[Tijdschriften, vervolg]
plexer is dan Van Alphen in dit stuk doet uitschijnen. Zo noemt hij het onderscheid tussen materiële (bijvoorbeeld op papier afgedrukte) beelden en mentale beelden voor zijn uiteenzetting ‘niet relevant’. De ‘visuele betekenismogelijkheden’ van een materieel beeld - waarbij het vooral gaat over ‘de narratieve potentie’ van beelden - lijkt me echter een heel ander paar mouwen dan het mentale beeld opgeroepen door een beschrijving (bijvoorbeeld van een personage). Nog heel wat anders is de visualisering opgewekt door een van Brakmans merkwaardige metaforen.
Het stuk van Jan Baetens gaat dieper in op een van de aspecten uit Van Alphens stuk, namelijk de narrativiteit van materiële beelden en meer bepaald van fotografie. Het uitgangspunt is dat foto's ondanks hun ogenschijnlijk statische karakter vaak een temporele en verhalende dynamiek hebben. Baetens zoekt een benadering die ontsnapt aan twee courante valkuilen: enerzijds de reductie van het verhalende element tot een projectie van de kijker, anderzijds het anything goes waarbij om het even welk beeld om het even welk verhaal kan vertellen. Als eerste aanzet tot een groter onderzoek presenteert Baetens beknopt en ietwat schematisch een ‘viertrapsmodel’ (aan de hand van vier auteurs) dat zowel rekening houdt met de inbreng van de kijker als met de vormelijke en retorische strategieën waarmee het beeld die kijker stuurt en affectief manipuleert. Helemaal op punt staat het model nog niet, maar deze ruwe schets ziet er erg veelbelovend uit.
De grote verdienste van dit combinummer is dat het laat zien hoe breed de waaier ‘woord en beeld’ kan zijn: uit alle plooien en kreuken komen kriebelige beestjes gekropen zoals subversieve ondertiteling of vroegmoderne embleemliteratuur (geconfronteerd met de leesopvattingen van Thomas Vaessens). Het stuk van Joost Broeren over subversieve ondertiteling is waardevol omdat het tegelijk een politiek gemotiveerde, radicaal anticorporatieve kritiek op het vertaalbedrijf laat horen, én dit kritische discours ontzenuwt door een voorbeeld te analyseren van een televisieserie waarin subversieve ondertiteling veeleer gesimuleerd wordt.