| |
| |
| |
Koen Peeters
Handleeskunde
1. Zij was juriste, maar dat was slechts omdat haar ouders daar ooit op hadden aangedrongen. Het bedrijf waarvoor ze werkte, werd geherstructureerd. Ze kloeg over het nieuwe organogram en de functie die ze had gekregen.
‘Misschien heb jij promotie gemaakt’, zei ik. ‘Je denkt dat het bedrijf verandert, maar het is je eigen plaatsje dat wijzigt.’
‘Och,’ zei ze, ‘ik ben objectief niet slecht bezig.’
‘Jij maakt wellicht waanzinnig carrière’, zei ik. ‘Alles blijft, alleen jij verandert, you manage the change.’
‘Ik wou het over iets heel anders hebben’, zei ze nuchter. Ze toonde mij het boekje Gelaatsoefeningen.
‘Zulk een klein onnozel boekje? Wil jij daarover met mij praten?’
‘Het zijn oefeningen voor als je in de trein of de auto zit. Vooral bestemd voor een vrouwelijk publiek. Erg handig in de handtas.’
Ze toonde me het boekje pagina per pagina, met zwartwitfoto's van een gezicht dat lelijke bekken trok. Soms waren er duwende en trekkende vingers bij. Het boekje beweerde stellig dat je de geschiedenis van een gezicht in zekere mate kunt wegmasseren, wegwerken, wegdenken.
‘Ach meisje, de huid is een poel van verhalen. Die krijg je niet weggewerkt. Zal ik jou eens de toekomst voorspellen uit je handpalmen?’
‘Luister je wel naar wat ik zeg? Wat weet jij daarvan? Wie ben jij eigenlijk?’
‘Ik? Ik ben een groot leeg vat’, zei ik. ‘Een cimbaal, of hoe noem je zo'n deksel. Ik zei gewoon dat ik de toekomst kan voorspellen.’
Ze legde haar boekje weg.
‘Mijn voorspellingen zijn voor 78% waar. Ik beloof je nooit uit te lachen omdat je gelooft in dit soort psychische fenomenen.’
‘Ik weet dat’, zei ze en ze begon net zo ijl te praten als ik. Ze zei dat we, wat dat betreft, misschien op dezelfde golflengte zaten. Alsof ik een gsm-mast was.
‘Ik tracht gewoon een open boek te zijn’, zei ik. ‘Ik hoor mijn hersenen suizen in mijn oren, ik versta amper wat mensen zeggen. Ik
| |
| |
praat maar door. Soms ga ik zweven van de manier waarop mensen naar mij luisteren.’
‘Een voorspelling zou me bij gelegenheid wel interesseren’, zei ze, waarna ik haar delicate handje vastnam en vloeiend, meeslepend en inderdaad licht zwevend daarin het volgende las: ‘Jij bent op zoek naar antwoorden. Jij bent verstandig, kritisch, flexibel. Ik kan je wijzen op een geheime bron die je wel vermoedt maar niet kunt zien. Ik werk op basis van voorwerpen die jou beter kennen dan je zelf beseft. Zoals kleren een lichaam onthouden. Mag ik even je horloge?’
Ze gaf me haar uurwerk.
‘Je zit met twijfels de laatste tijd’, zei ik haar. ‘De oplossing begint nu helder te worden. Het blijkt niet zo eenvoudig. Je neemt je lot in eigen handen maar je zult wel schrikken. Krijg je de laatste tijd spontaan advies van mensen in je omgeving?’
‘Ja, inderdaad. Hoe weet jij dat?’
‘Ik hoop dat je daar niet te veel rekening mee houdt. Zeg gewoon beleefd nee. Alles komt goed, je zult dat zien. En als ik je nog wat wenken zou mogen geven: ♌♒ Wees altijd de eerste, de vroegste, de beste, de laatste. Zorg dat het pas begint als jij er bent. Doe niet mee als je niet kunt winnen. Draag een gouden ketting, desnoods discreet. Verspreid zelf de geruchten die je vervolgens overvallen. Gun jezelf geen zwak moment. Maak drukte, val aan. Maak zinnen van meer dan twee woorden. Maak je mening helder voor jezelf en verberg ze ♌♒.’
