Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 153
(2008)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 461]
| |
Maria van Daalen
| |
[pagina 462]
| |
rijke boeken van de wereldliteratuur, dit boek weerstaat elke transmissie, ondanks de foto's, de tekeningen, de anti-Vietnamoorlogsstatistieken...’ In feite probeer ik in de geest van het boek te antwoorden, maar een polysyndeton is heel wat minder sophisticated dan het zwart-Amerikaanse signifyin' waarin de roman excelleert, het omgaan met eigen en andermans tekst (Ralph Ellison; Zora Neale Hurston), wat een verbaal gevecht kan betekenen, maar meer nog een variëren is op oudere teksten, uit de literaire traditie of gewoon van de straat, variëren, tegelijk met de bedoeling die onderuit te halen, naar een ander niveau te tillen, te vernieuwen onder handhaving en uitbreiding van de betekenis(sen), er het tegengestelde van te maken, tonen dat je die achterstevoren en binnenstebuiten kent en daarin te laten zien hoezeer je de originelen respecteert die je onderuithaalt - signifyin' heeft alle aspecten van jazz, hiphop, rap et cetera. Signifyin', tekens geven en betekenis verlenen, is zelf een variant van playin' the Dozen(s), twaalf extreme en tegelijk hilarische beledigingen verzinnen in een verbaal gevecht tussen twee partijen, Yo Momma... die moeder van je... Verwijzend naar een verder verleden is het een editie van het spel van stem en tegenstem, zoals dat in veel Afrikaanse en Afrikaans geïnspireerde religieuze bewegingen voorkomt. Henry Louis Gates, Jr. verklaart het begrip met tal van voorbeelden uit de zwarte Amerikaanse literatuur in The Signifying Monkey, A Theory of African-American Literary Criticism (1988), een studie die aantoont hoe belangrijk het was en nog is en hoe onmogelijk voor een African American om maatschappelijk zichtbaar te worden, en hoe de eigen literatuur daar een niet te onderschatten rol in vervult. ‘Zwart’ kreeg er een eigen geschiedenis door, waarvan uiteindelijk Martin Bernals Black AthenaGa naar eind2. een exponent zal zijn met wel erg twijfelachtige referenties - maar zelfs op die esoterische studie preludeert Mumbo Jumbo, met een hilarische parodie op de wetenschappelijke toespraak (die enorm uit de hand loopt en een zevende van de roman beslaat), waarin via Thoth, Isis, Osiris, Mozes, Jetro en nog veel meer oude notabelen wordt uiteengezet waarom de hele westerse beschaving, Egypte en Griekenland incluis, schatplichtig is aan Afrika. Maar Mumbo Jumbo is niet een verpakte boodschap - de tekst zelf is de boodschap. Postmoderner is haast niet mogelijk. In de roman annex thriller zoekt een occulte detective, PaPa LaBas, naar een tekst uit de tijd van het oude Egypte van de hand van meesterschrijver-god Thoth. Op het moment dat hij er bijna de hand op kan leggen, blijkt dat de tekst, die duizenden jaren oud moet zijn, door de laatste lezer werd verbrand. Die lezer is de net vermoorde zwarte moslim Abdul Sufi Hamid, die de hiërogliefen eerst netjes heeft vertaald. Abdul vond de tekst niet geschikt voor het zwarte Amerikaanse volksdeel, dat | |
[pagina 463]
| |
