBL 1223 F 61.Ga naar eind52. |
|
(70) |
Idem. OCTOBER, NOVEMBER, en DECEMBER, 1744.
Vierde Stuk.
8o, 207 blz. UBL 1223 F 62.Ga naar eind53. |
|
(71) |
Redenen van bekommering / en / stoffe tot verkenninge; wégens het verbreizelen / der werktuigen van gewelt; / geschikt ter vernielinge / van den / vrede. / in de lente van het jaar MDCCXLIV. / Te Amsterdam by STEEVE VAN ESVELDT, Boekverkooper in de Beurssteeg. /
Plano. Gem.Arch.A'dam. legkast I h 356.Ga naar eind54. |
|
(72) |
BYVOEGZEL / TOT / H. VAN DEN BURGS, / AANHANGSEL /... VAN / GEDIGTEN, / OF / DERDE DEEL / ZYNER MENGELPÓËZY. / T' AMSTERDAM / By S. VAN ESVELDT, in de Beurssteeg 1744. 8o, 112 blz. Antwerpen Stadsbibliotheek C 244013 III. |
1745 |
(73) |
Het Koffy-huis der nieusgierigen etc. Vijfde stuk.Ga naar eind55. |
|
(74) |
Het Koffy-huis der nieusgierigen etc. Zesde stuk.Ga naar eind56. |
|
(75) |
Het Koffy-huis der nieusgierigen etc. Zevende stuk.Ga naar eind57. |
|
(76) |
HET / KOFFY-HUIS / DER / NIEUSGIERIGEN / OF DE / KLAPBANK / DER / NOUVELISTEN. / Waarin en op, verhandelt werden, aller- / lei divertisementen; zó als de publique byeenkomsten dezelve opgéven; / Met ernstelyke en schertsende Aanmerkingen, / voor de Maanden / OCTOBER, NOVEMBER, en DECEMBER. 1745. Agste Stuk. /
(fleuron) / Gedrukt voor den Autheur, en zyn te bekómen / Te AMSTELDAM, By STEEVE VAN ESVELDT. / Te ALKMAAR, By JACOB MAAGH, / En in de verdere Buitenstéden 1745. /
8o, 200 blz. UBA XX1035: 8.Ga naar eind58. |
|
(77) |
Persiaanse Toilet-intrigues.Ga naar eind59. |
| |
| |
|
(78) |
Troost-réden aan Catharina Cornelia Backer; echtgenóte van Willem Munter; oud burgermeester en raad, enz. enz.; toen haar welédele, háren énigen zóne Henrik Bicker; secretaris te Amsteldam; hadde verlóren; den zestienden van Bloei-maandt 1745. Te Amsterdam, by STEEVE VAN ESVELDT, Boekverkooper in de Beurssteeg.
Plano Gem.Arch.A'dam. F. Bicker, H. (plano).Ga naar eind60. |
|
(79) |
ÉRE-KRANSEN, / (TEN SPYT DER LASTERÁREN EN HUNNE / VERFOEJELYKE SCHENTYTELS,) / GEVLOGTEN, OM DE HOOFDEN / DER EERWAARDE / PREDIKANTEN / VAN DE / NÉDERDUIDTSE GÉREFORMEERDE GEMEENTE / TE / AMSTELDAM. / Zó, als hun Eerwaarden, den Xde van Oogst-Maandt, 1745. in wézen wáren. / DOOR / HERMANUS VAN DEN BURG. / TE AMSTELDAM, / By STEEVE VAN ESVELDT, Boekverkóper in de Beurs- / steeg, by den Dam. /
4o, 12 blz. Gem.Arch.A'dam. 0927.015; KB pfl. 17516. |
|
(80) |
DE HEERSSINGE / DES KUNSTVUURS, / OVER 'T AANGESCHONDEN WÁTER; IN DE / VERÓVERINGE / DER / ZÉVESTINGE / OSTENDEN. / Den 23 ste van Oogst-maandt MDCCXLV. Door / H. VAN DEN BURG. / TE AMSTELDAM, / By STEEVE VAN ESVELDT, Boekverkóper / in de Beurssteeg by den Dam. /
4o, 7 blz. Prov.Bibl. Friesland. Pb 13376. |
1746 |
(81) |
Het Koffy-huis der nieusgierigen etc. Negende stuk.Ga naar eind61. |
|
(82) |
Het Koffy-huis der nieusgierigen etc. Tiende stuk.Ga naar eind62. |
|
(83) |
Her-Wellekominge van (...) Mr. Daniel de Dieu, uit Zyn Eed. buiten gemeen gezantschap aan 't Hof der regerende Keizerinne aller Russen (...) In Bloeimaandt, MDCCXLVI. Amsteldam, By Steeve van Esveldt. Plano. KB pfl. 17548.Ga naar eind63. |
| |
| |
|
(84) |
FÁBEL; / VAN DE / HORSSELS EN DE RYËN. / Wyn-maandt 1746. / H. VAN DEN BURG. / (z.p., z.u.)