Haar mond hing zo ongeveer open. Ze zei: ‘Je advies is erg waardevol. Ik herken bijna alles. Ik begrijp heel goed wat je bedoelt.’
Ik zag pas dan dat het haar gezicht was in dat onnozele boekje.
‘Ja, ik ben het’, zei ze trots. Haar huid was licht bollend, strijkdroog, koudbloedig. Haar gelaat was zeldzaam ongegroefd. Haar hele lijf bezat ongetwijfeld de juiste zuurheidsgraad volgens haar handtasliteratuur. De dag erna was ik haar gezicht reeds vergeten.
Lezer, dit is het teken van Shin Kether Akasha onder Zon/Leeuw/Waterman. Mag ik u vragen verbinding met mij te maken? U zit hier met mij alleen. Stel uw oordeel uit, doe wat ik u vraag. Leg uw horloge op dit blad. Bevlek het uurwerk even met speeksel, laat het speeksel verbinding maken met de tekst. Geloof dit onvoorwaardelijk en ik zal straks uw hand lezen en ik zal u opdrachten meegeven. Ten slotte zal één opdracht exclusief naar u toe schuiven. Misschien wordt u daarmee rijk.
2. Tussen twee vitrinekasten met maskers stonden de liefhebbers van Afrikaanse kunst dicht bij elkaar gespannen te luisteren. Ze loerden naar de gestileerde, ovalen schijven in been, hout en ivoor die op hun beurt terugkeken met luie spleetogen. De meeste maskers hadden een vezelbaard en waren opgewreven met kaolien. Sommige glansden
| |
| |
mahonierood. De maskers waren indringend, confronterend als amper ontvleesde schedels.
In het halfduister sprak de oude prof. Eergisteren stond hij nog op het vliegveldtarmac in de States. Hij droeg een blauw hemdje, rode das, een banaal confectiepak. Hij haspelde Engels, koloniaal Frans en het dialect van vooroorlogs Deinze door elkaar. Vijftig jaar geleden had hij veldwerk gedaan bij de Lega-stam in Kivu. Foto's van wijze zwarte mannen hingen groot en onscherp achter hem: het waren de vrienden van toen, bwami genaamd, met amper een lendendoek en een luipaardvel.
‘Bij elk masker hoort een tekst’, zei de professor. ‘Soms was het een spreuk, een aforisme, soms een dichtregel, soms was het gewoon onbegrijpelijk. Ik heb er destijds vijfduizend genoteerd.’
Hij toonde zijn linkerhand met vijf gespreide vingers om vijfduizend te zeggen. Ik zag het meteen. Het was de hand van iemand met veel beheersing, verlangen naar elders, dubbelzinnigheid. Het was een man met gevoel voor orde, intuïtie, iemand die verbanden ziet. Misschien ook wat aanleg voor somberheid.
De prof wrong zich tussen ons, zodat we nog meer tussen de maskers stonden geprangd. ‘Let op,’ zei hij, ‘dat gaat hier niet over vruchtbaarheids- en vooroudergedoe. Deze objecten zijn geen magie, het is een manier om de wereld te begrijpen, iets om als wetenschap in geheime genootschappen door te geven.’
‘Wat betekent dit kunstwerk bijvoorbeeld?’
‘I cannot tell you’, zei de prof. Alsof iemand hem onder schot hield. Hij keek achter hem, naar de foto van een zwarte leermeester, nsingia, met een babyachtig kapje van kralen.
‘Monsieur Kandolo is al lang dood’, zei de prof. ‘Ik was destijds vijfentwintig. Onlangs kwam Kandolo's kleinzoon mij in de States de groeten overbrengen, op een campus in Florida. Hij wist mijn juiste naam in Lega. Ze noemden mij toen: de man die op zijn persoonlijk toilet alles wil weten over de secreten.’
De prof proestte het uit, nogal vochtig, en tikte met zijn vingers op het vitrineglas: ‘Bij al deze voorwerpen horen dus woorden: wijsheden, opdrachten, spreuken. Ze zeggen iets over de mens, het is een filosofie die in geen enkel boek staat geresumeerd.’
‘Wat voor woorden? Kunt u een voorbeeld geven?’
