[Tijdschriften, vervolg]
voor de mensen’ en ‘gerechtvaardigde Vlaamse eisen’ - en de journalistiek zich meer en meer tot puberale ruziestokerij beperkt, is het uitkijken naar wat de maatschappelijke tijdschriften te bieden hebben. In het geval van Samenleving en politiek, een tijdschrift voor ‘een democratisch socialisme’, blijkt dat behoorlijk wat te zijn. In de nummers twee en drie van 2008 staat de langverwachte hervorming van de Belgische staat centraal, maar is er daarnaast plaats voor bespiegelingen over de wereldpolitiek en de internationale politieke instellingen.
In nummer twee van 2008 vergelijkt Carl Devos de visie van Guy Verhofstadt op de komende staatshervorming met die van Yves Leterme, uiteengezet in informele formatienota's. De vertogen van beide politici drijven enerzijds op vage formuleringen over ‘eigen wensen en specifieke problemen van de deelgebieden’ en ‘bepaalde sociaal-economische hefbomen’, maar geven anderzijds inzicht in de drijfveren van de hervormingsgezinden. De angel van de vooral aan Vlaamse zijde verlangde staatshervorming zit in het financiële en het fiscale luik. Voorstellen over ‘ruimere fiscale autonomie van de deelstaten’ en ‘beslissingsbevoegdheid in de vennootschapsbelasting’ geven aan dat de Vlaamse politici vooral een veel liberaler beleid willen gaan voeren en de economische concurrentie in het land willen aanvuren. Dat heet in politieke codetaal ‘responsabilisering van de deelstaten’.
In nummer drie van 2008 debatteren Fons Leroy (VDAB), Jean-Marie de Baene (ABW) en Luc Vanneste (redactie) over de regionalisering van het arbeidsmarktbeleid. Deze discussie is behoorlijk technisch maar op bepaalde punten verhelderend. Centraal staat het onderscheid tussen de federale bevoegdheden - arbeidsrecht en werkloosheidsverzekering - en de gewestelijke bevoegdheden - arbeidsmarktbeleid en arbeidsbemiddeling. Leroy pleit voor een homogenisering van de bevoegdheden: de gewesten moeten onder meer kunnen bepalen wie beschikbaar moet zijn voor de arbeidsmarkt, ze moeten sanctioneerbevoegdheid krijgen, en ze moeten de uitzendarbeid kunnen regelen. De Baene en Vanneste lijken te