Plano. UBA-Vondelmuseum.Ga naar eind64. |
|
(85) |
DE VOLMAAKTE / HOLLANDSCHE / KEUKEN-MEID. / ONDERWYZENDE / (...) / Beschreven door / EENE VOORNAAME MEVROUWE / Onlangs in 's Gravenhage Overleeden. / Gedrukt volgens haar eigen Handschrift. / Te AMSTERDAM. / By STEVEN VAN ESVELDT, / in de Kalverstraat, het derde Huys van de Roomsche Kerk de Papegaay 1746, / Met Privilegie./
8o, XXVI + 148 + IV blz. UBA 2008 C 37.Ga naar eind65. |
1747 |
(86) |
Hollandse Ragout, of verwarmde Hutspot. Herwarmt, In 1747.
8o, 8 blz. Antwerpen Stadsbibliotheek C 77285.Ga naar eind66. |
1748 |
(87) |
Op den Aanmerker der bewuste Drie Artikelen (...) 1748.
Plano. UBA-Vondelmuseum.Ga naar eind67. |
|
(88) |
H. van den Burg. Gedicht ter Geboorte van Willem de V. Graaf van Buuren, in plano. Te Amsterdam, by S. van Esveldt.Ga naar eind68. |
1749 |
(89) |
CONCEPT- / REDRES-MIDDEL, / Tot wedervindinge van Geldsommen by / 't Landt en de Steden verloren, door / 't Afschaffen der Belastingen op de / Waren van Consumptie, over / HOLLANDT EN WESTVRIESLANDT. / In 't ligt gegeven, by gebrek van enig an- / der en gevoeglyker middel, om het zel- / ve te doen kómen onder de door- / zigtige Oogen van zyne Hoog- / Vorstelyke Doorlugtigheidt / Den Heere / PRINCE VAN ORANJE EN NASSAUW, / ERF-STADHOUDER / Van der / HOLLANDEREN UNIE, enz. enz. enz. / Den zesden January 1749. / (z.p., z.u.)
8o, 24 blz. New York Public Library T.I.N.p.v. 5; Privé-ex. H.M. de Blauw.Ga naar eind69. |
| |
| |
1750 |
(90) |
KOORZANG. / TER VERJÁRINGE / VAN / WILLEM DE IV: GEBÓREN PRINSE VAN NASSAUW-ORANJE. enz. / GEKÓZEN ERFSTADHOUDER in HOLLAND / en WEST-FRIESLAND. enz enz. enz. / GEBOREN DEN EERSTEN VAN HERFST-MAAND 1711. / EN NU JONGST GEVIERD, IN DEN JÁRE 1750. / DOOR / HERMANUS VANDEN BURG. / Te AMSTELDAM, / By ISAAC BUIN ANTHONIESZ., Boekverkooper, op den Dam 4o, 5 blz. KB 986 B 39. |
1753 |
(91) |
DE / XLIV / HISTORISE / BOEKEN / VAN / JUSTINUS. Ná de Vertálinge van J.v.G. / In Néderduidse He den-Vaarzen overgebragt / DOOR / HERMANUS VAN DEN BURG. / (fleuron) / TOT AMSTERDAM, / Gedrukt by DE WEDUWE JACOBUS VAN EGMONT. 1753. / 4o, XII + 532 + II blz. UBA 1516 B 17.Ga naar eind70. |
|
(92) |
De XIV. Historie Boeken van Justinus, na de vertaling van J.N.G. in Nederd. Helden Vaersen overgebragt. eerste deel / in groot 4. te Amst. 1753. by de Wed. J. van Egmont.Ga naar eind71. |
1754 |
(93) |
Twede deel der Historische Boeken van Justinus na de Vertaling van J.M.G. in de Nederlandse Vaersen in groot 8. te Amst. 1754. by de Wed. Jac. van Egmont.Ga naar eind72. |
|
(94) |
De XIV. Historische Boeken van Justinus in Nederduitsche Versen gebragt / 2 deelen / 1754. Amsterdam / Wed. van Egmont, 4.Ga naar eind73. |
1761 |
(95) |
Pero.
Tullia.Ga naar eind74. |
1770 |
(96) |
Fabel van de verlaatene duive en den uitheemschen doffer.
Dronkenschap.
Anders.
De Bremerbier triomf.Ga naar eind75. |
| |
| |
1773 |
(97) |
Op de afbeelding van den Heere Michiel de Roode, zonderling Beminnaar der Toonneeldichtkonst, Door J.M. Quinkhard geschilderd, omtrent zijn XLVII. Jaar.
Aan den Beschouwer.
Op den zelven met den tooneelspeelder Jan Punt, Junior. Door J.M. Quinkhard in één stuk geschilderd.Ga naar eind76. |
? |
(98) |
Op Henriëtta Wolters gebooren Van Pee. 4o, 1 blz. Privé-ex. H.M. de Blauw.Ga naar eind77. |
? |
(99) |
Over het Geloof van de Natuur Wet Moses en Christus.Ga naar eind78. |
? |
(100) |
Bloemhof van Gebeden.Ga naar eind79. |
? |
(101) |
Aan den Benyder van den Leonidas.Ga naar eind80. |
? |
(102) |
De Spreuken van Salomon.
Het Boek der Wysheidt.
Ecclesiasticus van J. Syrach.Ga naar eind81. |
|
-
eind1.
- Dit is een ongewijzigde herdruk van de oudste uitgave van een Van den Burg-tekst mij bekend. Deze herdruk verscheen in de Nederduitse en Latynse Keurdigten in 1710 te Rotterdam uitgegeven bij Pieter van der Goes. Het gedicht staat op de blz. 482-487.