Hij ratelde in Lega, en zei dan: ‘♋ Zeg nooit nee, zeg soms ja. Zwijg en spreek zonder wat te zeggen. Stel vragen om je onwetendheid te verbergen. Leef verborgen. Eet en drink sociaal. Wen elke dag in de spiegel aan je eigen beeld. Toon hoe eerlijk en evenwichtig je bent. Ontsnap naar de toekomst. Zorg dat men over je praat, denkt en piekert en zorg dat er altijd iets niet klopt ♋.’
| |
| |
Hij zweeg. De maskers staarden. Hij droeg een ouderwetse, veel te grote bril, ik kon achter hem meekijken door de grote welvende glazen.
De prof zei: ‘Soms spreken de Lega hun woorden uit enkel als tonen. Zonder de woorden, dat heet manungunungu. Mompelen zonder woorden. Wie de tonen herkent, verstaat de boodschap. Het is niet te begrijpen dat het te begrijpen is. Versta je wat ik zeg?’
Lezer, dit is het teken van Chokmah onder Maan/Uranus/Kreeft en ik heb dus nu iets van u nodig. Uw geboortedag, uw hand, uw geschrift zijn uiteraard moeilijk aan te reiken. Leg daarom uw linkerhand op de rechterbladzijde. Terwijl u verder leest, zal deze tekst zich voorzichtig met u verbinden zodat u straks meer zult vernemen over uzelf.
3. Een zondagmiddag, in een grote beurshal met geïmproviseerde standjes. De tafels waren bekleed met blauwe en groene doeken. Heilsboodschappen hingen overvloedig gekopieerd op kleurpapier. Er waren affiches met dwarsdoorsneden van wervels, voetzolen, veel aura en chakra. Zeg dag aan de zoekende mens.
Dag, zoekende mens.
Er hing een affiche met veel gekalligrafeerde levenswijsheid: ‘♐ Lach net iets te veel en te luid. Mijd de rancune waarvan je niet slaapt. Vermijd te antwoorden op vragen. Praat met overdreven toneel. Zie alles wat gebeurt als opeenvolgende fases. Wacht, hou vol tot iedereen moe is en doe dan het nodige. Speel met overtuiging de rol van verleider. Praat snel en denk sneller. Onthoud altijd de volgorde van de feiten ♐.’
Op een stand zat een man met Volksuniebaard half knielend, half hangend in een ergonomische stoel. Rolkraagtrui. Hij werd Shiatsudrukpuntsgewijze gemasseerd. Ze bepotelden zijn schouder, grepen alle gewrichten en knoken in zijn beide armen vast, beklopten ritmisch zijn onderrug. Alle moleculen van stress werden door plooiing en drukking verplaatst, als luchtbellen in buizen. De man kwam in een staat van diepe rust. De man was murw. Hij kwam zichzelf tegen, vermoord op een sneeuwvlakte, in een bos vol herfst, als een kentaur gestreeld door een fotomodel smeltend in een bad. Toen begon hij kwijlend te snurken.
Op een stand werd een andere man laagje voor laagje verpakt in paarse thermische doeken. Een vrouw werd aan haar hoofd getrokken. Verderop stond een lege tafel waar ik vermoeid aan ging zitten. ‘Dag zoekende mensen’, zei ik tegen de voorbijgangers. De meest goedgelovige vrouw onder hen stopte en nam plaats aan mijn tafeltje. ‘Ik doe het niet graag,’ zei ik, ‘ik word hier verschrikkelijk moe van.’
‘Dan zul je vannacht goed slapen’, antwoordde ze.
‘Zo moe dat ik er niet van kan slapen’, zei ik.
Ze legde haar hand in de mijne. Eerst bekeek ik de levenslijn, de hartlijn, de hoofdlijn, de lotslijn. Dan betastte ik zacht de vingers en
| |
| |
vertelde haar: ‘Je kunt me een charlatan noemen maar mijn blik is zeer indringend. Het is zeer vreemd. Ik kan door kleren kijken, ik zie naaktheid, skeletten, zelfs genetische profielen.’ Ze knikte overtuigd.