z'n zaakjes maar eens flink op orde moest krijgen. Deze tekst is hem te dol. Het is niet de eerste moord die werd gepleegd in verband met de tekst; de orde van de tempeliers zit er al duizenden jaren achteraan. Zonder resultaat tot nu toe. De Knights Templar onder leiding van Hinckle Von Vampton (een verwijzing naar Carl Van Vechten, literair agent voor zwarte auteurs rond 1920) worden gesteund door de Wallflower Order en hun militaire afdeling, de Atonists (een metafoor voor de blanke christenheid, die één zonnegod, Aton, vereert en atonement, boetedoening, predikt). PaPa LaBas wil de tekst in handen krijgen omdat het dansvirus Jes Grew (‘zomaar ontstaan’), dat in die duizenden jaren telkens de kop op heeft gestoken, pas weldoend (‘Rada’) zal worden in plaats van hinderlijk (‘Petro’) als het zijn tekst vindt, zijn liturgie. Dan wordt het virus bruikbaar (voor de tempeliers) of kan het ten goede worden aangewend (door LaBas). Petro en Rada zijn vodoutermen, PaPa LaBas is een vodoupriester, een Houngan en tegelijk een Loa, een vodougodheid, dezelfde als Hermes en Mercurius, de godheid van het kruispunt, van de weg, van de keuzes, van de taal, van de dichters, van de dieven. Henry Louis Gates, Jr. wijst zijn religieuze stamboom aan: van de West-Afrikaanse godheid Legba via de Haïtiaanse vodou-Loa Papa Legba naar de voodoovariant Là-Bas uit New Orleans (met een knipoog naar Huysmans). Complicaties worden gevormd door politieke en militaire infiltratie in en vanuit Haïti, door twee vrouwelijke personages die in vodoutrance raken en door de beweging Mu'tafikah onder leiding van Abdul Sufi Hamid. De leden van Mu'tafikah (motherfucker) stelen kunst uit musea en sturen die terug naar de plekken op aarde waar ze vandaan komt of gemaakt is (Afrika, de Inuit et cetera). Een museum heet hier een Center for Art Detention. Mu'tafikah is geïnfiltreerd in de vodougroep rond PaPa LaBas. Een andere complicatie is de zoektocht van Hinckle Von Vampton naar een antivirus waarmee hij het dansvirus kan bestrijden en dat hij denkt te vinden in de Talking Android, een nepneger die zich heeft aangepast aan de blanke, westerse beschaving. Het dansvirus Jes Grew staat voor culturele levenskracht - voor telkens weer nieuwe verschijningsvormen in de dans en in de muziek. De zwarte literaire traditie die nodig is als blijvend referentiekader is volgens Reed onzichtbaar. Door een schier eindeloze opsomming van onzinnige occulte claims op grootheid in een parodie op een bepaalde stroming binnen de African-American literatuur maakt hij de culturele levenskracht zichtbaar. Reed parodieert omdat hij niet huidskleur maar kwaliteit belangrijk vindt; met zijn eigen uitgeverij, Before Columbus Foundation, publiceerde hij ook werk van blanke auteurs die geen mainstream zijn. | |
[pagina 464]
| |
Als aan het eind van de zoektocht de tekst verbrand is, is dat niet het eind van de roman. Jes Grew has no end and no beginning... We will miss it for a while but it will come back... You see, life will never end; there is really no end to life, if anything goes it will be death. Jes Grew is life... They will try to depress Jes Grew but it will only spring back and prosper. We will make our own future Text. A future generation of young artists will accomplish this.Ga naar eind3. Papa LaBas is hier aan het woord, de Loa die zichzelf kan onderhouden met zijn werk: een vodou-Loa brengt dingen tot stand, zeker als hij zelf taal is. Uiteindelijk is de roman Mumbo Jumbo de tekst die volgens de plot gezocht werd.
Er is weinig dat ik zo leuk vind als taal in taal verdraaien via grammatica, woorden en namen, via betekenissen binnen betekenissen, superüberhyperepideiktisch, tekst maken vanwege de lol van het maken van tekst. In mijn laatste dichtbundel munt ik een woord ‘dyslexeclectisch’, maar dat gaat onopgemerkt voorbij. Zoals tot nu toe nog geen criticus in de gaten heeft wat ik uithaal met het Italiaanse endecasillabo. ‘Geen wonder dat vodou jou aantrekt,’ zei een van mijn goede vrienden, zelf kunsthistoricus, ‘vodou is bij uitstek een trickster-godsdienst...’ Enkele romans van Ishmael Reed zijn in het Nederlands vertaald en verschenen bij In de Knipscheer, Haarlem. |
|