-
eind2.
- In noot 4 op bladzijde 11 van zijn uitgave van Lukas Schermer's Meleager en Atalante (Zwolle 1966) schrijft C.M. Geerars dat zich in de KB te Den Haag een katerntje bevindt met dit gedicht van Van den Burg. Ik heb dit katerntje niet gezien.
Het gedicht Zoetje etc. is zeker van Van den Burg, want het komt ook voor in zijn bundel mengelpoëzie uit 1718.
-
eind3.
- Dit gedicht dat ondertekend is met de letters P.D.B. is volgens W.P.C. Knuttel. Catalogus van de pamfletten-verzameling berustende in de Koninklijke Bibliotheek. 's-Gravenhage 1900. Derde Deel 1689-1713. uit het jaar 1712. Dat het gedicht van Van den Burg is blijkt uit opname in zijn bundel mengelpoëzie uit 1730.
-
eind4.
- Pieter Langendijk schrijft in een noot op blz. 345 in het vierde deel van zijn Gedichten bij het woord ‘Robijnzang’: ‘Lange gekke lastervaerzen op braave mannen, in Plano gedrukt en met schriftuurplaatsen geborduurd van H.V.B. schuilende onder den naam van Jacoba Robyn, schoolhoudster.’
Deze H.V.B. kan Van Doorninck (Vermomde en Naamlooze schrijvers opgespoord op het gebied der Nederlandsche en Vlaamsche Letteren. Tweede uitgave der ‘Bibliotheek van Anonymen en Pseudonymen.’ Deel II: Naamlooze Geschriften, Leiden 1885. kolom 534) niet thuisbrengen. H.V.B. staat voor Hermanus Vanden Burg.
-
eind5.
- Dit lofdicht is ondertekend met: H.V.D. BURG. Waarschijnlijk is het uitgegeven bij Isaac Severinus te Leiden, de uitgever bij wie Van den Burg in hetzelfde en het daaropvolgende jaar nog meer werk uitgaf.
-
eind6.
- Genoemd in Catalogus der Bibliotheek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden. Deel I. Leiden 1885. 2e gedeelte: Drukwerken 1ste deel, kolom 545. Ik heb dit werkje niet gezien.
-
eind7.
- In het voorwerk van Lukas Rotgans' Poëzy, van verscheide Mengelstoffen; met konstplaaten versiert. Te Leeuwarden, Gedrukt by François Halma (...) En werden uytgegeven by Johannes Oosterwyk, Boekverkoper op den Dam, te Amsterdam 1715. staat dit gedicht van Van den Burg. Het komt ook voor in de latere uitgaven van de poëzie van Rotgans.
-
eind9.
- In The National Union Catalog Pre-1956 Imprints. Volume 85. Mansell 1970, blz. 13, staat achter deze tekst tussen haakjes de vermelding: 1715?. Dit is onlogisch, gezien nr. 16 van deze bibliografie. Bovendien staat op het Amerikaanse exemplaar in 18e eeuws handschrift: 171(8).
-
eind10.
- Deze twee vertaalde hekeldichten zijn anoniem verschenen. H.J.A.M. Stein noemt dit werk wel in zijn dissertatie Boileau en Hollande. Essai sur son influence aux XVIIe et XVIIIe siècles. Nijmegen / Utrecht 1929, hoofdstuk VI, maar hij kon niet vaststellen wie de vertaler was geweest. Het was Van den Burg, want beide gedichten werden opgenomen in diens bundel mengelpoëzie uit 1718.
-
eind11.
- Rond de bundel Gezangen (nr. 7 van deze bibliografie) van Van den Burg is veel te doen geweest. Al in de inleiding van dat werk spreekt Hermanus het vermoeden uit dat zijn boek wel eens nagedrukt zou kunnen gaan worden.
In een uitgave van Hendrik Bosch uit 1718 (De gewaande Ariane, of de Bedrieger door list bedrogen) wordt in een lijstje achterin deze tekst van Van den Burg genoemd als een uitgave van Bosch en Knotter. Ik heb geen exemplaar van dit boek kunnen vinden. Het moet een roofdruk geweest zijn. (zie noot 12).
-
eind12.
- In september 1716 maakt Van den Burg in de Haagsche Maandaagse Courant en in de Maendelyke Uittreksels, of Boekzael Der geleerde Werelt bekend dat zijn gezangenbundel door Bosch en Knotter wordt nagedrukt (dit moet nr. 19 van deze bibliografie zijn). In hetzelfde septembernummer van de Boekzael wordt in een lijst van nieuw uitgekomen boeken op blz. 331 nr. 20 van deze bibliografie genoemd. Bosch en Knotter hebben zich blijkbaar niets van Van den Burgs waarschuwingen aangetrokken. Ook van deze uitgave heb ik geen exemplaar kunnen achterhalen.
-
eind13.
- In de inleiding van dit werk schrijft Van den Burg dat hij op 1 mei 1717 het privilege voor zijn Mengelzangen, tweede druk heeft gegeven aan Hendrik Blank.
Ook schrijft hij dat Bosch en Knotter maar niet ophouden roofdrukken van zijn bundel Gezangen uit 1713 uit te geven. Volgens Van den Burg heeft Bosch in de Leidsche Woensdaagsche Courant van 10 februari 1717 bekend gemaakt dat de 3e druk van de Gezangen, vermeerderd met een Aanhangzel bij hem te verkrijgen is.