Ik zei: ‘Ik zie bijvoorbeeld nieuwe emotionele kansen voor je in de herfst. Ik merk vruchtbaarheid. Warmte komt in je hart als het buiten juist erg koud is. Ik merk onzekerheid en vrees om achter te laten. Je wil soms weglopen van alles, maar de tijd is nog niet rijp.’
‘Ik begrijp zeer goed waarover jij het hebt’, zei ze. ‘Waar heb je dit geleerd?’
‘Ik volgde dure holistische workshops. Verbinding met Al Wat Is, de cranio-sacrale relaxatie.’
‘O ja, en hoe zie je in mijn hand het relationele?’
‘Je zult je losmaken van het verleden om een nieuwe toekomst te vinden, daarover gaat het.’
Ze trok haar hand terug. ‘Ik geloof eigenlijk niet in handlezen. Of slechts een beetje. Ik wil het alleen graag een keertje horen.’
‘Fijn,’ zei ik en nam haar hand weer vast: ‘Je hebt een opvallend soepele geest, je hebt verbeelding. Ben jij een voorjaarskind?’
‘Nee, najaar.’
Even zweeg ik. ‘September?’
‘September.’
‘Jawel, er is emotionele rijkdom, schuldgevoelens en dat botst met je aangeboren optimisme. Je hebt zo je eigen onafhankelijke mening. Misschien word jij wel rijk’, zei ik als in een flits van inzicht.
Lezer, dit is het teken van Binah onder Jupiter/Boogschutter en mag ik u nu vragen uw hoofd zo leeg mogelijk te maken. Stop een moment met lezen, kom tot rust. Zorg voor absolute stilte. Elke gedachte die zich aandient, zet u buiten als een ongewenste gast. Neem dit ernstig. Knik ja telkens als u iets verwijderd hebt uit uw hoofd. Ga verder tot u vijf ja's hebt. In deze tekst zit een belangwekkende boodschap alleen voor u. Ik zal straks trachten u daarvan te overtuigen. Misschien wordt u rijk.
4. Sinds de Kosovo-oorlog zat de bedelares elke zaterdagvoormiddag aan het Colruytwarenhuis. Ze had een gemelijke trek om haar mond. Ze toonde een verfrommelde kaart met een tekst over dakloosheid en kinderrijkdom, haar andere hand stak ze op.
Ik deed mijn inkopen. Toen ik mijn boodschappen afrekende, bleek de rekening astronomisch hoog. Het bedrag was onmogelijk, grappig zelfs met zestien nullen en de hoofdcaissière kwam zich persoonlijk verontschuldigen. Ze slaagde erin een triviaal oranje winkelschort te dragen als exclusieve mode. Staalblauw keek ze me aan. Terwijl het computer-systeem zijn tijd nam om de fout te herstellen, zei ze: ‘Met een snorretje zou jij op Zorro lijken.’
| |
| |
‘Mijn naam is toevallig ook Don Diego’, antwoordde ik. Dat vond ze grappig.
‘Ik kan een Z op je buik schrijven’, zei ik. Vond ze niet meer grappig. Haar hand lag als een witte duif, als een onbeschreven blad op de bovenkant van de kassa. Kijkend naar die volmaakte hand wilde ik daarop schrijven: ‘♑ Zoek het gezelschap van belangrijke mensen. Word nooit ontroerd door eigen woorden. Tracht indruk te maken door scherpe meningen. Zorg voor rugdekking. Feliciteer de minderen om je heen. Herhaal, herhaal, herhaal. Neem je tijd en die van anderen. Blijf praten. Stel vragen waarop je het antwoord al weet ♑.’
Maar ik zweeg en schreef niets op haar hand. Ik wachtte gewoon op de gecorrigeerde rekening. Buiten gaf ik de bedelares haar wekelijks kleingeld, waarvan ik op geen enkele wijze armer werd. Ze zei in barslecht Frans: ‘Ik kan uw toekomst voorspellen, mijnheer.’ Die was ook al bezig met die flauwekul. Ze nam mijn hand vast, draaide de vingertoppen om, bekeek de nagels en zei: ‘U hebt erg lange vingers, u hebt verbeelding. U bent gevoelig en piekert. Ik zie familieruzies want u hebt een waterhand.’
‘Welja mevrouwtje, dank je wel’, zei ik. ‘Ik voorspel dat u hier volgende week opnieuw zit. Juist of niet?’
Lezer, dit is het teken van Chesed onder Steenbok/Saturnus, neem er nu een wit blad bij en verbind dat blad via speeksel met deze tekst. Noteer de windrichtingen nozw op het blad en schrijf in het midden uw naam en voornaam in hoofdletters.
5. Hoe je het doet? Gewoon de hand vastnemen op niet-seksuele wijze en beginnen praten over geld, carrière, relaties. Dieper ingaan als je interesse voelt. Als ze zelf iets zeggen, knikken alsof je dat al wist. Je eigen onduidelijkheid wijten aan de complexiteit van de zaken. Zinnen beginnen met ‘Ik heb het gevoel dat...’ en ‘Ik heb zoiets van...’ Dingen zeggen als: ‘Werk aan evenwicht’ en ‘Doe je de juiste oefeningen?’ Als ze je vragen welke oefeningen, haal je je schouders op.
Mensen hoop en goede voornemens meegeven. Zeggen dat het de eerste dag is van de rest van hun leven. Zeggen dat ze speciaal zijn, zeggen dat ze misschien rijk worden. Advies geven alsof het het resultaat is van een calculatie. Mededogen hebben met de halfzachte, wat domme, altijd onschuldige medemens.
Indringend kijken.
Zwijgen. Ook al heb je zin om de huid strak te trekken en er met rode inkt de weg die te gaan is in code neer te schrijven.
Als zij blijven zwijgen, algemene opdrachten meegeven als: ‘♍⌘ Stroom mee met de golven. Help mensen die jou later helpen. Scoor, eis applaus en wuif vervolgens de complimenten weg. Onthoud alles wat je gezegd hebt
| |
| |
omdat jij soms durft liegen. Schep in je wereld een vijand die je energie geeft. Beken of aanvaard geen schuld. Loop te koop met je bescheidenheid. Verzin elke dag iets nieuws. Speel je woede, toon verdriet ♍⌘.’
Dan weer zwijgen. Vervolgens zeggen: ‘Je hebt iets moeten verwerken. Klopt dat? Soms moet jij wat gestimuleerd worden. Je houdt niet van strakke discipline. Je wacht, je moet altijd wachten. Herken je dat?’ Intussen niet in de ogen kijken, wel naar de mond en de handen. Rustig de adem beluisteren. Met fijne haakjes werken zoals Egyptenaren uit dode koningen de hersenen haalden. Het uitleggen, het beter weten, opmerken dat mensen pijn hebben. De betekenis en de richting van de dingen tonen. Een bemoedigend portret maken. In geen geval knipogen. Erge dingen sowieso verzwijgen (zeg dan: I cannot tell you). Als je niet meer weet wat zeggen, tactisch vragen: ‘Versta je wat ik zeg?’
Bereken nu, onder een Pentakel van Storm, Mercurius/Tweelingen/Maagd, de nummerwaarde van uw persoonlijkheid. Zet de letters van uw naam en voornaam om in getallen volgens de Pythagorische tabel. Tel alle getalwaarden van de letters op. Is de som groter dan 9, tel dan opnieuw de cijfers op tot u een getal vindt tussen 0 en 10. Dit is uw persoonlijkheidsgetal. In het hoofdstuk met dat nummer leest u in de beschreven handlezing, uitspraken die ook geldig zijn voor uw persoonlijkheid. (Komt u uit op 8, dan kan ik uw hand niet lezen.)
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
A |
B |
C |
D |
E |
J |
K |
L |
M |
N |
S |
T |
U |
V |
W |
6 |
7 |
8 |
9 |
F |
G |
H |
I |
O |
P |
Q |
R |
X |
Y |
Z |
|
6. Blond, bloedmooi en minderjarig, in een rood bloesje met daarover een futiel lint Kandidaat Miss of zoiets, stond ze te dringen aan het dranghek. Ze vroeg of ze toch niet verder mocht, maar dat mocht niet. Ze hield haar digitaal cameraatje voor haar oog. Aan het roestige, witrood geverfde rek trok ze zich op om beter te kunnen kijken.