Ook deze 3e druk heb ik niet gevonden.
-
eind14.
- Dit gedicht, dat een persiflage is op Jacob Zeeus' Triomfwagen voor Ormont, verscheen in Vervolg van de Nederduitse Keurdigten, een bloemlezing satirische verzen die in 1717 verscheen bij Pieter van der Goes te Rotterdam.
Dit gedicht is van Van den Burg. Het komt voor in zijn bundel Mengelpoëzy uit 1730.
-
eind15.
- Dit is een tweede druk van het gedicht genoemd onder nr. 5 van deze bibliografie. Het is een persiflage op Zeeus' gedicht Eer-kroon voor Brittanje. Ook dit gedicht staat in het Vervolg van de Nederduitse Keurdigten uit 1717.
-
eind16.
- Dit is de tweede druk van de klucht van Van den Burg uit 1712. De tekst is dezelfde; er zijn alleen verschillen in tekening en spreuk van het vignet op de titelpagina.
-
eind17.
- Het blijspel De Ontmantelde Apotheker dat wordt toegeschreven aan de Amsterdamse boekverkoper Hendrik de Gaete, wordt in de door mij geziene uitgave (UBA 691 D 22) voorafgegaan door o.a. een 8-regelig lofdichtje van ene H.V.B. Deze initialen worden door Van den Burg regelmatig gebruikt. Volgens Van Doorninck (Vermomde en Naamloze schrijvers, kolom 246) bediende de kluchtschrijver Simon van der Star zich ook van deze initialen.
-
eind18.
- Deze jaargang bestaat uit 50 nummers die verschenen zijn tussen 25 mei 1718 en 7 juni 1719. Het bevat zeer veel satirische gedichten van Van den Burg die ten dele ook gepubliceerd werden in zijn bundels mengel-poëzie.
-
eind19.
- Volgens blz. 58 uit het Naamregister Of verzaameling van Nederduytsche Boeken (...) Door Johannes van Abkoude. Eerste Deel, II. Druk. Te Leiden, Samuel Genet en Cornelis de Pecker, 1754 is deze tekst van Van den Burg in 1719 bij Severinus uitgekomen. Het zou dus een herdruk betreffen van de uitgave van 1716.
Ik heb geen exemplaar onder ogen gehad.
In het Naamregister van Abkoude / Arrenberg, 2e druk 1788 staat op blz. 98; Burg (H. van den) Schriftuurlyke Klinkdichten / Leiden / J. van der Deyster.
Ook deze uitgave heb ik niet gevonden.
-
eind20.
- Genoemd door Abkoude / Arrenberg als een werk van Van den Burg.
Geen exemplaar gevonden.
-
eind22.
- Deze jaargang die slechts bestaat uit 11 nummers heeft geen titelpagina zoals de voorgaande vier jaargangen. Van den Burg die al aan het eind van de vierde jaargang had aangekondigd dat zijn tijdschrift voortaan zou verschijnen bij Jakobus Wolffers kreeg niet de gelegenheid om bij de nieuwe uitgever nog een of meer volledige jaargangen van zijn succesvolle satirische tijdschrift te publiceren. Het bleef bij 11 nummers omdat de Staten-Generaal op aandrang van de Russische gezant verdere publicatie van het tijdschrift verbood en op 28 augustus 1722 de Argus in het openbaar liet verbranden. Deze straf trof Van den Burg omdat hij in het eerste nummer van de vijfde jaargang de Keizer der Russen had beledigd.
(zie voor meer gegevens hierover: W.P.C. Knuttel. Verboden boeken in de Republiek der Vereenigde Nederlanden. Beredeneerde Catalogus. 's-Gravenhage 1914, blz. 11 )
-
eind23.
- Dit tijdschrift wordt genoemd door Jacob Campo Weyerman in diens periodiekje Den Vrolyke Tuchtheer van 5 december 1729.
Mr. W.P. Sautijn Kluit (Jacob Campo Weijerman als journalist) In: Bijdragen voor Vaderlandsche geschiedenis en oudheidkunde. Nieuwe Reeks, 7e deel (1872) blz. 193-245) vraagt zich af, op grond van Weyermans mededeling, of de Reyzende Momus het tijdschrift was dat Van den Burg schreef na het verschijningsverbod op de Argus en voor de verschijning van Van den Burgs tijdschrift Proteus. Als de Momus al van Van den Burg is geweest, dan is het zeker niet door hem geschreven ná het ‘vurige’ einde van de Argus, maar al daarvoor, want Weyerman noemt de Reyzende Momus reeds in zijn tijdschrift Rotterdamsche Hermes van 17 september 1720. Ik heb geen exemplaren van de Reyzende Momus kunnen vinden.
-
eind24.
- Dit satirische tijdschrift verscheen in 37 afleveringen tussen 1 januari 1724 en 9 september 1724. Van den Burg nam veel gedichten op die in dezelfde of gewijzigde vorm ook in eerder of later werk van hem voorkomen.
-
eind25.
- Met een onderbreking van ruim een jaar verschenen in 1726 nog 8 nummers van de Proteus. De paginering loopt gewoon door, de katernsignatuur begint weer met A. Er wordt door Van den Burg met geen woord gerept over de onderbreking van de uitgave.
-
eind26.