Op het podium verscheen de sportkampioen. Fluorescerend, ongemakkelijk schoeisel, dikbilspieren. Snuivend zwaaide hij met bloemen en een beker. Het meisje rekte zich uit, smachtte om aandacht en een blik van de winnaar. Haar nagels waren gelakt in de kleur van haar lipstick. Liefst van al wou ze mee op dat podium zodat iedereen ook haar zou zien. Er klopte iets niet aan haar: het meisje was te jong, misschien zelfs te gewoon en net niet mooi genoeg. En vooral, ze had met rode stift op haar linkerhand en met blauwe stift op haar rechterhand een patroon van druk kruisende lijnen getekend. Modieuze scarificatie, zelfverminking, stiften als messen. Ze duwde ongewild haar hand onder mijn neus. Ik had haar zo kunnen zeggen: ‘Als je me toestaat juffrouw, je bent wel zeer beïnvloedbaar. Je Saturnusvinger neigt naar de Apollovinger, je besteedt
| |
| |
veel tijd en zorg aan je ambities. Pas op met al te positieve mensen. Ik merk een dynamische ingesteldheid, jij kan zeer goed je gevoelens uiten.’
Maar ze trok haar hand weer weg en haar kampioen vooraan schudde de magnumfles champagne en spoot vervolgens. Gutsend, allesbevlekkend. Het meisje drukte af toen ze de druppels over haar kreeg. Ikzelf, even nat en altijd het beste voorhebbend met de medemens, had haar dit kunnen opdragen: ‘♎♉ Gebruik beelden waar jijzelf in voorkomt. Doe het nooit alleen. Lieg nooit omdat leugens onthouden te veel moeite kost. Suggereer altijd dat je aan het werk bent. Onderzoek elke avond wat je die dag geleerd hebt. Wantrouw de leugenaars die je ontmaskerd hebt. Luister en bedenk waarom iemand iets zegt. Zwijg en hou dat zwijgen vol. Toon je rijkdom onopvallend ♎♉.’
Lezer, het is cruciaal om met opdrachten door het leven te gaan. Bereken nu onder het teken van Tiphareth, Venus/Stier/Weegschaal uw opdrachtgetal. U berekent het getal via uw geboortedatum. Bijvoorbeeld, bent u geboren op 9 maart 1959? Dan is uw opdrachtgetal: 9 + 3 + 1 + 9 + 5 + 9 = 9. Zoek in het betrokken hoofdstuk de op drachtenlijst tussen de astrologische tekens. Al deze opdrachten zijn op u van toepassing.
7. In de ontbijtzaal werd ik bediend door een lieflijk meisje met een ochtendmond vol goud. Aan de tafel naast mij zaten een man en een vrouw, vooraan in de veertig, werkzaam in de sectoren van frisdrank en informatica. ‘Net vandaag zeventien jaar getrouwd’, vertelden ze me spontaan.
‘En tevreden over dat samenleven?’ vroeg ik hen.
Hoe ik dat bedoelde?
‘Welja, waren de jaren samen vruchtbaar?’
Ze keken verstoord. Mijn vraag klonk plots kwaadaardig. ‘Ieder vult dat in op zijn manier’, zei ik vlug. ‘Bijvoorbeeld met een carrière, een huis, kinderen, u verzint maar wat.’
‘We zijn druk bezig geweest met ons werk’, zei de vrouw. ‘We hebben natuurlijk wel een huis en een carrière. Evident.’
Ze hadden geen kinderen, dat was duidelijk het probleem. De man roffelde op het tafelmarmer. Hij vertelde dat zijn vrouw schilderde in haar vrije tijd en dat hij dringend moest vertrekken. Ze kusten elkaar. De vrouw bleef nog een tijdje zitten met haar koffie en een beurskrant. Plots vroeg ze mij, alsof ik gewoon de conversatie van haar man had overgenomen: ‘Kan men echt gedachten lezen?’
‘Goede vraag’, zei ik. ‘Kan men een karakter in een hand lezen?’ vroeg ik haar. Ik drukte mijn lippen op het servet en zei dat ik kon handlezen. Terwijl ik enigszins vanzelfsprekend haar hand vastnam en beleefd betastte, legde ik het haar uit: ‘Soms gebeurt er toch iets, gewoon via een contact van lichamen. Via handen wordt informatie door een lichaam
| |
| |
doorgegeven, een lichaam is een voertuig. Het lichaam wordt uitgekleed langs de ruggengraat van gedachten.’
‘Wat je zegt, is merkwaardig’, zei ze. ‘Vertel wat meer over mijn hand. Wat kun je erin lezen?’
‘Je hebt talenten die je niet gebruikt’, zei ik. ‘Je bent erg kritisch voor jezelf, en je wilt dat mensen van je houden. Je maakt een correcte, gedisciplineerde indruk. Vanbinnen ben je onzeker en pieker je. Soms heb je vastgesteld dat je te duidelijk was in je feedback naar anderen.’
‘Vreemd,’ zei ze, ‘je hebt informatie waarover je niet kan beschikken.’
‘Sommige van je ambities zijn niet realistisch’, ging ik door. ‘Je hecht belang aan zekerheid in je leven. Misschien word je rijk.’
Ik duwde haar beurskrant aan de kant en zei: ‘Ik geef je tot slot nog negen opdrachten mee: ♓ Loop weg van oninteressante mensen. Walg van zelfmedelijden. Stel veel vragen om verstandig te lijken. Maak notities die alleen jij begrijpt. Twijfel. Charmeer altijd het andere geslacht en overdrijf daarin. Zeg: “Had ik het niet gezegd? En had ik het niet voorspeld?” Gebruik meer werkwoorden dan adjectieven. Verberg je gebreken en beschrijf je sterktes als gebreken ♓.’
Lezer, dit is het teken van Netzach, Neptunus/Vissen. U vermenigvuldigt nu het persoonlijkheidsgetal met het opdrachtgetal. Herleid opnieuw tot een getal kleiner dan 9. Dit is uw lotsgetal. Zoek in de reeds geselecteerde opdrachtenlijst deze ene opdracht die op u bijzonder van toepassing is.
8. Och, dat gaat hier over persoonlijkheid. De persoonlijkheid! Dat morsig vaatje, die draak, dat rafelig stukje touw dat naar alle kanten pluist. Wat zou daarover te zeggen zijn?
Op een dag stelde ik vast dat ik het kon: ik besefte dat ik iedereen quasi-gelijktijdig kon napraten. Als ze maar traag en monotoon spreken. Mijn woorden lijken hetzelfde moment te komen, maar ze zijn er in feite een fractie later. Ik voel het gewoon aan. Als zij zwijgen, spreek ik in hun plaats verder. Ik neem gewoon hun hand vast en ik doe alsof ik lees maar ik zeg gewoon de woorden die zij nog niet uitspreken. Ik kan het ook met foto's en handschriften. Heel snel, soms na enkele seconden ben ik al mee en neem ik het over. Ik praat in hun plaats verder en alles klopt wat ik zeg. Soms hoeven ze zelfs niets te zeggen. Ik probeerde het eerst met vrienden en onbekenden op feestjes en recepties. Misschien doe ik het gewoon om me interessant te maken.
Opvallend, het lukte me niet met een man in jeansbroek en een te kleine krijtstreepjas, hij werkte tot voor kort in een meubelfabriek. Jarenlang had hij spaanderplaten afgewerkt met een plastic boordje om de minderwaardige houtvezels te verbergen. Als gepensioneerde hielp hij in de parochie bij begrafenisplechtigheden. Teksten kiezen en het boekje samenstellen. Hij vroeg me: ‘Wat denk jij ervan? Uiteindelijk?’
| |
| |
Waarvan? Hoe hij dat bedoelde? Zijn handen waren bekrabbeld, gegraveerd, geëtst door het werk in de fabriek. Ik kon er zeker niets in lezen: alle lijnen waren overschreven als verknoeide palimpsest.
‘Welja, wat schiet er over? Wat blijft er over van ons?’ vroeg hij.
‘De herinneringen’, antwoordde ik. ‘De goede souvenirs, de geest die we hebben verspreid. Misschien ook dat woorden soms blijven hangen.’
‘Kan zijn,’ zei de man, ‘maar ik begraaf ook mensen die van de ene rampspoed in de andere vielen. Mensen waar niemand nog aan denkt. Wat blijft daarvan over?’