- Sautijn Kluit (Jacob Campo Weijerman als journalist) en Buijnsters / Geerars (Bibliografie 18e-eeuwse satirische Tijdschriften in Nederland. In: Documentatieblad van de Werkgroep 18e eeuw, nr. 5 (nov. 1969) blz. 12-25) veronderstellen dat Johan Christophorus Ludeman de auteur is van dit tijdschrift waarvan tussen 14 oktober en 2 december 1726 8 afleveringen zijn verschenen. Deze veronderstelling lijkt mij niet voor de hand liggend aangezien de auteur van dit tijdschrift in zijn eerste nummer en ook in latere nummers hevig tekeer gaat tegen kwakzalvers, tegen ‘zeker Moffen Doctertje’ en tegen Britta Beyer, de vriendin van de Duitse doctor Ludeman. Ook een passage op blz. 6 van het eerste nummer lijkt te wijzen op een andere auteur dan Ludeman. Die passage heeft betrekking op ‘Protheüs Saliger’ en wijst dan ook eerder naar Van den Burg als auteur (wiens Proteus in april 1726 ter ziele was gegaan) dan naar Ludeman.
-
eind27.
- Dit anoniem verschenen gedicht is van Van den Burg, blijkens opname van deze satirische fabel in diens bundel mengelpoëzie uit 1730.
-
eind28.
- Dit gedicht is van Van den Burg, blijkens opname in diens bundel mengelpoëzie uit 1741. De initialen V.D. 't B.H. staan ongetwijfeld voor: Voor Die 't Be-Haagt, een spreuk waarmee Van den Burg veel van zijn werk ondertekende en die hij ook gebruikte op het vignet dat op de titelpagina's van veel van zijn boeken voorkomt.
Dat Van den Burg de auteur van dit gedicht is, is R.B. Evenhuis (Ook dat was Amsterdam IV, De kerk der hervorming in de achttiende eeuw: de grote crisis, Baarn 1974) niet bekend. Hij noemt op blz. 111 van zijn boek wel de titel van dit gedicht, maar niet de initialen, noch de auteur.
-
eind29.
- Deze drie gedichtjes die voorkomen op blz. 52-53 van het Vyfde Vervolg van de Latynsche en Nederduitsche Keurdichten (Utrecht, Pieter van der Goes, 1729) zijn gericht tegen de Hermes (tijdschrift van Weyerman) en zijn zeer duidelijke pro-Argus. Als de gedichten niet van Van den Burg zijn dan zijn ze in ieder geval van een Van den Burg gunstig gezind iemand.
-
eind30.
- Deze bundel verschilt van de bundel onder nr. 43 van deze bibliografie. De verschillen zitten op de titelpagina (andere uitgever en in mijn exemplaar de juiste vermelding: II. DEEL) en in het feit dat mijn exemplaar een titelplaat heeft (gemaakt door J. Wandelaar en met onderaan de vermelding: te Amsterdam by GERRIT BOUMAN Boekverkoper, 1730) die niet in het UBA-exemplaar voorkomt. De inhoud van de beide uitgaven is verder identiek.
In de Bibliothèque Nationale te Parijs moet zich onder signatuur Yi 1794 ook een Bouman-editie bevinden. Ik heb die uitgave niet gezien.
-
eind31.
- In dit boekje, waarin o.a. gedichten van W. van Egmont en J. Rosseau, komen twee gedichten van Van den Burg voor. Nog in hetzelfde jaar 1731 zou Hermanus deze verzen apart uitgeven, (zie nummer 46 van deze bibliografie).
-
eind32.
- Het betreft dezelfde gedichten als genoemd in de vorige noot.
-
eind33.
- Dit is het eerste gedicht van een katern poëzie van Van den Burg. Dit katern wordt op het fiche van het gemeente-archief van Amsterdam gedateerd op 1732. Deze datering lijkt onjuist, want dit katern is het C-katern (de blz. 33-48) uit Van den Burgs bundel gedichten uit 1733 (zie noot 35).
-
eind34.
- Dit gedicht komt voor op blz. 56-57 van het Zesde Vervolg van de Latynsche en Nederduitsche Keurdichten (Rotterdam, Pieter van der Goes, 1733) en is ondertekend met: VOOR DIE HET BEHAAGT. Dit is de frase waarmee Van den Burg meer werk van hem ondertekende.
-
eind35.
- De tekst, paginering en signaturen zijn identiek aan die van de eerste 462 pagina's van het werk genoemd onder nummer 58 van deze bibliografie. De informatie op de titelpagina suggereert een eerste druk van Aanhangsel van Gedichten. Ik heb geen eerste druk gevonden.
-
eind36.
- Dit gedicht van Van den Burg dat al in 1706 en 1710 gepubliceerd werd, staat ook in Het Stamboek op de papiere Snykunst van Mejuffrouw Joanna Koerten, Huisvrouw van den Heere Adriaan Blok. Bestaande in Latynsche en Nederduitsche Gedichten der voornaamste Dichters. t'Amsterdam, Voor Rekening van de Compagnie. MDCCXXXV, (UBA 355 G 20).
-
eind37.
- Bij Steeve van Esveldt verscheen in 1736 te Amsterdam: Gedichten Op de overheerlyke Papiere Snykunst Van Wyle Mejuffrouwe Joanna Koerten, Huisvrouwe van Wylen den Heere Adriaan Blok, Gedrukt na het Origineel Stamboek. Benevens een korte schets van Haar Leven. (UBA 243 G 31). Hierin staat ook het gedicht van Van den Burg.
-
eind38.
- Dit gedicht is van Van den Burg, want het komt voor in het derde deel van zijn mengelpoëzie uit 1741.
-
eind39.
- Volgens een potloodaantekening in het UBA-exemplaar is deze klucht van Corn.Ger. Moering. Als de interpunctie op blz. 518 van het vijfde deel van G. Kalff. Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde (Groningen 1910) niet te lijden heeft gehad van zetfouten dan is dit blijspel volgens Kalff van Hermanus van den Burg. Zekerheid omtrent het auteurschap heb ik niet kunnen krijgen.
-
eind40.
- Volgens J.A. Alberdingk Thijm (Verspreide Verhalen in proza. Derde deel. Amsterdam 1883. blz. 116-128) zou er in 1739 nogmaals een boek met gedichten op de snijkunst van Johanna Koerten zijn verschenen bij Van Esveldt te Amsterdam. Thijm noemt het Stamboek (zie noot 36) en Gedichten (zie noot 37). Alleen zet hij bij de titelbeschrijving van de laatste tekst het jaartal 1739 tussen vierkante haken, hetgeen wijst op een ongedateerde uitgave, of op een zetfout, dan wel op beide.
-
eind41.
- Dit gedicht, plus een gedicht zonder titel staan in het voorwerk van Bernardus Mourik's Naamrol der rechtsgeleerde en historische Schryvers (...). t'AMsterdam. By Bernardus Mourik. Boekverkooper. (z.j.; 1740 vlg. datering privilege; 16 october 1741 vlg. datering voorwoord).
-
eind42.
- Dit bundeltje bevat 5 gedichten. Zie ook de noten bij de nummers 57 en 86 van deze bibliografie.
-
eind43.
- Dit gedicht is aan het eind ondertekend met: H. VANDEN BURG. Het is hetzelfde gedicht als Hollandse Ragout uit hetzelfde jaar, echter is in de vierde versregel een woord veranderd. Bovendien bevat dit gedicht 7 6-regelige strofen minder.
-
eind44.
- Dit boek is afgezien van de titelpagina identiek aan nummer 49 van deze bibliografie tot en met blz. 462. De blz. 463-474 bevatten nog 8 gedichten.
-
eind45.
- Tussen 9 januari en 6 maart 1741 verschenen er 9 nummers van dit satirische tijdschrift. Hoewel de inhoud van dit tijdschrift typisch Van den Burgiaans is, kan men niet met zekerheid vaststellen dat Van den Burg de auteur was. In het Naamregister van J. van Abkoude wordt dit werk echter wel genoemd als zijnde van Van den Burg.
-
eind46.
- Hoewel op octavo i.p.v. piano bevat dit boekje dezelfde tekst als het volgende nummer van deze bibliografie. Volgens Knuttel (Catalogus van de pamfletten-verzameling enz.) die een geschonden exemplaar onder nummer 17345 beschrijft is het gedicht van Van den Burg.
-
eind48.
- Van den Burg schrijft in het voorwoord dat als dit werk goed verkocht wordt er spoedig nog andere door hem berijmde boeken (zie de titels genoemd onder nummer 102 van deze bibliografie) zullen volgen.
Volgens het Naamregister van Abkoude / Arrenberg (2e druk 1788) blz. 98 bestaat er ook een uitgave van Zinspreuken die is verschenen te Amsterdam bij G. de Groot en Zoon.
-
eind49.
- Volgens G. Kalff is dit blijspel van Van den Burg.
Zie ook noot 39.
-
eind50.
- Dit is het eerste nummer van een satirisch tijdschrift dat driemaandelijks verscheen. Ieder nummer is voorzien van een titelpagina en een voorbericht. Dit tijdschrift is ongetwijfeld van Van den Burg. Het is geheel geschreven in de stijl van zijn vorige hekelblaadjes, het verscheen bij Van Esveldt die in deze jaren de vaste uitgever is van het werk van Van den Burg. Van den Burg is de enige dichter die regelmatig met naam en bronnen wordt geciteerd, anonieme gedichten in dit tijdschrift zijn van Hermanus blijkens publicatie in latere werken van zijn hand. Bovendien vermeldt het Naamregister van Abkoude / Arrenberg (1e druk 1733) op blz. 230:
Koffyhuis der Nieuwsgierigen of Klapbank der Nouvelisten / met een groot getal Gedichten door H. van den Burg, 10 deelen / Amsterdam / S. van Esveld, 8. 4 gl.
-
eind52.
- In het voorbericht van dit nummer staat dat de stamgast van het koffiehuis een serieus dichter is die bezig is boeken te berijmen als ‘Jesus Syrach en 't Boek der Wysheit etc.’. De stamgast is Van den Burg (zie ook nummer 102 van deze bibliografie). Op blz. 28-29, 81 en 112 wordt inpliciet en expliciet reclame gemaakt voor dichtwerk van Van den Burg. Op blz. 112 wordt ook gezegd dat een gedicht dat van Van den Burg is te Brussel in het frans is vertaald.
-
eind54.
- Onder dit gedicht staat gedrukt: H. VAN DEN BURG.
-
eind55.