Ik zei: ‘Daar blijft dus niets van over.’
Niemand is zo sceptisch als ik, denk ik soms, niet eens in het diepst van mijn gedachten. Koel, met woekerende verlangens, een schutter die zich nooit laat betrappen. Als ik mezelf raad zou mogen geven, zou ik me het volgende misprijzend toesissen: ‘♑ Bestudeer in elk geval succesvol gedrag. Verknoei in geen geval tijd, tracht minder te slapen. Zorg dat de ander meer honger of dorst heeft dan jij. Zeg dat je er constant aan denkt, de andere weet waarover je het hebt. Laat je af en toe leiden door afgunst. Word de leider van de groep. Vermijd het sorry-woord. Vlucht snel als je verliest. Ga uit van vanzelfsprekendheid ♑.’
Lezer, onder het teken van Hod en Uranus/Steenbok, is u zonet de opdracht toegevallen. U kunt nu deze opdrachtregel meenemen en gebruiken als amulet. Als u er geld mee wilt verdienen, handel dan als volgt. Schrijf de zin met balpen op een geldbiljet van geringe waarde. Bewaar het biljet in uw portefeuille tussen het andere geld tot het op een keer achteloos verdwijnt. Neem dan een biljet van een hogere coupure en schrijf de zin er opnieuw op. Geef uit op dezelfde wijze. Na de hoogste coupure daalt u weer af. Als ook het kleinste biljet verdwenen is, zult u geld verdienen telkens als betaald wordt met al de beschreven biljetten. Doe de test, lezer. Wat hebt u te verliezen?
9. ‘Je zegt iets heel doms’, zei ze.
‘Is het ook dom in symbolische betekenis?’ probeerde ik nog.
‘Waar ben je mee bezig? Welk spelletje speel je met me? Dwaas!’
Er vloog een spuugdeeltje in mijn richting. Ik zweeg.
‘Haal die uitdrukkingloosheid van je gezicht en stop met je slappe clichés. Je speelt gewoon vals. Ongetwijfeld heb je new-ageboeken gelezen en heb jij in je hoofd een handig lijstje van wat mensen graag horen, sterrenbeelden en zo, en haal je je inspiratie uit de horoscoop van Dag Allemaal. Je kletst maar raak: iedereen is een beetje dit en een beetje dat. Niemand kent zichzelf, iedereen kijkt graag in spiegels.
‘Juist ja, bestaat persoonlijkheid trouwens?’ vroeg ik. ‘Bestaat niet enkel gedrag?’
| |
| |
‘Natuurlijk wel’, zei ze. ‘Persoonlijkheid bestaat wel. Misschien heb jij een probleem met de jouwe. Zal ik uit je geklets eens je karakter halen? Jij bent een dwaze, asociale, cynische vent.
Ik zweeg. Zij zweeg.
Ik bedacht in stilte opdrachtjes voor haar, zoals: ‘♈♏ Stel een doel en zeg het aan iedereen. Maak tegenstrevers af zonder dat iemand het weet. Doseer jezelf maar geef gul. Toon net iets te veel ontzag. Vraag tot vervelens toe waarom. Geef complimenten als je ervoor betaald wordt. Zoek mensen die met je van mening verschillen. Wees grappig en ernstig, maar meng de twee nooit. Sta in het midden van het plein ♈♏.
Ze zei: ‘Want met het grootste gemak praat jij met iedereen. Wellicht ben je leeg van binnen en toch ben je zelfzeker. Dat kan niet, dat is onmogelijk vol te houden. Jij gaat jezelf nog 's tegenkomen.’
‘Dat laatste is een mooie voorspelling’, zei ik.
Deze beknopte inleiding tot de handleeskunde werd geschreven onder het teken van Yesod, Mars/Ram/Schorpioen, volgens de numerologische theorie van Pythagoras. De magische woorden in de tekst zijn kabbalistisch en komen alle uit The Book of Thoth van Aleister Crowley. De tekst is reeds verschillende malen getest: de voorspellingsratio ligt nu op 78%. U kunt eventueel uw eigen succesratio mailen aan koenpeeters@freegates.be.
|
|