- Van dit nummer van Van den Burgs tijdschrift heb ik geen exemplaar kunnen vinden. Volgens de opmerking van Abkoude / Arrenberg, geciteerd in noot 50, moeten er tien nummers verschenen zijn.
-
eind58.
- In het voorbericht deelt de auteur de lezer mee dat hij de ‘Persiaanse Toilet-intrigues’ (zie noot 59) niet kan vervolgen, zodat de juffers voorlopig verstoken zullen blijven van vermaak bij de bestudering van zijn werkje ‘de Volmaakte Hollandsche Keuken-Meidt’ (zie hierover noot 65).
Op blz. 194 wijzen gedichten en commentaar op Van den Burg als de ‘ik’ die in het Koffyhuis de verteller is.
-
eind59.
- Blijkens een opmerking van Van den Burg in het voorbericht van nummer 76 van deze bibliografie (zie ook vorige noot) was hij ook de auteur van het ‘Persiaans-Nieuws’ dat hij niet meer kon uitgeven vanwege moeilijkheden met een uitgever over de vertaling van dit werk. Hij belooft dat binnenkort het werk alsnog in z'n geheel zal worden uitgegeven. De opmerking van Hermanus doet denken aan een regelmatig in afleveringen verschijnend tijdschrift bedoeld voor ‘Juffers’.
-
eind60.
- Onder dit gedicht staat gedrukt: H. VAN DEN BURG.
-
eind63.
- Onder dit gedicht staat gedrukt: H. van den Burg.
-
eind64.
- Evenals nummer 64 van deze bibliografie vond ik dit gedicht in een map met plano-vellen in het Vondelmuseum. De map bevat pamfletten die niet voorkomen in de catalogus van Knuttel, maar die ook niet geregistreerd staan in de pamflettencatalogus van de UBA.
-
eind65.
- In een opdracht bij dit boekje staat dat dit kookboek geschreven is door een man, die een vriend had die uit de mond van een keukenmeid van een voorname mevrouw had opgetekend wat die mevrouw aan recepten in haar handgeschreven kookboek had staan. De vriend, zo staat in de opdracht, heeft zijn aantekeningen doorgespeeld naar de samensteller-schrijver van dit werkje. Deze samensteller-schrijver moet volgens het voorbericht bij het 8e stukje van het Koffyhuis (zie noot 58) Van den Burg zijn. De opdracht is ondertekend door een ‘Ootmoedige, dog onbekende Dienaar en Vriend’ met de letters C.W.L.I.V. Wie of wat dat betekent is niet bekend. Annie van 't Veer heeft gepoogd achter de betekenis van deze letters te komen (in haar Oud-Hollands Kookboek. Utrecht / Antwerpen 1966). Zij dacht aan een schrijfster, maar kon niet met zekerheid zeggen wie er schuil ging achter de initialen of wie de op de titelpagina vermelde ‘voornaame mevrouwe’ is.
Zie over deze auteurskwestie ook mijn recensie van een facsimile-uigave van de Hollandsche Keuken-Meid in Spektator. Tijdschrift voor Neerlandistiek III-5, blz. 405-407. Dit kookboekje is enorm populair geweest, er zijn vele herdrukken gevolgd. Blijkbaar hebben uitgevers met spanning gewacht op het einde van de privilege-periode om ook dit boek te gaan drukken.
Van Esveldt zag zich genoodzaakt om het privilege te laten verlengen met vijftien jaar. Behalve dat dit boekje in de 18e en 19e eeuw zo'n twaalf keer herdrukt is (o.a. een 5e druk uit 1761) werd het ook uitgebreid met het Aanhangzel, van de Volmaakte Hollandsche Keuken-Meid etc., waarvan ik geen exemplaar van de eerste druk heb gezien, maar dat volgens het privilege in de 5e druk van de Hollandsche Keuken-Meid tussen 1746 en 1752 moet zijn verschenen. Volgens datzelfde privilege is in 1752 nog als vervolg verschenen Volmaakte grondbeginselen der Keukenkunde etc. Ook hiervan heb ik geen exemplaar gezien. Ook deze vervolgen zouden door Van den Burg samengesteld en/of geschreven kunnen zijn, want hij leefde nog tot het begin van 1752.
-
eind66.
- Dit gedicht is een gewijzigde herdruk van de gedichten genoemd onder de nummers 42 en 43 van deze bibliografie.
-
eind67.
- Dit gedicht - zie over de vindplaats noot 64 - is van Van den Burg, want het is ondertekend met: Voor die 't behaagen.
-
eind68.
- Dit gedicht op een plano-vel is volgens J. van Abkoude (Lyst (...) van alle tractaten, gedichten (...) Ter gelegentheid van het Huwelyk van (...) Willem Carel Hendrik Friso (...) Als ook over de Geboorte en Doop van (...) Willem de V. (...)) Te Leiden, Samuel Genet en Cornelis de Pecker, 1750. Vyfde Verdeeling van het geene (...) is uitgekomen. blz. 50) voor 2 stuivers te koop aangeboden.
Ik heb geen exemplaar gevonden.
-
eind69.
- Dit werk is van Van den Burg, zoals blijkt uit de ondertekening van de opdracht.
Mijn exemplaar en het New Yorkse exemplaar zijn identiek.
-
eind70.
- In dit posthuum verschenen werk is het enige mij bekende portret van Hermanus van den Burg gepubliceerd. In het voorbericht schrijft Van den Burg dat hij vanaf het jaar 1700 met publiceren is begonnen.
De uitgeefster schrijft in een mededeling dat de eerste verdeling (12 boeken) van De Historise Boeken van Justinus nu verschijnt (bericht gedateerd: Amsterdam, 20 september 1753) en de tweede verdeling (16 boeken) en derde verdeling (16 boeken) binnenkort zullen verschijnen. Voorts belooft zij de nog in haar bezit zijnde manuscripten van Van den Burg ook snel uit te geven.
-
eind71.
- Volgens Naamregister van Abkoude (Eerste deel, 2e druk 1754) in het Ve stuk (= Derde aanhangsel met aanvullingen tot juli 1753) blz. 25 is dit deel uitgekomen en ligt het tweede deel op de pers.
-
eind72.
- In Abkoude's Naamregister, Vierde aanhangsel, Eerste Deel VIe stuk (gepubliceerd in 1756) op blz. 17 staat dit deel vermeld.
-
eind73.
- Volgens Naamregister van Abkoude / Arrenberg (Rotterdam 1773) blz. 78-79 zijn de twee delen van de 14 boeken van Justinus te koop. Evenmin als de onder de nummers 92 en 93 van deze bibliografie genoemde teksten heb ik deze kunnen vinden. Het lijkt me duidelijk dat Abkoude en Abkoude / Arrenberg zeer onzorgvuldig zijn in hun aantekeningen.
-
eind74.
- Deze twee gedichten van Van den Burg die verschenen in de bundel Mengeldichten uit 1716 zijn weer uitgegeven in een boekje van 4 blz. (folio, z.j., z.u., z.p.) dat als nummer 25 zit ingebonden in een lijvig convoluut (UBA 1292 A 11) dat volgens het fiche in de UBA werken bevat uit 1761. Als nummer 39 in dit convoluut komt voor: Extraordinaire Nederlandsche Letter-Courant etc. gecompileert door L.P. van Ganzenoort, 's Gravenhage J. Thierry 1761. In dit blaadje worden allerlei pamfletten i.v.m. de zaak-Van Haren genoemd. Op blz. 9 staat: ‘Pero en Tullia; (twee dochters, welker aart en gedrag men hier met de Taal van Herm. van der Burg beschryft, en 'er eene Aanmerking by voegt; ook op één Vel in Folio’.
-
eind75.
- Volgens A.J. Hanou (Bibliografie Nicolaas Hoefnagel (1735-1784) Dl. I. In: Documentatieblad Werkgroep 18e eeuw, nr. 18, blz. 21-43) komen deze gedichten voor in een boekje van Hoefnagel, getiteld De klappende papegaay. Hanou concludeert uit gegevens verstrekt door Hoefnagel (in diens Echte en waare verantwoording op blz. 19) dat de fabel van Van den Burg is. Ook de andere drie gedichten zijn van Van den Burg.
Alle vier gedichten staan in de bundel mengelpoëzie van Van den Burg uit 1730.
-
eind76.
- Deze twee gedichten van Van den Burg staan in Arnoud van Halen's Pan Poëticon Batavûm verheerlykt door lofdichten en byschriften; Grootendeels getrokken uit het Stamboek van Michiel de Roode (...) Te Leyden, Voor het Genootschap (Kunst wordt door Arbeid verkreegen) MDCCLXXIII.
-
eind77.
- Bij een door Henriëtta zelf geschilderd en door J. Houbraken gegraveerd portret van haar staat een 6-regelig en met: Hermanus van den Burg, ondertekend eveneens gegraveerd gedichtje. Uitgever, plaats en jaar van uitgave zijn mij onbekend. Het originele portretje moet van vóór 1733 zijn, want in Van den Burgs Aanhangsel van Gedichten komen op blz. 78-80 veertien bijschriften voor bij ‘de beeldenisse van de weergadeloze Konstenaresse Henriëtta van Pée. Door zich zelve geschilderd, en in 't koper gebragt door Jakobus Houbraken’. Dit versje is het veertiende.
-
eind78.
- Door Abkoude vermeld in zijn Naamregister (Eerste Deel, IIIe stuk, Leiden 1745, blz. 37-38 ). Hij noemt het niet bij de in 1741 uitgekomen werken, wel bij de werken uitgekomen in 1744. Ik heb dit werk niet kunnen vinden.
-
eind79.
- Ook genoemd door Abkoude in zijn Naamregister ( zie vorige noot). Ik heb dit boekje niet kunnen vinden.
-
eind80.
- Dit gedicht dat getekend is met: Voor dien 't Behagen, wordt genoemd door J.J. Kalma (Bibliografie betreffende de Gebroeders O.Zw. en W. van Haren. Fryske Akademy. Leeuwarden 1956) op bladzijde 30 van zijn boekje. Het gedicht zou zich volgens Kalma bevinden in twee boekjes, nl. Verz. van gedichten van, voor en tegen Jr. W. van Haren. Utrecht 1742; en De vier Uitmuntende gedigten, benevens de Polybius van Jr. W. van Haren met vervolgen. Harderwijk 1742.
Ik heb beide boekjes nog niet kunnen inzien.
-
eind81.
- Zie noot 48 en noot 52. Ik heb geen van deze berijmingen van Van den Burg kunnen vinden.
|